Bij mijn eerste kennismaking met Portugal en het Portugees betrapte ik mijzelf erop dat ik de klank van het Portugees vond lijken op die van een Slavische taal. Voor zover ik een dergelijke taal al zou kennen.

Later las ik dat deze vergelijking al meermalen is gemaakt. En wel, zegt men dan, omdat bijvoorbeeld het Pools en het Portugees vooral gebruik maken van sisklanken, neusklanken en een bepaalde ‘zachtheid’ in de articulatie.

Wat dat laatste aangaat; men zet die ‘zachtheid’ dan tegenover de ‘hardheid’ van het Spaans. Sommigen gebruiken zelfs de vergelijking dat het Portugees het vrouwelijke element vertegenwoordigt en het Spaans het mannelijke. Onzin, lijkt mij want dan zie je  over het hoofd dat men met ‘hard’ het Castilliaans (castelano) bedoeld. Terwijl een ‘zachte’ variant als het Andalusisch (andaluz) dan buiten beschouwing blijft.

De klanken

En wat de sisklanken betreft: niet alleen het Portugees maakt er graag gebruik van, maar ook de Duitse taal zit er vol mee. Wat dus geen Slavische taal is.

Ook bij de neusklanken hoef je niet per se te denken aan een Slavische taal. Het Frans, dat net als het Portugees een Romaanse taal is, gebruikt de neusklank ook; maar in het Portugees komt hij vaker voor door het gebruik van ão en õe en dat zijn vrij ongebruikelijke klanken.

Alles op een rijtje: de neusklanken, de sisklanken en de ‘zachtheid’ geven het Portugees een klank die je kunt vergelijken met het gebruik van het pedaal bij de piano.

Het gevoel dat je bij het spreken van het Portugees voortdurend op het pedaal trapt, wordt versterkt door het verschillend gebruik van de klinkers. Afhankelijk of ze in een beklemtoonde lettergreep staan of niet. Zo wordt de o een oe; Portugal wordt uitgesproken als Poertoegal. De a wordt een korte zucht, te vergelijken met de a in ‘a book’ in het Engels. In het Portugees (kreun!?)vançado (= avançado vergevorderd) en de e verdwijnt volledig: estante (opbergrek) wordt stant.

Verschillen per regio

Een uniform oordeel over de speciale klanken van het Portugees is eigenlijk niet te geven, omdat per regio het Portugees op een iets andere manier wordt uitgesproken. Als we het Galego en het Mirandês even niet meetellen, omdat ze als zelfstandige talen worden gezien, en ook het Braziliaans buiten beschouwing laten, dan kun je verschillen benoemen tussen een Alentejaan, een Algarvio en een Lissabonner.

De Alentejaan vervlakt de tweeklank en hangt graag een zwakke i aan een slot-r; spreekt senhor dus uit als senhori.

De Algarvio maakt de klinkers dof algibeira wordt aljubera (zak in kledingstuk).

De Lissabonner is kampioen lettergrepenvreter comer as sílabas.

De klank van het Portugees bezorgt een toerist grote problemen, neem dit voorbeeld.

Een ober in Porto vraagt aan twee jonge vrouwen die een bestelling willen doen: Então, moças! O que vai ser? Um cimbalino? Ou antes um cálice de porto? In spreektaal gaat dit ongeveer als volgt: Atão, muâças! O que bai siâr? Um cimbalino? Ou antes um cálice de puârto?

Station Oriente in Lissabon
Foto Pixabay

Ja, dan helpt een boekje als’ Wat en Hoe in het Portugees’ echt niet, want de vrouwen hebben geen idee hoe ze van klank naar schrift komen. Portugees leren is dus ook, en vooral, klanken leren verstaan.

Português

Dat Portugese klanken bijzonder zijn en iemand van de wijs kunnen brengen lees je in de roman Nachttrein naar Lissabon van Pascal Mercier. De klank van het woord Português brengt het burgerlijke bestaan van de leraar Gregorius aan het wankelen.

Wat is uw moedertaal had hij eerder al gevraagd. Português, had ze geantwoord. De o die ze tot zijn verbazing uitsprak als oe, de stijgende, merkwaardige gecomprimeerde helderheid van de ê en het zachte sj aan het eind voegden zich voor hem samen tot een melodie die veel langer klonk dan ze in werkelijkheid was en die hij het liefst de hele dag had gehoord.1

In de film komt dit niet ter sprake. Terwijl deze verrassing van klanken een van de voornaamstede drijfveren is van Gregorius om spoorslags op de trein naar Lissabon te stappen.

1 Vertaling Gerda Meijerink en de Wereldbibliotheek

Dit is deel 24 uit de serie ’Portugese taalweetjes”. De vorige delen kun je hier lezen alle taalweetjes.

Bron: de serie ′essa nossa ditosa língua’ van Peter Koj in de Portugal-Post.

4 Replies to “De klank van het Portugees”

  1. Geachte heer,
    Dank voor uw lezenswaardige stukje! Maar u woont kennelijk niet in een deel van Portugal dat mij vertrouwd is – en ik heb toch bijna alle delen van het land wel eens befietst. De eerste lettergreep van Portugal als Poer uitspreken? OK, het gaat een beetje die kant uit, maar het is toch eerder een gewone Nederlandse o. Uw regel dat de uitspraak van de o afhangt van de klemtoon is voor verbetering vatbaar.
    En iets meer cultureels: dat kopje expresso noemen ze in Lisboa ‘bica’. ‘Cimbalino’ is (inderdaad) voorbehouden aan Porto. Haal je die twee door elkaar, dan wacht je de hoon van de ober in de desbetreffende plaats (vergelijk met Amsterdam – Rotterdam / Ajax – Feyenoord). Cimbalino is overigens afkomstig van de naam van een Italiaans (!) merk van koffiezetapparaten. Tenminste dat vertelde de ober in Porto mij, nadat hij me eerst had uitgelachen, omdat ik om een bica vroeg 😉

  2. Beste Han,
    Wat een goed stuk! Ik moest aan Russisch denken toen ik voor het eerst Portugees hoorde.
    In de Algarve, waar ik veel geweest ben zegt men ook Poertoegal, en in Lissabon hoorde ik ook de uitspraak oe ipv o.
    Ik probeer al jaren Portugees te leren, maar ben niet verder gekomen dan af en toe een fado te vertalen. Spreken is een geheel ander hoofdstuk, en verstaan ook.
    In de Algarve, dwz in het deel waar ik kom, hebben de mensen ook de gewoonte, in de winkels, je in het Nederlands te antwoorden. Dat is dan een vreemde situatie: ik probeer iets in het Portugees en krijg antwoord in mijn eigen taal. Het is goed bedoeld zullen we maar zeggen.
    Ik lees bijna altijd uw stukjes,
    ‘Nachttrein naar Lissabon’ is een geweldig boek, maar het is natuurlijk onmogelijk om het hele boek in een film te vatten, vooral omdat het zo filosofisch is op het eind.
    Toch heb ik de film al drie keer gezien! En het boek 2 maal gelezen.
    Blijft u a.u.b. zulke fijne stukken schrijven.
    Elsa

      1. Bedankt voor deze reactie. En dat de schrijver van Nachttrein naar Lissabon de o als oe laat uitspreken, wijt ik dan maar aan de vrijheid die een romanschrijver heeft om fictie boven non-fictie te laten gaan. Ter verfraaiing van het geheel.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *