Het Portugees beschikt over een reeks van achtervoegsels die aan een zelfstandig naamwoord een specifieke betekenis geven. Hieronder volgen een aantal voorbeelden.
Toen wij een hangslot nodig hadden om onze toegangspoort af te kunnen sluiten bij afwezigheid, gingen we naar de drogaria die Drogamon heet. Een hangslot cadeado voor het hek porta. Dat hangslot was geen probleem, dat was er. Maar de man achter de toonbank begreep niet waarom wij een hangslot kochten voor de porta. Ik tekende ons hek en de man zei daarop verbaasd: O, dat is een portão, geen porta. Een porta is maar een kleine ingang of een deur en uw hek is veel groter.
Dit ter illustratie van het belang van het goede achtervoegsel. Nog een voorbeeld: een postbode is een carteiro (a carta de brief). Als iemand tegen hem zou zeggen: olá senhor carteirista, beschuldigt hij de postbode ervan een zakkenroller te zijn!

Carteiro – postbode. Foto wikimedia

–eiro

De uitgang –eiro komt bij een aantal beroepen voor. Behalve bij carteiro ook bij o barbeiro (kapper), o mineiro (mijnwerker) en vrouwelijk als -eira bij a peixeira (visverkoopster).
Daarnaast kan dit achtervoegsel ook gebruikt worden om plekken aan te geven waarin iets wordt bewaard of vastgehouden. Zoals o tinteiro (inktpot) en a galinheira (kippenhok).
Verder wordt het achtervoegsel gebruikt voor bomen en struiken. Zoals a laranjeira (sinaasappelboom), a macieira (appelboom) en o sobreiro (kurkeik).
Dan zijn er nog de samengestelde woorden met  –eiro of –eira, zoals o formigueiro (mierenhoop).
Tenslotte zijn er nog de gebruiksvoorwerpen zoals o cinzeiro (asbak) en a carteira (portefeuille).

–ista

Een postbode is dus geen carteirista, zoals hierboven beschreven. De uitgang –ista wordt net als –eiro gebruikt bij de benoeming van bepaalde beroepen. Zoals  o of a dentista de tandarts. En o of a garagista de garagehouder. Een fan van Benfica is een benfiquista.

Pinhal – dennenbos. Foto Pixabay

–al

De uitgang –al wordt gebruikt voor een aanplanting. Een pinhal is een dennenbos. Een sobral is een kurkeikenbos. Olijvenbomen heten oliveiras en ze groeien in een olival. Een vinha is een wijngaard en een vinhal een grote wijngaard of een wijnberg. Of anders gezegd een vinhedo.

–edo

En zo komen we op de uitgang –edo, die ook mag worden gebruikt voor een bos of plantage. Want een figueiral (vijgenplantage) mag ook een figueiredo genoemd worden.

–ada

En heel apart is het achtervoegsel –ada dat onder andere wordt gebruikt om een slag of stoot of het toebrengen van een verwonding aan te duiden. Een cotovelada (van cotovelo) is dan een stoot met de elleboog, een facada (van faca) een messteek en een dentada (van dente) een beet met de tanden.
Dit is aflevering 13 in de serie “Portugese taalweetjes”. De vorige delen kun je hier lezen alle taalweetjes
Bron: de serie ‘essa nossa ditosa língua’ van Peter Koj in de Portugal-Post.

4 Replies to “Het einde kroont het werk”

  1. Dank voor al die wetenswaardigheden, Han.
    Ik heb ook wel eens van pensionista gehoord, een gepensioneerde. Vroeger hadden we het altijd over pensionado, maar dat is geloof ik meer Spaans?

    1. Dag Scarlett
      zo eenvoudig is het weer eens niet:
      pensionado : que tem ou recebe pensão
      Particípio passado de pensionar
      pensionista
      1. que ou pessoa que recebe uma pensão, sobretudo do Estado; reformado; aposentado
      2. que ou estudante que é subsidiado pelo Estado
      3. que ou pessoa que paga pensão
      4. que ou noviça que paga pensão no convento
      Do latim pensiōne-, «pensão» +-ista
      dus iemand die pensioen heeft kan zijn: een pensionado, een pensionista, een reformado of een aposentado.
      Voor het verschil moet ik verder informeren, mocht je daar belangstelling voor hebben

  2. Hallo Han,
    Zelf heb ik er zeker belangstelling voor. Het is uiteindelijk aardig om te weten hoe je jezelf hier moet aanduiden. 🙂
    Hele fijne artikelen dit! Het verduidelijkt een groot aantal dingen die je weliswaar ongeveer oppikt, maar onzeker over blijft als je de achtergrond niet kent. En, uiteindelijk, na 2 jaar in Portugal heb ik de fijnere kneepjes nog lang niet te pakken. Ik ben allang blij dat ik een redelijk normaal gesprek kan voeren met al die aardige mensen die je overal tegen komt!

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *