Een aantal jaren geleden zijn Paula Mulder-Gonçalves, docent Portugees, en ik in de weer geweest met het verzamelen van Portugese spreekwoorden en idioom. Dit stuk verscheen voor het eerst in februari van dit jaar. Recentelijk ontvingen wij illustraties van de 15-jarige Henrique voor een vijftal spreekwoorden/gezegdes. Het zou leuk zijn als er nog meer inzendingen kwamen van tekeningen, foto’s of andere digitale ontwerpen.

Het resultaat is een fikse lijst waarvan ik geenszins wil beweren dat hij compleet is. Dus correcties en aanvullingen zijn van harte welkom. En illustraties, heel graag. Alvast bedankt.

Wat is idioom?

Elke taal bezit naast de woordenschat en de grammatica haar eigen idioom, dat deze specifieke taal haar eigenheid en speelsheid geeft.
Onder idioom, ook wel taaleigen genoemd, vallen:

  • spreekwoorden
  • gezegden
  • zegswijzen
  • uitdrukkingen

Ook vaste woordcombinaties of een voorkeur voor het gebruik van termen, werkwoorden, vervoegingen etc vallen onder het idioom van een taal.

Spreekwoord

Kenmerkend voor een spreekwoord is de onveranderlijkheid van de formulering en de woordkeus. Het is een uitspraak met een algemene levenswijsheid, een bevestiging van de orde der dingen: zo gaat het nu eenmaal in de wereld.

Voorbeelden van spreekwoorden zijn

  • Na regen komt zonneschijn
  • Boontje komt om zijn loontje
  • Oost west, thuis best
Burro velho não aprende línguas. Tekening Ireen Oostveen

Gezegde

Een gezegde is een vaste verbinding van woorden met een figuurlijke betekenis, die geen werkwoord bevat en dus op zichzelf nooit een zin vormt.

Bijvoorbeeld:

  • Met hart en ziel
  • Een open deur
  • Een vrolijke Frans

Zegswijze

Een zegswijze kan wel een zin vormen (in tegenstelling tot een gezegde), en het onderwerp en de werkwoordstijd kunnen aangepast worden (dit in tegenstelling tot een spreekwoord).

Een zegswijze is bijvoorbeeld:

  • Het loopt de spuigaten uit
  • Het lawaai liep de spuigaten uit

Uitdrukking

Een uitdrukking is een vaste verbinding met een figuurlijke betekenis.

Bijvoorbeeld:

  • Iemand van haver tot gort kennen

Woordcombinaties en voorkeuren

Onder deze categorie vallen zaken als de Portugees die zegt ‘aproveitar a boleia’ waar wij zeggen: ‘een lift krijgen’. En ‘não me digas’ en wij: ‘nee toch’.

Iedereen kent ‘não há problema’ voor ‘geeft niet’ of ‘geen probleem’.

Zo gauw het donker wordt verandert ‘boa tarde’ in boa noite en ‘welterusten’ is veelal ‘até amanhã’.

Dit soort dingen dus.

De lijst

We hebben gekozen voor een alfabetische opsomming van spreekwoorden, gezegden, zegswijzen en uitdrukkingen door elkaar heen. Een speciaal woord opzoeken, zowel een Portugees als een Nederlands woord dus, kun je op de computer met ctrl F (windows) of cmd F (apple).

A corda arrebenta do lado mais fraco. Tekening Henrique Schijns
A afeição cega a razãoLiefde is blind
A água dá, a água levaDe zee geeft, de zee neemt
A água é a melhor bebidaEr gaat niks boven een glaasje water
A água silenciosa é a mais perigosaWie zwijgt heeft iets te verbergen
A alegria atrai simpatiaWie goed doet, goed ontmoet
A amar e a rezar, ninguém pode obrigarTot bidden en liefhebben kun je niemand dwingen
A apressada pergunta, vagarosa respostaHoe sneller de vraag, hoe langzamer het antwoord
A aranha vive do que teceRoeien met de riemen die men heeft
A arvore conhece-se pelos frutosAan zijn vruchten kent men de boom
À bandaSchots en scheef
A bel-prazerNaar zijn zin
A bemGoed bedoeld
A bem dizerZogezegd
À bicaOp de juiste plaats en tijd
À bichaIn de rij staan voor iets (populair zijn)
À boa féTe vertrouwen/ Te goeder trouw
A boa vontade faz do longe pertoMet een beetje goede wil komt men een heel eind
À boca cheiaPubliekelijk (rondbazuinen)
À boca da noiteBij het vallen van de nacht
À boca fechadaDiscreet/ In het geheim
À boca pequenaVerlegen/ In het geheim
A boda e batizado, não vás sem ser convidadoNaar bepaalde gelegenheden ga je niet onuitgenodigd
À bofetadaMet klappen
A bom entendedor meia palavra bastaDe goede verstaander heeft maar een half woord nodig
A bom rirGieren van het lachen
À borlaGratis
A braçosZwaar belast
À bravaIn overvloed
A breve trechoBinnenkort
A brincadeira tem hora e lugarAlles op zijn tijd
À brutaIn overvloed
À bulhaOp de vuist (gaan)
A butesTe voet/ Lopend
A cabeça da listaLijstaanvoerder
A cada passoElk ogenblik/ Frequent
A cair da boca aos cãesEr slecht, onverzorgd uitzien
A canalhaDe kleintjes/ Het grut
A caprichoZorgvuldig/ Stipt
A carapuça é para quem a enfiaJe wordt alleen bedonderd als je het zelf wil
À cataOp zoek
A cavalo dado não se olha o denteJe mag een gegeven paard niet in de bek kijken
A certa alturaOp een gegeven moment
Ao cair do diaBij het vallen van de avond
À chapadaMet klappen
A chave do enigmaDe sleutel tot…
A chuchar no dedoOp zijn neus kijken/ Niet voor elkaar krijgen/ Teleurgesteld zijn
A chuva não quebra os ossosVan een regenbuitje smelt je niet/ Je bent niet van suiker
À cocaOp de uitkijk
A coisa está a tornar-se feiaHet gaat bergaf/ Het ziet er niet goed uit
A coisa vaiHet loopt
A conta gotasDruppelsgewijs/ Beetje bij beetje
À conversa comIn gesprek met
A conversa já chegou à cozinhaWaar bemoei je je mee/ Ik heb jou niks gevraagd
A cor assenta-lhe bemDie kleur staat u (hem/haar) goed
A corda arrebenta do lado mais fracoDe ketting is zo sterk als de zwakste schakel
À cunhaStampvol
À custaOp kosten van
A dar as últimasOp sterven na dood
A dar com um pauIn overvloed
A dente queixalMet lange tanden
A descidaDe helling af
A dicaTip / Nieuwtje
A doença vem a cavalo e volta a péZiekte komt te paard en gaat te voet
A dois passosOp een duimbreed / Vlakbij
A eitoBuitensporig/ Onophoudelijk
À escovinhaIn een rattekop geknipt
A esperança é sempre a última coisa que morreHoop doet leven
A esperteza chegou aí e parouWat een sufferd! Verder dan hier gaat de slimheid niet (cynisch)
A excepção confirma a regraDe uitzondering bevestigt de regel
A experiência é a mãe da sabedoriaErvaring is de moeder der wijsheid/De ondervinding is de beste leermeester
À falsa féTe kwader trouw
À fartazanaIn overvloed
À fé de quem souOp mijn erewoord
A fé remove montanhasHet geloof kan bergen verzetten
A ferrar no sonoDiep in slaap zijn
A ferro e fogoTe vuur en te zwaard
A ferrugem gasta o ferroRoest vreet het ijzer op
A fina florHet neusje van de zalf
À fina forçaKoste wat het kost
A fioAan een stuk door
À flor da águaAan de oppervlakte
À flor da peleOp het topje van zijn zenuwen
A (última) gota (de água) transborda o copoDe druppel die de emmer doet overlopen
A fome é a melhor cozinheiraHonger maakt rauwe bonen zoet
A fome é negraHonger maakt rauwe bonen zoet
A fome faz sair o lobo do cozinheiroAls men honger heeft is men tot alles in staat
A fome faz sair o lobo do matoAls men honger heeft is men tot alles in staat
A força da corrente está no elo mais fracoDe ketting is zo sterk als de zwakste schakel
A força das circunstanciasOnder druk van de omstandigheden
À frescaLuchtig gekleed
A fruta nunca cai longe do péDe appel valt niet ver van de boom
A fruta proibida é a mais apetecidaVerboden vruchten zijn het zoetst
A fundoTen volle/ In de diepte
A galinha da vizinha sempre é melhor do que a minhaHet gras van de buren is altijd groener
A gente é que sabe onde o sapato apertaWe weten zelf het beste waar de schoen wringt
A gente logo conversaDaar hebben we het nog wel over
A gente logo se vêWe zien elkaar nog wel
À grandeOp grote voet
À grande e à francesaAls God in Frankrijk
A granelOnverpakt, op een grote hoop door elkaar
A ignorância é má conselheiraOnwetendheid is een slechte raadgever
A jeitoBinnen handbereik
À justaOp het nippertje
À largaRijkelijk/ Kwistig/ Groots
Sem recursosPlatzak
A luz está acesaHet licht is aan
À má caraMet geweld
A má erva mata a boaHet slechte is moeilijker te bestrijden dan het goede, het overheerst het goede
A mais alta das torres começa no chãoOok de hoogste toren begint op de grond
A mais-valiaToegevoegde waarde/ Meerwaarde
À mão de semearOp een steenw orp afstand/ Voor het oprapen
A meio caminhoHalverwege
A melhor palavra é a que fica por dizerSpreken is zilver en zwijgen is goud
(um quilo) a menos(Een kilo) minder
A mentira tem pernas curtasAl is de leugen nog zo snel, de waarheid achterhaalt hem wel
A mesa do costumeAan de gebruikelijke tafel
A meter águaZich vergalopperen
A meu verNaar mijn bescheiden mening
A minha LúciaOnze Lucia
A minha santaMijn schoonmoeder
A moeda tem duas facesTwee zijden van de medaille/ Dat is de keerzijde van de medaille
A morte não escolhe idadesDe dood trekt zich niets aan van leeftijd/ Niemand ontsnapt aan magere Hein
A morte não perdoa ninguémDe dood spaart niemand
À mostraIn het openbaar/ Bloot
A não serBehalve
A não ser queAls (er) niet
A necessidade aguça o engenhoDe noodzaak scherpt het verstand
A necessidade é a mãe da invençãoDe noodzaak is de moeder van de uitvinding
Ao fundoAchteraan/ Achterin
A ocasião faz o ladrãoDe gelegenheid maakt de dief
A noite é boa conselheiraEr een nachtje over slapen
À noite, todos os gatos são pardosBij avond zijn alle katjes grauw
A ociosidade é a mãe de todos os víciosLedigheid is des duivels oorkussen
A olho nuMet het blote oog
A olhos vistosZienderogen
A ordem é rica e os fados são poucosHij smijt met geld
A paciência tem limitesGeduld kent zijn grenzen
A páginas tantasOp een gegeven ogenblik
A palavra é da prata e o silêncio é de ouroSpreken is zilver en zwijgen is goud
A palavras loucas orelhas moucasJe moet niet alles geloven wat je hoort
À parteAfzonderlijk/ Apart
A partir deVanaf
A pás nas tantasOp een gegeven moment
A passo de tartarugaMet een slakkengang/ Tergend langzaam
A passos largosMet rasse schreden
A péTe voet
A pé firmeZonder een voetbreed te wijken/ Voet bij stuk
A pedir chuvaZegt men over iemand die pretendeert meer te zijn dan hij is
A pensar morreu um burroJe moet niet zo malen/ Je moet er niet te lang over nadenken
A pensar na morte da bezerraMet zijn gedachten elders zijn
A pés juntosVoet bij stuk
A pessoa é grande quando respeita os pequenosWie het kleine niet eert is het grote niet weerd
A pisar ovosOp eieren lopen
A pobre não prometas e a rico não devasBelofte maakt schuld
A porta fechadaAchter gesloten deuren
A prática leva a perfeiçãoOefening baart kunst
A preguiça é mãe de todos os víciosLuiheid is de moeder van alle ondeugden/ Ledigheid is des duivels oorkussen
À pressaInderhaast
A pressa é a inimiga da perfeiçãoHaastige spoed is zelden goed
À primeiraMeteen de eerste keer
À primeira vistaOp het eerste gezicht
À procura de serviçoOp zoek naar werk
À queima roupaOnverwacht/ Eensklaps
A quem couber a carapuça, que a enfieWie de schoen past, trekke hem aan
A quem tudo quer saber, nada se dizAan iemand die alles wil weten, vertelt men niets/ Een nieuwsgierig Aagje maakt men niet wijzer
À rédea soltaTe vrij gelaten
À rolaZich laten meeslepen
A roupa suja lava-se em casaMen moet de vuile was niet buiten hangen
A salvoBuiten gevaar
A sangue frioKoelbloedig/ In koelen bloede
A secoZonder eten/ Eten niet inbegrepen
À sériaSerieus
A sete pésUit alle macht/ Heel snel
A seu tempo vêm as uvas e as maçãs madurasAlles op zijn tijd
A simpatia dá amigos, o interesse companheirosMet vriendelijkheid maak je vrienden, met berekening maten
À socapaIn het geheim/ Stiekem
A sósOnder vier ogen/ In zijn eentje
À sua saúdeProost/ Gezondheid
A subidaDe helling op
À sucapaVoorzichtig/ Stiekem/ Zonder dat iemand het ziet
A tiracoloMet een draagband, draagzak/ Schuin over je lichaam dragen
À toaOp goed geluk
A toda a pressaIn allerijl
A toda a provaVolstrekt betrouwbaar
A todo o comprimentoOver de gehele lengte
A todo o custoKoste wat kost/ Met alle geweld
A toque de caixaMet slaande trom
A torto e a direitoIn het wilde weg/ Lukraak
A traços largosMet grote passen
A triste figuraEen modderfiguur
A última gota transborda o copoDe druppel die de emmer doet overlopen
A união faz a forçaEendracht maakt macht
À aventuraOp goed geluk/ Op de bonnefooi
A ver onder param as modas(Wel) zien waar het schip strandt
A verdade é como o azeite, mais cedo ou mais tarde vem à tonaDe waarheid komt vroeg of laat aan het licht
A verdade fala pela boca dos pequenosKinderen (en gekken) spreken de waarheid
A viagem é mais rápida, quando se tem boa companhiaIn goed gezelschap vliegt de tijd
A vida é uma escola, enquanto vivemos aprendemosHet leven is een leerschool
A vida não é só floresHet leven gaat niet alleen over rozen
A vida quanto mais estica, mais curta ficaHoe langer je leeft, hoe korter het leven
A (Esta) vida são dois dedosDaar is het leven te kort voor
A virtude é uma joia que não tem preçoDe deugd is een onbetaalbaar juweel
À vistaOp het oog / Op zicht
À viva forçaMet alle geweld/ Koste wat het kost
À vontadeGraag/ Ga je gang
Abaixar a proaMinder arrogant doen/ Inbinden
Abaixar as orelhasZijn oren laten hangen
Abaixo de cãoEen waardeloos vod
Abanar a árvore das patacasAan de geldboom schudden/ Geld los te zien krijgen/ Gemakkelijk aan geld kunnen komen
Abanar as orelhasNiet akkoord gaan
Abanar moscasVliegen zitten vangen/ Luieren
Abandalhar-seZijn waardigheid verliezen/ Zichzelf verwaarlozen/ Verslonzen
Abandonar o barcoHet zinkend schip verlaten
Abarcar o mundo com ambas as mãosZich alles toe-eigenen/ Alles alleen doen
Abarcar o mundo com ambas as pernasZich alles toe-eigenen/ Alles alleen doen
Abelha mestraIntrigante/ Sluw m ens
Abençoada mãe que tal filho pariuDat heeft hij niet van vreemden
Aberto de par em parWagenwijd open
Abraçar o céu com ambas as mãosAlles voor zichzelf willen
Abrandar a cóleraAfkoelen
Abrir(-se) comZijn hart uitstorten bij
Abrir a bocaZijn mond opendoen
Abrir a farpelaVluchten
Abrir a portaDe eerste stap doen/ De deur openzetten
Abrir a torneiraEen spraakwaterval zijn
Abrir as ideiasUit de doeken doen/ Uitleggen
Abrir (o) bicoZijn mond opendoen/ Een misdaad bekennen
Abrir brechaEen bres slaan
Abrir caminhoHet initiatief nemen/ Aan de slag gaan
Abrir o apetiteDe eetlust opwekken/ Zin in eten krijgen
Abrir o compassoSneller gaan lopen
Abrir o coração/a almaZijn hart luchten
Abrir o jogoOpening van zaken geven
Abrir o livroEen boekje opendoen
Abrir o peitoZijn hart luchten
Abrir os cordões à bolsaAlles afrekenen
Abrir os olhosZijn ogen de kost geven
Abrir os olhos à alguémIemand de ogen openen
Abrir os pésDe benen nemen
Abrir-se (todo)Openheid geven/ Alles vertellen
Acabar com alguémIemand de genadeslag toedienen/ De relatie verbreken
Acabar deZojuist hebben…(gedaan)
Acabar em bemGunstig aflopen
Acabar porZover gekomen dat../ Tenslotte..
Acabou-se a papaHet is uit met de pret
Acertar agulhasIets afspreken
Acertar contasEen schuld aflossen
Acertar em cheioIn de roos schieten/ De spijker op zijn kop slaan
Acertar no alvoMeteen raden
Acertar o passoIn de pas lopen
Achar o fio à meadaDe rode draad vinden
Achar por bemCorrect, adequaat vinden
Achar-se (estar) nas suas quintasZich op zijn gemak voelen/ Het naar zijn zin hebben
Aclarar a vozZijn keel schrapen
Acolher-se às abas de alguémZich onder iemands hoede stellen
Acometer alguém com injúriasIemand uitschelden
Acompanhar a modaDe mode volgen
Aconteça o que acontecerWat er ook gebeurt
Acordar com os pés de foraMet het verkeerde been uit bed stappen
Acresce queDaar komt bij dat
Adoçar a boca a alguémIemand stroop om de mond smeren
Advogado do diaboAdvocaat van de duivel
Afiar a línguaEen scherpe tong hebben
Afiar o denteKlaar zijn om te eten
Afinal de contasPer slot van rekening
Afogar(-se) em pouca águaVan een mug een olifant maken
Afogar as mágoasZijn verdriet verdrinken
Afrouxar o passoZijn pas inhouden
Agarrado às saias (da mãe)Aan moeders rok hangen
Agarrar em siZichzelf bij elkaar rapen
Agarrar no sonoIn slaap vallen
Agarrar o touro pelos cornosDe koe bij de horens vatten
Agarrar pelos cabelosNiet laten schieten/ Vasthouden
Agarrar-se com unhas e dentesZich ergens in vastbijten
Agarrar uma, a oportunidadeZijn kans grijpen
Agitar as águasDe gemoederen in beweging brengen/ Onrust veroorzaken
Agora é que são elas!Daar zul je het hebben!
Agradar a gregos e troianosHet iedereen naar de zin maken
Água e conselho só se dão a quem pedeMen moet niet ongevraagd raad geven
Água mole em pedra dura tanto bate até que furaGestadig druppelen holt de steen (uit)
Água na bocaWatertanden
Água pela barbaHet water staat tot aan de lippen
Água preta não dá peixeIn troebel water is het slecht vissen
Água sujaSlappe koffie
Águas passadas não movem moinhosJe moet geen oude koeien uit de sloot halen
Águas quietas são profundasStille waters hebben diepe gronden
Aguenta que é serviçoHoren, zien en zwijgen
Aguentar e cara alegreDe moed erin houden
Agulha em palheiroEen naald in een hooiberg
Ah pés para que vos quero!Wegwezen!
Ah, é?Is dat zo?
Aí às seis horasOm een uur of zes
Aí é que bate o pontoHier gaat het om
Aí é que o gato vai às filhosesDaar zit de fout
Ainda bemGelukkig maar
Ainda bem que nãoGelukkig niet
Ainda bem que simGelukkig wel
Ainda hojeTot op de dag van vandaag
Ainda por cimaBovendien
Ainda que seja velho, não despreze bom conselhoMen is nooit te oud om te leren
Ajustar as contasDe rekening vereffenen
Alargar os cordões à bolsaMoeten betalen
Albarda-se o burro à vontade do donoInstructies exact uitvoeren
Alcança, quem não se cansaAls je iets niet opgeeft, bereik je je doel
Alçar os braços ao céuDe handen ten hemel heffen
Além do maisBovendien
AlfacinhaIemand uit Lissabon
Alta noiteHet holst van de nacht
Alta rodaHigh society
Alto e bom somLuid en duidelijk
Altos e baixosUps en downs
Amanhã é outro diaMorgen is er weer een dag
Amanhã tambem é diaMorgen is er weer een dag
Amargar como a brecaBitter als gal
Amargo como o rabo do gatoBitter smaken
AmaricadoMan met vrouwelijke trekjes/ Geen echte man
Ama-secaKindermeid
Ameaçar ruínaOp invallen staan
Amigo da onçaVriend uit berekening
Amigo de PenicheGefingeerde vriend
Amigo de se encostarVan iemand misbruik maken/ Iemand alles laten betalen
Amigo do peitoEen ware vriend/ Jeugdvriend/ Hartsvriend
Amigo, não empata amigoVrienden laten elkaar vrij
Amigos, amigos, negócios à parteMet je vrienden moet je geen zaken doen
Amor à primeira vistaLiefde op het eerste gezicht
Amor com amor se pagaMet gelijke munt betalen
Âncora de salvaçãoLaatste redmiddel
Anda com os bons e serás um delesWie met pek omgaat wordt ermee besmet
Andar aOp zoek zijn naar
Andar à boa vidaHet ervan nemen/ Een luizenleventje hebben
Andar na boa vidaHet ervan nemen/ Een luizenleventje hebben
Andar às turvasKibbelen
Andar a br aços comSlaags raken met
Andar à derivaDe weg kwijt zijn
Andar a dormir em péZitten slapen (figuurlijk)
Andar a monteOp de vlucht zijn (voor de politie)
Andar à onçaOp zwart zaad zitten
Andar à pai adãoIn adamskostuum rondlopen
Andar à toaZonder doel
Andar a toque de caixaSnel moeten zijn
Andar a vadiarLanterfanten/ Zijn tijd verbeuzelen
Andar à vela(Half)bloot erbij lopen
Andar ao coloOp schoot
Andar,  estar ao correnteOp de hoogte zijn
Andar ao Deus daráOp goed geluk
Andar aos caídosIn erbarmelijke financiële omstandigheden verkeren
Andar aos pontapésSlecht behandeld worden
Andar às apalpadelasIn het duister tasten
Andar às gatasAchter de vrouwen aanzitten
Andar Ceca e MecaStad en land afzoeken
Andar com a cabeça à rodaZijn hoofd er niet bij hebben/ Zijn hoofd verliezen
Andar com a cabeça na luaEr met zijn hoofd niet bij zijn
Andar com a casa às costasEen zwervend bestaan leiden/ Met de caravan op stap
Andar com a língua de foraUitgeput zijn
Andar com o coração nas mãosOnrustig, zenuwachtig zijn
Andar com o credo na bocaBang zijn gevaar te lopen
Andar de cu tremidoZich verplaatsen in een of ander voertuig
Andar de mal a piorVan kwaad tot erger
Andar de mão em mãoVan hand tot hand gaan/ Van de een naar de ander gaan
Andar de nariz torcidoGeen zin hebben om iets te doen
Andar de rastosKruipen/ Zich voortslepen
Andar em diaOp orde zijn (administratie)
Andar feito barata tontaVerstrooid zijn
Andar lisoBlut zijn
Andar moiro na costaZegt men als er nieuws, nieuwe liefde in de lucht hangt
Andar na boca do mundoOver de tong gaan/ Iedereen praat over je/ Je bent het gesprek van de dag
Andar na corda bambaGeen doel hebben
Andar na escolaOp school zitten
Andar na farraZich vermaken/ Feest vieren
Andar na luaVerstrooid zijn
Andar na má vidaOp het verkeerde pad zijn
Andar no arVerstrooid zijn
Andar no comboio dos torresmosLangzaam vooruit gaan/ Langzaam lopen
Andar no pagodeAan het fuiven zijn
Andar no peditório(Lopen te) bedelen
Andar num rodopioHet druk hebben
Andar para trásAchteruit gaan
Andar para trás como o caranguejoAchteruit gaan
Andar pé ante péKomen aansluipen/ Geruisloos lopen
Andar pouco católicoNiet erg gezond zijn
Andar (estar) em baixoHet gaat slecht (met iemand)
Andar (ficar, estar) à noraZich geen raad weten/ Niet lukken
Andar (ficar) às aranhasIn het duister tasten/ Gedesoriënteerd zijn
Andar (ir) na borgaZich vermaken/ Feest vieren
Andar(ser) com o cão e o gatoAls kat en hond
Andar-modeloModelwoning
Ando doenteIk ben de laatste tijd ziek
AnoitecerDonker worden/ Avond worden
Antes a morte que tal sorteLiever dood
Antes de mais nadaAllereerst/ Ten eerste
Antes do termo de qualquer negócioVoordat je zaken afsluit
Antes filho de pobre que escravo do ricoBeter het kind van een slaaf dan de slaaf van een rijkaard
Antes pouco do que nadaBeter dan iets
Antes que conheças não louves nem ofendasOordeel niet alvorens je iemand kent
Antes que fales vê o que dizesDenk na voor je iets zegt
Antes que o mal cresça, corte-se lhe a cabeçaHet kwaad in de kiem smoren
Antes quebrar que torcerNiet opgeven/ Doorzetten!/ De aanhouder wint
Antes só do que mal acompanhadoBeter alleen dan in slecht gezelschap
Antes tarde do que nuncaBeter laat dan nooit
Antes um pássaro na mão que dois a voarBeter een vogel in de hand dan tien in de lucht
Anzol sem isca o peixe não beliscaZonder aas geen vis
Ao abandonoAan zijn lot overlaten
Ão ãoWoef woef
Ao ar livreIn de buitenlucht
Ao bom darás e do mau te afastarásGeef aan de goede en hou je verre van de kwade
Ao contrárioAndersom
Ao deus-daráVerlaten (zijn)/ Op goed geluk/ In het wilde weg
Ao diabo e à mulher nunca falta que fazerVrouwen zijn altijd bezig
Ao fundoAchteraan/ Achterin
Ao largoIn de verte
Ao mar largoIn volle zee
Ao menino e ao borracha, põe-lhes Deus a mão por baixoGod beschermt kinderen en dronkenlappen, ze weten niet wat ze doen
Ao passo queNaarmate
Ao pé da letraLetterlijk
Ao preço da uva mijonaSpotgoedkoop
Ao rés da paredePlat tegen de muur
Ao rico não faltes, ao pobre não prometasBelofte maakt schuld
Ao romper da auroraBij het krieken van de dag
Ao saber das ondas e ventosStuurloos/ Op drift
Ao saber da maréZoals de wind waait/ Naar het uitkomt
Ao seu disporTot uw beschikking
Aonde vai o ferro, vai a ferrugemWaar rook is, is vuur
Aos bochechosBeetje bij beetje
Aos bordosWaggelend
Aos pontapésIn grote hoeveelheden
Aos poucosLangzamerhand/ Beetje bij beetje
Aos quatro ventosUit alle windrichtingen
Aos rins segue-se o coraçãoVan het een komt het ander
Aos SSSlingerend/ Dronken
Apanhar a jeitoBereid vinden
Apanhar com a boca na botijaOp heterdaad betrappen
Apanhar em flagranteOp heterdaad betrappen
Apanhar (-lhe)o jeitoDe kunst te pakken krijgen
Apanhar numa armadilhaStrikken
Apanhar-se mais depressa um mentiroso que um coxoAl is de leugen nog zo snel, de waarheid achterhaalt ‘m wel
Apanhar uma bebedeiraZich zwaar bedrinken
Apanhar uma borracheiraEen stuk in zijn kraag drinken
Apanhar uma carga de pauStokslagen krijgen
Apanhar uma multaEen bekeuring krijgen/ Op de bon geslingerd worden
Apanhar uma pielaZich zwaar bedrinken
Apanhar uma raposaZakken (voor een examen)
Apanhar uma secaZich rot vervelen
Apanhar um cháBerispt worden
Apanhar um chimbalauSchade oplopen
Apanhar um c humboZakken voor een examen
ApaparicarVertroetelen
Aparecer do nadaUit het niets opduiken
Apartar os olhos deDe ogen afwenden van
Apertar as mãosHanden schudden
Apertar com alguémIemand onder druk zetten
Apertar o bacalhauEen handdruk geven/ De hand schudden
Apertar o cintoDe broekriem aanhalen
Aperto no coraçãoBenauwd
Aprende e saberásLeert en ge zult weten
Aprende, pratica e serás mestreOefening baart kunst
Aprender até morrerMen is nooit te oud om te leren
Aproveitar a boleiaEen lift krijgen
Aqui é que a porca toce o raboDaar heb je de poppen aan het dansen/ De bom is gebarsten
Aqui há coisaHier ligt een probleem, een fout
Aqui há gatoHier ligt een probleem, een fout
Aqui para nósTussen ons gezegd en gezwegen
Aqui se faz, aqui se pagaBoontje komt om zijn loontje
Aqui-del-rei!Help!
Ar de famíliaEen familietrekje
Arder em furorIn woede uitbarsten
Arder pela vítoriaNaar de zege snakken
Armar(-se) aos cágadosZich slimmer voordoen dan men is
Armar(-se) aos cucosZich slimmer voordoen dan men is
Armar(-se) em carapau de corridaZich slimmer voordoen dan men is
Armar ao pingarelhoOverdrijven/ Je anders voordoen dan je bent
Armar (dar) uma barracaHerrie schoppen/ Een vervelende situatie veroorzaken/ Problemen maken
Armar em parvoDoen of je gek bent/ Doen of je neus bloedt
Armar (arranjar) pé de ventoHerrie schoppen
Armar-se até aos dentesZich tot de tanden wapenen
Armar-se de paciênciaGeduld oefenen
Arrancar cabelosZich de haren uit het hoofd trekken
Arrotar a postas de pescadaOpscheppen/ Zichzelf op de borst kloppen
Arquear as sobrancelhasZijn wenkbrauwen optrekken
Arrancar a saca-rolhasEruit trekken (de waarheid bijvoorbeeld)
Arranha-céusWolkenkrabber
Arranjar um bico de obraZich in de nesten werken
ArranjinhoAfspraakje/ Verhouding
Arrastar as asasDown zijn
Arredar péAfstand houden
Arregaçar as mangasDe mouwen opstropen
Arreganhar os dentesZijn tanden laten zien
Arrepiar (cortar) caminhoEen stuk afsnijden
Arrumar (pendurar) as botasZijn lier aan de wilgen hangen
Árvore velha não é fácil de arrancarOude bomen zijn moeilijk te verplaatsen
Árvore velha nunca se muda, transplantaOude bomen moet je niet verplanten, verplaatsen
Às abadasIn grote hoeveelheden
Às apalpadelasOp de tast/ In den blinde
As aparências iludemSchijn bedriegt
As benções chegam uma de cada vez, a desgraça vêm em grupoEen ongeluk komt nooit alleen
As boas contas são como as cerejas, vêm umas atrás das outrasVan het een komt het ander
As conversas são como as cervejas, vêm umas atrás das outrasHet ene woord lokt het andere uit
As costas voltadas (viradas)Met de rug ernaar toe
Às duas por trêsIn een onbewaakt ogenblik
As excepções são a regraDe uitzondering bevestigt de regel
As frases estão certas ou erradas?Zijn de zinnen goed of fout?
Às furtadelasStiekem
As más notícias chegam depressaSlecht nieuws verspreidt zich als een lopend vuurtje
As melhorasBeterschap
As melhoras essências estão nos frascos mais pequenosKlein maar fijn
Às mil maravilhasUitstekend/ Opperbest
As moscas apanham-se com melVliegen vangt men met honing
Às nove em pontoOm klokslag 9 uur
As palavras cortam mais do que as espadasMet woorden kun je diepere wonden slaan dan met het zwaard
As palavras voam, a escrita ficaJe kunt beter alles op papier zetten
As paredes têm ouvidosDe muren hebben oren
As rosas caem, os espinhos ficamGeen roos zonder doornen
Às tantasOp een gegeven ogenblik
Às três pancadasSlordig
As vezes não dáSoms komt het niet goed uit
Assa-se o pão enquanto o forno está quenteMen moet het ijzer smeden als het heet is
Assentar como uma luvaHet zit als gegoten
Assim como assimIn dat geval
Assim como quem não quer a coisaDoen alsof het niks met hem, haar te maken heeft
Assim não te governasZo kom je er niet (figuurlijk)
Assinar o pontoDe presentielijst tekenen
Assistir um concerto, um filme etcBijwonen van een concert, film etcetera
Assoa-te lá a esse guardanapoDaar heb je niet van terug
Até a formiga quer companhiaNiemand wil alleen zijn
Até ao lavar dos cestos é vindimaNiet opgeven/ Doorgaan tot het werk af is
Até ao último arrancoTot de laatste snik
Até láTot die tijd
Até mais não poderTot de laatste snik
Até mimNaar me toe
Até para ser cão é preciso ter sorteBij alles heb je een dosis geluk nodig
Até porqueAangezien
Até que enfimEindelijk!
Atirar com as culpas aDe schuld schuiven op
Atirar para o tortoFoute boel
Atirar para trás das costasAchter zich laten (en doorgaan)
Atirar poeira para os olhosZand in de ogen strooien/ Een rad voor ogen draaien
Atirar-se de cabeçaNiet bang zijn voor moeilijkheden/ Ergens voor gaan
Atou-se-lhe a voz na gargantaZijn stem bleef in zijn keel steken
Atrás de tempo, tempo vemWe hebben tijd genoeg
Atrás de uma bola vem sempre uma criançaPas op! Achter een bal komt altijd een kind
Atrás de uma montanha está outra montanhaEen ongeluk komt nooit alleen
Atraso da vidaIemand die niet vooruit gaat/ Een dom iemand
Azar no jogo, sorte no amorOngelukkig in het spel, gelukkig in de liefde
Azedo como o rabo de gatoHeel zuur
Azul desmaiadoBleekblauw
Bacalhau com todosGerecht: gekookte stokvis, aardappelen, groenten en soms een gekookt ei
Badalar ao badaloZijn mond voorbij praten
Baixar a bolaKalmeren/ Zich beheersen
Baixar a vozZachtjes gaan praten
Baixar os braçosDe pijp aan Maarten geven/ De handdoek in de ring gooien/ Door de knieën gaan/ Opgeven
Baldar-sePassen
Balde de água friaEen koude douche
BaleiaDikke schommel (vrouw) (lett: walvis)
BalelaUit zijn nek kletsen/ Leugen
Banda de malfeitoresEen boevenbende
Bandeira a meia hasteDe vlag half stok
Banha de cobraMooie praatjes/ Stroop om de mond
Barato sai caroGoedkoop is duurkoop
Barata tontaDe kluts kwijt/ In de war
Barriga à bocaHoogzwanger
Barriga a dar horasHonger hebben
Barriga cheia, companhia desfeitaZodra je je doel bereikt hebt, weg zijn/ Handelen uit eigenbelang
Barriga da pernaScheenbeen
Barriga de freiraSoort pudding
Barriga para o arOp de rug
Barriga vazia não tem alegriaMet een lege maag is het slecht lachen
BarrigadaVolle buik
Barrigada de risoBuikschuddend lachen
BarrigudoDikbuikig
BarriguismoEigenbelang (in de politiek)
BarrilDikzak/ Tolrond iemand
Bate e voltaEven wegwippen
Bate-latasOude auto/ Rammelkast
Bater (um) papoMet elkaar kletsen
Bate-papoGesprekje
Bater a asaDe benen nemen
Bater a botaDe pijp uitgaan
Bater a outra portaErgens anders aankloppen
Bater a todas as portasOveral aankloppen voor hulp
Bater as botasSterven
Bater castanholasKlappertanden
Bater certoKloppen (fig)
Bater com a cara na portaVoor een gesloten deur staan
Bater com a língua nos dentesZijn mond voorbij praten
Bater com o nariz na portaAan een gesloten deur komen/ Zijn neus stoten
Bater com os calcanhares no cuHard rennen/ Vluchten
Bater forte e feioHard slaan
Bater no ceguinhoZout in de wonde (blijven) strooien
Bater no fundoEen dieptepunt bereiken
Bater no peitoZich (deemoedig) op de borst kloppen
Bater o denteHet koud hebben/ Klappertanden
Bater o péProtesteren
Bater os dentesKlappertanden
Bater o queixoKlappertanden
Bater, tocar na mesma teclaBlijven hameren op/ Doordrammen
BatotaVals spel
BeataEen fanatieke kerkganger
Beber as palavrasAan zijn lippen hangen
Beber pouco cháGeen manieren hebben, onbeleefd zijn
Beber pouco chá (em pequeno/em criança) )Geen manieren hebben meegekregen, onopgevoed zijn
Beber como uma esponjaVeel drinken
Beber do finoEen dure smaak hebben
Beber pelo mesmo copoIntiem zijn/ Vertrouwelijk zijn
Beco sem saídaGeen uitweg (doodlopende straat)
(A) beija-florDe kolibri
Bem consideradoOp de keper beschouwd
Bem dispostoGoede zin hebben
Bem dito bem feitoZo gezegd, zo gedaan
Bem entendidoWel te verstaan/ Natuurlijk
Bem feitoNet goed/ Eigen schuld, dikke bult
Bem hajaGod zij dank
Bem mandadoGehoorzaam
Bem postoKeurig gekleed
Bem-criadoWelopgevoed
Bem-paradoGoed terecht gekomen
Bem-postaSmaakvol/ Met smaak (gekleed of ingericht)
BenficaMenstruatie
Bera como a ferrugemDoor en door slecht
Bicho de consciênciaWroeging
Bicho-do-matoEen huismus/ Weinig sociaal
Bicho de sete cabeçasOnbegonnen werk
Bico caladoMondje dicht
Bico de papagaioEen haakneus
Bico-de-obraEen moeilijk iets
Bife a cavaloGerecht dat bestaat uit een biefstuk met gebakken ei en patat
BirraGril/ Opstandigheid/ Koppigheid/ Krijsen om iets gedaan te krijgen
BirrentoVervelend
Boa árvore, bons frutosAan de vruchten ken je de boom
Boa biscaOnguur type/ Iemand met een slecht karakter
Boa brasa, boa casaEigen haard is goud waard
Boa encomendaIemand die niet deugt (ironisch bedoeld)
Boa pintaZiet er veelbelovend uit (ironisch)
Boa praçaIemand waar je van op aan kunt
Boas contas fazem os bons amigosJe moet geen schulden maken bij je vrienden
Boca a saber a papel de músicaEen kater hebben
Boca abertaOpen mond (van verbazing)
Boca do infernoVoor de poorten van de hel/ Een plek waar je niet moet zijn
Boca que fala, não mastigaJe moet aan tafel je mond houden
BocasPraatjes
Bocas do mundoPublieke opinie
Bocejo longo, ou é fome ou é sonoGapen betekent honger of slaap hebben
Bode expiatórioIemand die altijd de schuld krijgt/ De kop van Jut
BodegaSlecht werk
Bolso cheio, coração alegreEen volle portemonnee maakt blij
Bom como o milhoUitstekend
Bom copoEen goede drinker
Bom de bicoMakkelijk met eten/ Lust alles
Bom exemplo, meio sermãoJe moet het goede voorbeeld geven/ Goed voorbeeld doet goed volgen?
Bom garfoEen grote eter/ Bourgondiër
Bom pagador paga logoEen goede betaler geeft ‘boter bij de vis’
Bom partidoGoede partij
Bom pedaçoEen stuk (mooie man/vrouw)
Bom pontoKomisch iemand
Bom proveitoEet smakelijk
BomgarfoGoede eter
Bom talherGoede eter
BonecoVerwaande vent/ Een man die altijd met uiterlijk en kleding bezig is
Borra-botasEen onbeduidend iemand
Borrar a pinturaOp het laatste ogenblik verpesten
Botou as tripasLoopt leeg
Braços no arHands up!
Branco como a calZo wit als een doek
Bravo como um touroEen dappere vechtersbaas
Branco e pretoZwart-wit
BrazucasBrazilianen (scheldwoord)
Brilhar pela ausênciaSchitteren door afwezigheid
Brincar ao gato e ao ratoKat en muis spelen
Bruto como uma portaVreselijk stom/ Dom/ Een lummel/ Een bruut
Estúpido como uma portaZo gek als een deur
Bruto como as casasBruut x
Bucha e EsticaDe dikke en de dunne
Bugalho de olhoOogappel
Burra de saiasWillekeurig welke vrouw
Burro calado torna-se sábioWijselijk zijn mond houden
Burro de cargaIemand die zowel zijn eigen werk als dat van anderen doet
Burro de trabalhoWerkpaard/ Werkezel
Burro velho não aprende línguasHet is moeilijk op oudere leeftijd iets te leren of van opvattingen te veranderen
Casa com gato não sai rato farto. Tekening Henrique Schijns
Cá se fazem, cá se pagamBoontje komt om zijn loontje
Cabeça chochaEen geheugen als een zeef
Cabeça de alho chochoEen geheugen als een zeef
Cabeça de avelãDwaas/ Domkop
Cabeça de naboDwaas/ Domkop
Cabeça friaHet hoofd koel (houden)
Cabeça leveLosbol
Cabeça nas nuvensMet het hoofd in de wolken
Cabeça-duraEen domkop
Caber na cova dum denteIn een holle kies passen
Caça às bruxasHeksenjacht
Cada cabeça uma sentençaZoveel hoofden, zoveel zinnen
Cada coisa a seu tempoAlles op zijn tijd
Cada coisa no seu lugarAlles heeft zijn eigen plaats
Cada maluco com a sua maniaIedere gek heeft zijn gebrek
Cada panela tem a sua tampaOp elk potje past een dekseltje
Cada porco em seu chiqueiro, cada pinto em seu poleiroIeder op zijn plek/  Ieder heeft zijn eigen plek
Cada povo com seu uso, cada roca com seu fusoIeder volk is gehecht aan zijn eigen gewoontes
Cada qual com a sua cruzElk huisje heeft zijn kruisje
Cada qual é para o que nasceIeder moet zijn talenten ontwikkelen
Cada terra tem seu uso, cada roca tem seu fusoElke streek heeft zijn eigen gewoontes
Cada um a seu modoIeder doet het op zijn eigen manier
Cada um chega a brasa à sua sardinhaIedereen wil gelijk hebben
Cada um puxa a brasa à sua sardinhaIedereen probeert gelijk te krijgen
Cada um colhe o que semeouGe zult oogsten wat ge zaait
Cada um come do que gostaIeder zijn smaak
Cada um que se governeIeder voor zich
Cada um sabe de si, e Deus de todosIeder voor zich en God voor ons allen
Cada um sabe onde o sapato lhe apertaIeder weet waar de schoen wringt
Cada um tem a sua cruz
Cada vez melhor
Elk huisje heeft zijn kruisje
Steeds beter
CaicaiJurk of hemd zonder bandjes/ Strapless
Cair na boca do loboIn het hol van de leeuw terecht komen
Cair a alma aos pésDe moed zakt hem in de schoenen
Cair à camaZiek worden
Cair a piqueLoodrecht neervallen
Cair algum santo do altarAls een donderslag bij heldere hemel/ Er gebeurt iets onverwachts
Cair bemGoed (be)vallen
Cair malSlecht (be)vallen
Cair bem comGoed te combineren met
Cair como um patinhoErgens intrappen (fig)
Cair das nuvensTerug op aarde vallen
Cair de chapaVoorover vallen
Cair de cuOp je billen terecht komen
Cair de patanaHeel hard vallen
Cair de podreUit elkaar vallen (van ouderdom)
Cair do pedestralVan zijn voetstuk vallen
Cair emVervallen in
Cair em desgraçaIn ongenade vallen
Cair em siTot inkeer komen
Cair mal comSlecht te combineren met
Cair na razãoDe zaak (zaken) nuchter bekijken
Cair na redeErgens intrappen
Cair nas garras de alguémIn iemands klauwen vallen
Cair nas unhas de alguémIn iemands klauwen vallen
Cair no lassoIn de val lopen
Cair numa armadilhaIn een valstrik lopen
Cair o coração aos pésDe moed zakt iemand in de schoenen
Cair os parentes na lamaDe (familie) naam door het slijk halen
Cair que nem um anjinhoErgens met open ogen intrappen
Caixa das ideiasHet hoofd/ De hersenen
Caixa de arDe borstkas
Caixa de fósforosKleine afgesloten ruimte
Caixa de óculosBrillenjood
Caixinha de surpresasEen vat vol verrassingen/ De doos van Pandora
Calado que nem um ratoZo stil als een muis
Calar a boca a alguémIemand de mond snoeien
Calar o bicoZijn mond houden
Calças a um lado, saias a outraMannen en vrouwen gescheiden
Caldo entornadoEen tegenvaller/ Een probleem
Calhar que nem ginjasGoed uitkomen
Cama, mesa e roupa lavadaEen gespreid bedje
Caminho de cabrasEen geitenpad
Camisa de vénusEen condoom
Cana sem isca, peixe não beliscaZonder aas geen vis
Canja de galinha não faz mal a ninguémKippensoep doet een elk goed
Cansar-se deGenoeg krijgen van
Cantar a mesma cantigaSteeds hetzelfde liedje (zingen)
Cantar de galoHoog van de toren blazen
Cantar vitória antes do tempoTe vroeg juichen
Canto de sereiaVleiende taal/ Lokroep
Cão que ladra não mordeBlaffende honden bijten niet
Cara a caraTegenover elkaar/ In eigen persoon
Cara abolachadaEen dik rond gezicht
Cara de bolachaEen dik rond gezicht
Cara de casoBezorgd kijken
Cara de enterroBegrafenisgezicht
Cara de fomeHongerige blik/ Vermagerd gezicht
Cara de pauEen uitgestreken gezicht
Cara de poucos amigosEen gezicht als een oorwurm
Cara ou coroaKop(kruis) of munt
Cara-metadeWederhelft
Carga de águaStortregen
Carga de ossosVel over been
Carne de canhãoKanonnenvlees
Carne vivaEen open wond
Caro como fogoPeperduur
Carradas de razãoAlle gelijk van de wereld
Carregar a sua cruzZijn kruis dragen
Carregar o autoclismoDoortrekken (toilet)
Carregar pela bocaEen makkie
Carroça do lixoIets wat flink vertraagt/ Een traag iemand
Carta abertaEen open brief
Casa com gato não sai rato
Casa da malta

De zoete inval
Casa de pai, escola de filhoZo vader, zo zoon/ De appel valt niet ver van de boom
Casa de pregoPandjeshuis
Casa mal-assombradaSpookhuis
Casa onde entra o sol, não entra o médicoEen zonnig huis is een gezond huis
Casa onde não há pão, todos ralham e ninguém tem razãoWaar armoede is, heerst geen goede sfeer
Casa roubada, trancas à portaAls het kalf verdronken is, dempt men de put
Casamento atrás da porta (da igreja)Samenwonen/ Hokken
Casca de nozEen notendop
Casca de rolhasHeel ver weg
Casca-grossaEen bruut
Caso bicudoEen moeilijk geval
Caso de consciência Een gewetenskwestie
Caso de força maiorEen geval van overmacht
Castanhas boas e vinho novo fazem as delícias do São MartinhoSint Maarten is de tijd van kastanjes en nieuwe wijn
Castelo de cartasEen luchtkasteel/ Een illusie
Castelos no arLuchtkastelen
Causar muito ruídoVeel opzien baren
Cautela nunca é demaisJe kunt nooit voorzichtig genoeg zijn
Cavalarias altasTe hoog gegrepen/ Te grote ambities
Cavar batatasIemand buiten zetten/ Iemand wegsturen
Cedo deitar e cedo erguer, dá saúde e faz crescerMet de kippen op stok gaan
Cego como um morcegoZo blind als een mol
Cem cães a um ossoIedereen wil hetzelfde
Centro de acolhimentoEen opvangcentrum
Cesteiro que faz um cesto faz um centoAls er een schaap over de dam is, volgen er meer
Chá de parreiraWijn
Chamar a atençãoDe aandacht trekken
Chão que deu uvasDat is voorgoed voorbij/ Dat kan tegenwoordig niet meer
Chato como um pratoEen zanikerd
Chega de falar nissoGenoeg gepraat (daarover)
Chega-lá aquiKom eens hier
Chegar a horasZijn tijd is gekomen/ Hij gaat sterven
Chegar à metaHet eind is in zicht
Chegar a mostarda ao narizHet zit me tot hier
Chegar a roupa ao pêloSlaan (iemand)
Chegar aos ouvidosTot je doordringen wat je hoort
Chegar lá para as quinhentasHeel laat komen
Chegar para as encomendasVoldoende zijn/ Kunnen rondkomen
Chegar-se às boasZich onderwerpen/ Ermee eens zijn
Chegar sem novidadeZonder ongelukken aankomen
Chegar às mãosNaar je toe komen/ In handen krijgen
Chega-te aos bons e serás um delesGa met goede mensen om en je zult een goed persoon worden/ Kies je vrienden met zorg
Chegou ali e parouGeen toekomst hebben
Cheio até às orelhasVol/ Verzadigd
Cheio até aos olhosNiet meer kunnen (eten)/ Vol zitten
Cheirar a chamuscoEr zit een luchtje aan/ Het is geen zuivere koffie
Cheira a esturroEr zit een luchtje aan/ Het is geen zuivere koffie
Cheirar a saiasEr zijn hier vrouwen
Chi (Xi) ou chi (xi)-coraçãoEen omhelzing
ChichiPlasje (urine)
Chorar a rirHuilen van het lachen
Chorar baba e ranhoGierend huilen
Chorar como uma MadalenaErg huilen
Chorar como uma perdidaErg huilen
Chorar de risoZich een kriek lachen
Chorar lágrimas de crocodiloKrokodillentranen huilen
Chorar sobre o leite derramadoGedane zaken nemen geen keer
Chover a potesStortregenen
Chover a cântarosPijpenstelen regenen
Chupar o (no) dedo/ chucharOp een houtje bijten
Chuva não quebra ossosJe smelt niet van een beetje regen/ Je bent niet van suiker
Cinco horas e talOver vijven
Cinco réis de genteEen onderdeurtje
Claro como a águaZo klaar als een klontje/ Glashelder
Claro como o diaZo klaar als een klontje/ Glashelder
Claro como o solZo klaar als een klontje/ Glashelder
Claro como um provérbio de lama, de barroZo helder als koffiedik
Claro que simNatuurlijk wel
Cobrir o lançoDe lat te hoog leggen
Cócó, ranheta e facada (os três da vida airada)De drie musketiers
Có-có-ró-róKukeleku
Coisa bem começada é meio acabadaEen goed begin is het halve werk
Coisa esmeradaPiekfijn in orde
Coisas de brecaDuivelse zaken
Coisas e loisasDitjes en datjes
Coisinha fofaSnoesje/ Schatje
Coisíssima nenhumaAbsoluut niets
CoitadinhoStakkerd/ Och arme
Coitado do homem!Arme man/ Stakkerd
Colocar o carro adiante dos boisHet paard achter de wagen spannen
Colocar-se em evidênciaDe aandacht trekken
Com a barba crescidaMet een lange baard
Com a barriga à mostraMet blote buik
Com a brecaVerduiveld
Com a cabeça no arOnbezonnen/ Verstrooid/ Lichtzinnig
Com a corda no pescoçoMet de strop om de nek
Com a corda na gargantaMet de strop om de nek
Com a escola todaUitgekiend/ Gehaaid
Com a faca e o queijo na mãoDe sleutel in handen hebben
Com a verdade me enganasIk kan je niet geloven/ Je boezemt me wantrouwen in
Com ambas as mãosMet beide handen (aangrijpen)
Com armas e bagagensGepakt en gezakt
Com as mãos a abanarMet lege handen
Com as mãos atadasMet de handen gebonden/ Onmachtig
Com as tripas do avessoBuiten zichzelf
Com bom denteMet goede eetlust
Com certezaVast en zeker
Com coisas sérias não se brincaMet serieuze zaken moet je niet de draak steken
Com conta, peso e medidaMet overleg te werk gaan/ Rechtvaardig
Com costelaAls voorgeslacht hebben/ Verwant zijn met/ Voorouders hebben in
Com duas pedras na mãoVijandig
Com escasso pessoalOnderbemand
Com exatidãoAccuraat
Com forte sotaqueMet een zwaar accent
Com grande custoMet veel moeite
Com licençaSta me toe/ Met permissie
Com mais forte razãoReden temeer
Com muita fome não há mau pãoHonger maakt rauwe bonen zoet
Com o braço ao peitoMet gebroken arm
Com o cu na mãoBang zijn
Com o fogo não se brincaJe kunt beter niet met vuur spelen
Com (o) fogo no raboMet de duvel op zijn hielen
Com o gás todoPlankgas
Com o rabo entre as pernasMet de staart tussen de benen (afdruipen)
Com os pés para a covaMet één been in het graf
Com palha e milho, se leva o burro ao trilhoMet de juiste aanwijzingen kom je er wel
Com pés e cabeçaMet begin en einde (van een verhaal)
Com pézinhos de lãVoorzichtig/ Geniepig/ Zachtjes
Com pilhas de graçaErg grappig
Com quase toda a certezaZo goed als zeker
Com tempo tudo se curaDe tijd heelt alle wonden
Com todas as letrasVoluit
Com todos os conformesVolgens de voorschriften
Com todos os FF e RRTot in de puntjes verzorgd/ Af
Com um grão na asaMet e en stuk in zijn kraag
Com uma grande pena minhaMet veel moeite van mijn kant/ Jammer genoeg
Com uma mão por baixo e outra por cimaUiterst voorzichtig
Com uma perna às costasGeen enkel probleem/ Een fluitje van een cent/ Met twee vingers in de neus
Com unhas e dentesUit alle macht
Com as tripas do avessoBuiten zichzelf van woede
Comboio de torresmosLangzaam vehikel/ Sloom persoon
Come para viver, não vivas para comerEet om te leven, leef niet om te eten
Come menino e criar-te-ás; come velho e viverásEet kind en ge zult groot worden, eet oude en je zult leven
Começar a apertarDe tijd begint te dringen/ Het is bijna zover
Começar a levar caminhoOp de goede weg zijn
Começar a mandar virRuzie maken/ Ruzie zoeken
Começar com o pé direitoGoed beginnen
Comer a dente queixalMet lange tanden eten
Comer com os dentes da frenteMet lange tanden eten
Comer com os olhosMet de ogen verslinden
Comer como um abadeEten als een wolf/ Eten als een paard
Comer como um brutoOnbeschoft eten
Comer como um passarinhoHeel weinig eten
Comer como uma freiraEten als een spaaier, bootwerker, paard
Comer e calarAlles slikken, incasseren zonder een kik te geven
Comer e chorar por maisEr geen genoeg van kunnen krijgen
Comer e coçar está no começarAls je eenmaal begint kun je niet meer stoppen
Comer muito queijoVergeetachtig zijn
Comer uma buchaEen stukje brood, boterham, broodje eten
Comes e bebesHapjes en drankjes
Comeretes e beberetesHapjes en drankjes
Comezana ou comezainaOvervloed aan eten
Comigo não faz farinhaMet mij valt niet te spotten
ComilonaEen veelvraat van een vrouw/ Een vrouw die van veel eten houdt
Como adiante veremosZoals we verderop zullen zien
Como assim?Hoezo?
Como não?Hoezo niet?
Como cerejasIn overvloed/ Bij de vleet
Como dois dedos da mesma mãoLijkt sprekend/ Als twee druppels water
Como é que eu faço chegar a…?Wat moet ik doen om in … te komen?
Como formigasEen mierennest
Como gente grandeAls volwassenen
Como lhe corre a vida?Hoe staan de zaken?
Como manda a leiZoals het hoort
Como manda o figurinoVolgens de mode
Como o tempo passa depressaWat vliegt de tijd
Como peixe na águaAls een vis in het water
Como quem não quer a coisaOnverschilligheid fingeren
Como semeares assim colherásGelijk men zaait zal men oogsten
Como tem passado?Hoe gaat het met u?
Como um cãoHonds
Como um fogueteAls een speer
Como um pintoKletsnat/ Als een verzopen kat
Comprar gato por lebreKnollen voor citroenen kopen
Comer gato por lebreKnollen voor citroenen eten
Comprar cebolas por alhosEen kat in de zak kopen
ConcordoIk ben het ermee eens
Conforme ao nosso ajusteVolgens onze overeenkomst
Conforme é o passarinho, assim é o ninhoZoals het huis eruit ziet, zo zijn de bewoners
Conforme se toca assim se dançaUit het een komt het andere voort
Confusão de narizesGrote verwarring (grappig bedoeld)
Conhecer à léguaHeel goed kennen/ Door en door kennen
Conhecer como as próprias mãosKennen als zijn eigen broekzak
Conhecer como as próprios dedosKennen als zijn eigen broekzak
Conhecer de ginjeiraGrondig kennen/ Al heel lang kennen
Conhecer por dentro e por foraDoor en door kennen
Conhece-se o marinheiro no meio da tempestadeBij noodweer leer je de schipper kennen
Conseguir uma coisaIets voor elkaar krijgen
Conserva de atumEen blikje tonijn
Considero-o meu amigoIk beschouw hem als een vriend
Conta redondaEen afgerond bedrag
Contar comRekenen op (iemands aanwezigheid)
Contar emRekenen op (iets te krijgen)
Contar os passosLangzaam lopen
Contente que nem um ratoMeer dan tevreden
Contos da carochinhaFabeltjes/ Sprookjes
Contra a minha vontadeTegen mijn zin
Contra factos não há argumentosTegen feiten valt niet te argumenteren
Contra ventos e marésTegen alle tegenslagen in/ Tegen de klippen op
ContratempoTegenvaller
Conversa de chachaPrietpraat
Conversa fiadaOnzin uitkramen
Cor de burro quando fogeOndefinieerbare kleur
Coração ao pé da bocaHet hart op de tong
Coração de bronzeEen hart van steen
Coração de mármoreEen hart van steen
Coração de pedraEen hart van steen
Corar de pudorBlozen van schaamte
Corpo a corpoMan tegen man
Corpo moídoGesloopt/ Een moe, pijnlijk lijf van het werken
Corra o ano como for, haja em agosto e setembro calorHet maakt niet uit wat voor weer het is geweest het hele jaar, als het in augustus en september maar mooi weer is.
Correr Ceca e MecaStad en land afzoeken
Correr a sete pésVluchten/ Er vandoor gaan
Correr a toque de caixaSnel lopen
Correr alguémIemand verdrijven/ Iemand wegjagen
Correr às mil maravilhasLopen als een trein/ Gesmeerd lopen
Correr como uma lebreLopen als een haas
Correr de boca em bocaZich als een lopend vuurtje verspreiden/ Van mond tot mond gaan
Correr monte e valesStad en land aflopen
Correr mundoVeel reizen
Correr riscosRisico(‘s) lopen
Cortar a palavra a alguémIemand in de rede vallen
Cortar as asasZijn vrijheid ontnemen
Cortar as voltasOm de zaak heen draaien
Cortar caminhoEen snellere manier vinden
Cortar comMinderen (roken bijv)
Cortar emMinderen (roken bijv)
Cortar na casacaPraten achter iemands rug
Cortar na pele deAllerlei kwaads vertellen van
Cortar o fioDe draad kwijtraken
Cortar o mal pela raizMet wortel en tak uitroeien
Costas ao altoWerkeloos
Cova do denteEen kleine ruimte
Cozinha-se o pão enquanto o forno está quenteHet ijzer smeden als het heet is
Creio que nãoVolgens m ij niet/ Ik geloof van niet
Cresce e apareceOm kleine kinderen de mond te snoeren
Criançada ou criançalhaEen groep kinderen
Criar asasZich opgelucht voelen (na een rottijd)
Criar barrigaEen buikje krijgen
Criar caloErgens aan wennen
Criar raízesWortel schieten (overdrachtelijk)
Crivado de dívidasVeel schulden hebben
Cruz credoOh mijn god
Cruzar os braçosMet de armen over elkaar gaan zitten, staan
Cruzes, canhoto!Afkloppen! Kruis je vingers
Cu tremidoNiet te voet/ In een of ander voertuig
Cultura geralAlgemene ontwikkeling
Cumprir o seu fadárioZijn bestemming volgen
Cumprir o seu papelZijn toegewezen rol spelen
Curto de vista(s)Kortzichtig
Cuspir-lhe na caraBeledigen/ Een klap in zijn gezicht geven
Custar couro e cabeloDat kost kapitalen
Custar muitoMoeite kosten/ Moeite hebben met
Custar os olhos da caraPeperduur zijn
Custe o que custarKoste wat het kost
Cada um tem a sua cruz. Tekening Henrique Schijns
Dá licençaSta me toe/ Met permissie
Dá a César o que é de César e a Deus o que é de DeusGeef eenieder wat hem toekomt
Da boca para foraZomaar iets zeggen/ Iets eruit flappen
Da cabeça aos pésVan top tot teen
Da corDezelfde politieke kleur
Dá Deus as nozes a quem não tem dentesIets krijgen dat je niet verdient, iets wat te hoog gegrepen is
Dá Deus o frio conforme a roupaKracht naar kruis ontvangen
Da discussão nasce a luzAl pratend kom je tot een oplossing
Da gemaOorspronkelijk
Da melhor formaOp zijn best
Da noite para o diaVan de ene op de andere dag
Da pior espécieVan het laagste allooi
Da ponta dos pés à raiz dos cabelosVan top tot teen
Da sua lavraOnder beheer/ Onder zijn paraplu
Dado queGezien (het feit dat)
Dados lançadosDe feiten uiteengezet
Daí em dianteVan toen af aan
Dá-lhe jeito?Schikt het u?
Dançar na corda bambaBalanceren op het slappe koord
Daqui a…Over…
Daqui a poucoBinnenkort/ Weldra
Daqui em dianteVoortaan
Daqui não levas nadaJe krijgt geen poot aan de grond
Dar a alma a Deus ou ao criadorSterven
Dar a conhecerTe kennen geven/ Laten weten
Dar a entenderSignalen geven
Dar à estampaAfdrukken
Dar a lataDe bons geven
Dar à línguaZijn mond voorbij praten
Dar à luzKind baren/ Bevallen
Dar a mãoHelpen(de hand toesteken)
Dar a mão à palmatóriaSchuld bekennen
Dar a palavraZijn woord geven
Dar a saberTe kennen geven/ Laten weten
Dar à trelaKletsen
Dar a última de mãoDe laatste hand leggen aan
Dar à unhaNauwgezet werken
Dar a voltaVan het tegendeel overtuigen
Dar a volta ao mioloAan het denken zetten
Dar água pela barbaVeel hoofdbrekens kosten
Dar água sem canecoOverbodig/onnuttig werk doen
Dar alguma coisaIets opleveren
Dar altaUit het ziekenhuis ontslaan
Dar andamentoVooruitgang boeken
Dar ao dedoWerken
Dar ao denteEten
Dar aos dentesEten
Dar ao miolo de alguémIemand het hoofd op hol brengen
Dar ao péSneller lopen/ Dansen
Dar ao raboHeupwiegen
Dar aos butesVluchten
Dar aos calcanharesVluchten
Dar ares deEruit zien als
Dar arrepiosKippenvel bezorgen
Dar as boas vindasWelkom heten
Dar as boas-festasGoede feestdagen wensen (met kerstmis)
Dar às mãos cheiasGul geven
Dar asas aVleugels geven aan
Dar baixa ao hospitalIn het ziekenhuis opgenomen worden
Dar banho à minhocaAan het vissen zijn
Dar barracaOnzin uithalen waar anderen bij zijn/ Een scene
maken
Dar broncaEen schandaal veroorzaken
Dar cabo deVernielen/ Vernietigen
Dar cabo dos nervosIemand het bloed onder de nagels vandaan halen
Dar cartasLaten zien dat je iets kunt/ Open kaart spelen
Dar cavacoZijn mond opentrekken/ Praten
Dar cavaquinhoZijn mond opentrekken/ Praten
Dar comTegenkomen/ Ontmoeten/ Vinden
Dar com a língua nos dentesEen geheim prijsgeven/ zijn mond voorbij praten
Dar com a tampaIemand afwijzen
Dar com as ventas na portaAfgescheept worden/Voor een gesloten de deur komen
Dar com o nariz na portaAfgescheept worden/Voor een gesloten de deur komen
Dar com os pésWeigeren/ Verwerpen
Dar confiançaAandacht aan besteden/ Geen afstand nemen
Dar conta deZich rekenschap geven van
Dar conta do recadoEen situatie aankunnen
Dar contaIn de gaten hebben
Dar cordaIemand aanmoedigen te praten/ Aan de praat houden
Dar corda aos sapatosWeglopen
Dar cuidadosZorgen baren
Dar de cara comOog in oog staan met/ Tegen het lijf lopen
Dar de chapa comOog in oog staan met/ Tegen het lijf lopen
Dar de mão beijadaBelangeloos geven
Dar de voltaTerugbezorgen/ Terug geven
Dar dois dedos de conversaBijpraten/ Een praatje maken
Dar duas palavrinhas de conversaWeinig praten/ Een beetje praten
Dar emResulteren in/ Uitlopen op
Dar em alguémIemand slaag geven
Dar em doidoGek worden
Dar em nadaMet een sisser aflopen
Dar em pantanaVerknoeien/ Verkwisten
Dar esmola não empobreceVan een aalmoes geven word je niet arm
Dar fiascoEen fiasco worden
Dar frutosVruchten afwerpen
Dar galoIn het water vallen
Dar gosto aGenoegen doen aan
Dar graças aHartelijk danken/ Dankbaar zijn voor
Dar graças porHartelijk danken/ Dankbaar zijn voor
Dar graxaSlijmen
Dar horasDe klok slaat
Dar horas aUren besteden aan
Dar jeitoGoed uitkomen/ Van nut zijn
Dar lembranças aDe groeten overbrengen aan
Dar lugar aPlaatsmaken voor
Dar má vida aHet leven zuur maken
Dar manteigaStroop om de mond smeren/ Vleien/ Slijmen
Dar margem aAanleiding geven tot
Dar molhoProblemen geven
Dar na mesmaOp hetzelfde neerkomen
Dar nas vistasIn het oog springen/ Opvallen
Dar no duroHard werken (flink doorwerken)
Dar no goto deIn de gunst vallen
Dar nos dentesIets verklappen/ Zijn mond voorbij praten
Dar nozes a quem não tem dentesIets geven aan iemand aan wie het niet besteed is/ Water naar de zee dragen
Dar o benefício da dúvidaHet voordeel van de twijfel geven
Dar o braço a torcerFout toegeven
Dar o dito por não ditoOntkennen/ Zijn woorden herroepen
Dar o foraOp de vlucht slaan
Dar o nóHet jawoord geven
Dar o passoTrouwen
Dar o pé e tomarem-lhe a mãoAls je hem een vinger geeft, pakt hij de hele hand
Dar o primeiro passoHet in itiatief nemen
Dar o saltoVluchten
Dar o triste pioSterven
Dar origem aAan de oorsprong staan/liggen van
Dar os aménsJa en amen zeggen
Dar ouvidos aGehoor geven aan
Dar paraGoed zijn/ Genoeg zijn voor/ Volstaan om te/ Geschikt zijn voor/ Mogelijk zijn
Dar para o tortoScheeflopen
Dar para pêrasIets wat erg lang kan duren
Dar para trásTegenspreken/ Censureren
Dar parteAangifte doen
Dar parte de alguémEen aanklacht indienen tegen iemand
Dar parte de fracoZijn zwakte tonen/ Toegeven dat iets niet lukt
Dar pau na máquinaUrgentie verlenen
Dar pela coisaIn de gaten hebben
Dar pérolas a porcosParels voor de zwijnen gooien
Dar porAandacht schenken aan/ Zich rekenschap geven van
Dar por certoVoor lief nemen
Dar por paus e por pedrasHeel boos worden
Dar quartel aOnderdak geven aan
Dar que (falar)Aanleiding geven tot praatjes
Dar rédea (solta)De touwtjes laten vieren
Dar saídaEen uitweg bieden
Dar sentençasOngevraagd zijn mening geven
Dar sinalEen waarschuwing afgeven
Dar sinal de siZichzelf manifesteren
Dar sopaNiet thuis geven/ Nee zeggen
Dar tampaNiet thuis geven/ Nee zeggen
Dar tempo ao tempoDe tijd nemen voor iets
Dar tempo deTijd genoeg zijn
Dar tempo paraTijd genoeg zijn voor
Dar trabalhoVeel werk geven/ Tot last zijn
Dar tréguasVrede sluiten
Dar trelaPraten/ Antwoord geven/ Flirten
Dar trocoVan repliek dienen/ Vertrouwen geven/ Antwoord geven
Dar tudo por tudoAlles op alles zetten
Dar um ar da sua graçaIets van zijn kunnen laten zien
Dar um empurrãoEen duwtje in de rug geven
Dar um giroEen ommetje maken
Dar um golpeIets doen wat niet door de beugel kan
Dar um jeitoErgens iets op vinden
Dar um passo atrásEen stapje terug doen
Dar um passo de giganteMet een sprong vooruit gaan
Dar um passo em falsoEen misstap begaan
Dar um pé(zinho) de dançaDansen/ Een dansje wagen/ Een dansje doen
Dar um pontapé na gramáticaEen taalfout maken
Dar um pontapé na sorteEen kans maken
Dar um puxão de orelhasEen draai om de oren geven/ Een oorvijg geven
Dar um puxão às orelhasEen draai om de oren geven/ Een oorvijg geven
Dar um salto emPromotie maken
Dar um toqueKort opbellen/ Een hint geven
Dar uma (duas) palavrasEen woordje wisselen
Dar uma boleiaEen lift geven
Dar uma conferênciaEen toespraak/bijeenkomst/conferentie houden
Dar uma curvaEen ommetje maken
Dar uma dicaEen tip/aanwijzing geven
Dar uma liçãoEen lesje leren
Dar uma mão(zinha)Een handje helpen
Dar uma no cravo e outra na ferraduraEen ding goed doen/ Een steentje bijdragen, een ander ding fout
Dar uma passaEen jointje roken
Dar uma turraEen kopstoot geven
Dar uma vista de olhosEen blik werpen/ Een kijkje nemen
Dar uma voltaEen ommetje maken
Dar umas dicasTips geven
Dar vazãoPlaatsmaken voor
Dar volta para trásTerugdraaien
Dar voltas à cabeçaZich suf peinzen/ Piekeren
Dar voltas ao mioloZijn hersens pijnigen
Dar em cheioIn de roos
Dar com a porta na caraDe deur voor iemands neus dichtgooien
Dar-lhe a moscaPlotseling van mening veranderen/ 180 gr omdraaien/ Kwaaie zin hebben
Dar-lhe na ganaIn een opwelling
Dar-lhe na real ganaIn een opwelling
Dar-se ares deZich uitgeven voor/ Doen alsof
Dar-se bem comGoed kunnen opschieten met/ Met iemand door één deur kunnen
Dar-se mal comNiet kunnen opschieten met
Dar-se por vencidoZich gewonnen geven
Dar um jeitinhoEen handje helpen/ Met een handigheidje oplossen/ Een (uit)weg zijn
Data limiteStreefdatum
De (se lhe) tirar o chapéuOm je petje voor af te nemen
De abaladoBijna weg/ Klaar om te vertrekken
De algodão velho não se faz bom panoGoed gereedschap is het halve werk
De alma e coraçãoMet hart en ziel
De alto cai, quem alto sobeWie hoog vliegt kan diep vallen
De antes quebrar que torcerLiever barsten dan buigen
De arrombaLuisterrijk/ Glansrijk/ Excellent
De bago em bago é que a galinha enche o papoElke dag een draadje is een hemdsmouw in het jaar/ Vele kleintjes maken een grote
De baixo estofoVan slechte kwaliteit/ Van laag allooi
De boa féTe goeder trouw
De boa menteMet goede bedoelingen
De boa pintaMet een goed voorkomen
De boas intenções o inferno está cheioDe weg naar de hel is geplaveid met goede voornemens
De bom quartelEen goed tehuis
De bom vinho, bom vinagreVan een goede wijn krijg je goede azijn
De borlaGratis
De braços dadosGearmd
De cabeçaVan buiten/ Uit het (blote) hoofd
De cabeça até os pésVan tot tot teen
De cabeça baixaMet gebogen hoofd/ Beschaamd/ Verlegen/ Niets doen
De cabelo na ventaMet een slecht karakter/ Licht ontvlambaar
De cácacaráVan weinig waarde
De carasPlotseling
De caso pensadoMet voorbedachte rade
De cavalo para burroAchteruit gaan
De chinelo no péArmoedig
De comer e chorar por maisOm je vingers bij af te likken
De contar pelos dedosOp de vingers van één hand te tellen
De contente se te ri o denteBig smile/ Zijn tanden bloot lachen
De cor e salteadoUit je hoofd leren
De corpo e almaMet hart en ziel
De corridaVluchtig/ Met de Franse slag
De cortar o coraçãoHartverscheurend
De dois em dois diasOm de andere dag
De espada em risteKlaar voor de aanval
De Espanha nem bom vento nem bom casamentoEr komt niets goeds uit Spanje
De esperançasIn verwachting
De fio a pavioVan a tot z
De gemaPuur/ Oorspronkelij k
De grande tomoVan groot belang
De grão em grão a galinha enche o papoStukje bij beetje kom je verder
De igual para igualOp voet van gelijkheid
De lamber os beiçosOm zijn lippen bij af te likken
De lamber os dedosOm zijn vingers bij af te likken
De lança em risteKlaar om aan te vallen
De lés a lésVan het ene eind naar het andere
De má famaSlecht bekend staan/ Berucht zijn/ Bekend als de bonte hond
De má menteMet slechte bedoelingen
De mal a piorVan kwaad tot erger
De maneira nenhumaGeen sprake van
De mansoStilletjes
De mão em mãoVan hand tot hand/ Veel gebruikt
De mãos a abanarMet lege handen
De marca barbanteBeneden alle peil
De mau gradoTegen wil en dank
De meia-caraNiet veel zaaks
De meia em meia horaOm het halve uur
De meia tigelaVan weinig waarde
De memóriaUit het hoofd
De moeda em moeda se faz uma fortunaVeel kleintjes maken een grote/ Wie het kleine niet eert is het grote niet weerd
De nadaGeen dank
De noite todos os gatos são pardos‘S nachts ziet men je niet/ Het maakt niet uit
De olhos fechadosMet de ogen dicht
De opinião firmeBij hoog en bij laag beweren
De orelha murchaMoedeloos/ Gedesillusioneerd
De orelha caídaMoedeloos/ Gedesillusioneerd
De pé atrásVoorzichtig/ Gewaarschuwd
De pé para a mãoOpeens
De pedra e calZo vast als een huis/ Solide/ Duurzaam
De pequenino é que se torce o pepinoJong geleerd is oude gedaan
De pernas para o arOp zijn rug
De pés e mãos atadosMet handen en voeten gebonden
De ponta a pontaGeheel en al/ Van begin tot einde
De ponto em brancoPerfect gekleed
De poucas palavrasVan weinig woorden
De primeira águaExcellent
De prontoIn een wip
De propósitoExpres
De qualquer maneiraHoe dan ook
De que se trata?Waar gaat het om,  over?
De raminho em raminho, o passarinho faz o ninhoStukje voor stukje bouw je iets op
De saiasVan vrouwen
De sol a solDe hele dag/ Van zonsopgang tot zonsondergang
De tamanho de bolsoIn zakformaat
De tangaPlatzak
De tostão em tostão chega-se ao milhoVele kleintjes maken een grote
De trás da orelhaVan prima kwaliteit
De três em três diasOm de drie dagen
De trombasBoos/ Nors
De um tiroIneens/ Eensklaps/ Plotsklaps
De uma só peçaUit één stuk
De uma vezIn één keer
De vento em popaMet de wind in de rug
De viva vozHardop
Debaixo das asasOnder iemands vleugels
Debaixo da línguaNiet op kunnen komen/ Op het puntje van mijn tong
Defender-se com unhas e dentesZich met hand en tand verzetten
Deitar para trás das costasAchter zich laten
Deitar a casa abaixoDe tent afbreken
Deitar a culpa a outraDe schuld op een ander schuiven
Deitar a escadaEten op kosten van een ander
Deitar a fugirOp de vlucht slaan
Deitar a mão aAlles aanpakken/ Helpen/ In bezit nemen/ Vastpakken
Deitar a redeVleien/ Een netwerk opbouwen
Deitar água na fervuraDe gemoederen tot bedaren brengen
Deitar água no vinhoWater bij de wijn doen
Deitar as mãos à cabeçaBang zijn
Deitar as unhas aErgens beslag op leggen
Deitar cedo e cedo erguer dá saúde e faz crescerDe morgenstond heeft goud in de mond
Deitar contas à vidaZijn leven overdenken
Deitar foguetesVieren
Deitar foguetes antes da festaAlleluja roepen voor het Pasen is
Deitar foraWeggooien
Deitar lenha na fogueiraOlie op het vuur gooien
Deitar achas na fogueiraOlie op het vuur gooien
Deitar o anzolIets gedaan zien te krijgen op indirecte wijze/
Een spierinkje uitwerpen
Deitar o caração ao largoProberen zich geen zorgen te maken/ Zichzelf niet kwellen
Deitar o olhoNastreven/ Een oogje hebben op
Deitar o rabo de alhoSteels aankijken
Deitar poeira nos olhosZand in de ogen strooien
Deitar-se costas para cimaOp zijn buik gaan liggen
Deitar tudo a perderAlles kwijt kunnen raken
Deitar tudo para trás das costasAlle zorgen vergeten/ Alle zorgen achter zich laten
Deixa estar!Niet doen/ Laat dat!
Deixa-me em pazLaat me met rust
Deixa verEens even kijken
Deixar(-se) levarZich laten meeslepen
Deixar a desejarNiet aan verwachtingen voldoen
Deixar andarZijn gang laten gaan
Deixar correrZijn gang laten gaan
Deixar às escurasIn het duister laten
Deixar de ladoLinks laten liggen/ Terzijde laten
Deixar de …Niet meer
Deixar filtrar uma notíciaCensuur plegen
Deixar ir tudo por água a baixoAlles door eigen schuld verliezen
Deixar para amanhãUitstellen/ Voor zich uit schuiven
Deixar passar a ondaWachten tot de storm is overgewaaid
Deixar de cantigasEr het zwijgen toe doen/ Geen argumenten meer hebben
Deixar-se de conversasEr het zwijgen toe doen/ Geen argumenten meer hebben
Deixar-se de fitasNet doen alsof/ Simuleren
Deixar-se de históriasEr niet langer omheen draaien
Deixar-se de lériasEr het zwijgen toe doen/ Geen argumenten meer hebben
Deixar-se de tretasEr het zwijgen toe doen/ Geen argumenten meer hebben
Deixar um sinalEen aanbetaling doen
Deixar uma porta abertaDe deur op een kier laten staan
Dentro de poucoBinnenkort
Depois da tempestada vem o bom tempoNa regen komt zonneschijn
Depois digoDat zeg ik later wel
Depois do mal feito todos o tinham previstoAchteraf heeft iedereen het zien aankomen
Depressa e bem não faz ninguémHaastige spoed is zelden goed
Depressa e bem não há quemHaastige spoed is zelden goed
Depressa e bem, há pouco quemHaastige spoed is zelden goed
Deram-meIk heb (het) gekregen
Derramar o seu sangue pela pátriaZijn leven geven voor het vaderland
Derreter-se todoHelemaal wegsmelten
Desabafar as suas penas comZijn hart uitstorten bij
Desatar a chorarIn huilen uitbarsten
Desatar a línguaZijn mond opendoen
Descalçar a botaEen probleem oplossen/ Een probleem van zich afzetten
Descansada da vidaEen onbezorgd leven
DesconchavadoSloddervos
Desculpas de mau pagadorVerontschuldigingen die niet overtuigen
Desculpe a triste figuraExcuses voor het gedrag
Desde jáVan nu af aan
Desde o primeiro até ao últimoVan de eerste tot de laatste
Desejar ver pelas costasIemand weg wensen
Desencosta-teGa overeind zitten/ Ga recht zitten
Desenferrujar a línguaVeel praten en roddelen
DesenrascadoNiet bang om te praten, iets te zeggen/ Zelfstandig/ Ondernemend
DesistirBij de pakken neerzitten/ Zich gewonnen geven/ Het opgeven
Desfazer um mal-entendidoEen misverstand uit de weg ruimen
Desfiar a ladainhaZich beklagen over bekende dingen/ Hetzelfde liedje
Desfitar os olhos deDe ogen afwenden van
Desmancha-prazeresSpelbreker
Desmanchar e fazer, tudo é aprenderOpstaan en opnieuw beginnen is leerzaam
Desopilar o fígadoLachen
Despejar a tripaZijn darmen legen
Despejar o sacoZijn gal spuwen / Alles opbiechten
Dessa não caio abaixoHier trap ik niet in
Desta feitaVoor deze keer
Desterrar saudadesZijn heimwee verdrijven
Deu na tvHet was op tv
Deus dá as nozes mas não as parteGod geeft de mogelijkheden, maar je moet het zelf doen
Deus dá farinha, mas não amassa o pãoGod geeft de mogelijkheden, maar je moet het zelf doen
Deus dá o frio conforme o cobertorMen krijgt kracht naar kruis
Deus escreve direito por linhas tortasGods wegen zijn ondoorgrondelijk
Deus me livreGod behoede mij/ God verhoede
Devagar com o andar, que o santo é de barroVoorzichtig, er kan iets breken
Devagar que tenho pressaSchiet een beetje op
Devagar se vai ao longeLangzaamaan, zachtjesaan, dan breekt het lijntje niet
Dever os olhos de caraVeel schulden hebben
Dez cães e um ossoIets wat iedereen wil hebben
Dia a diaDagelijks/ Van dag tot dag
Dia de pagamentoJe gulp staat open
Dia sim, dia nãoOm de andere dag
Diabos me levemDe duivel mag me halen (irritatie)
Dias magrosVastendagen
Dias não são diasNiet alle dagen hetzelfde/ Het zijn bijzondere dagen, feestdagen
Difícil de contentarNiet snel tevreden
Diz com quem andas que direi quem ésZeg me wie je vrienden zijn en ik zeg je wie jij bent
Dinheiro chama dinheiroGeld trekt geld aan
Dinheiro não conhece donoGeld heeft geen naam
Dinheiro não traz felicidadeGeld maakt niet gelukkig
Discutir o sexo dos anjos Discussiëren of engelen mannelijk of vrouwelijk zijn (zinloze discussie)
Disfarçar a vozZijn stem verdraaien
Dito cujoHet betreffende
Dito e feitoZo gezegd, zo gedaan
Diverte-teVeel plezier
Diz-láZeg het maar
Diz o roto ao nu (porque não te vestes tu?)De pot verwijt de ketel (dat hij zwart ziet)
Dizer à boca cheiaIets helemaal uit de doeken doen
Dizer alto e bom somVrijuit praten
Dizer coisas no arPraten als een kip zonder kop
Dizer das boasDirect zijn/ Van zich af bijten
Dizer de sua justiçaVoor zijn mening uitkomen
Dizer nas bochechas deRecht in het gezicht zeggen van
Dizer o que vem à bocaZeggen wat in je opkomt
Dizer trinta por uma linhaKwaadspreken
Dizer (falar) com, para os seus botõesIn zichzelf praten/ Voor zich uit mompelen
Do arco da velhaOud/ Uit de vorige eeuw
Do bom e do melhorHet beste van het beste
Do bom vinho bom vinagreKwaliteit van de grondstof bepaalt de kwaliteit van het product
Do corrente deste mêsIn de loop van deze maand
Do dia para a noiteOnverwacht/ Plotseling
Do nascente comTen oosten van
Do pé para a mãoVan het ene moment op het andere
Do peitoUit het hart
Do poente comTen westen van
Do prato à boca arrefece a sopaDe soep wordt niet zo heet gegeten als hij wordt opgediend
Do tempo dos afonsinhosUit het jaar nul
Do tempo da Maria CachuchaUit het jaar nul
Do tempo da outra senhoraUit de tijd van het vorige regime, van Salazar
Do trabalho e da experiência, aprendeu o homem a ciênciaAl doende leert men
Dobrar a línguaZich zorgvuldig uitdrukken
Dobrar o cabo das TormentasEen groot probleem de baas worden
Dobrar um caboEen klif omzeilen
Doido varridoStapelgek
Dói-dóiEen pijntje/ Au
Dois dedos de conversaEen praatje
Donde é?Waar komt u vandaan?
Dor de corno (plat)Liefdesverdriet
Dor de cotoveloJaloers
Dormir à sombra da bananeiraOnbezorgd
Dormir a sono soltoVast, diep slapen
Dormir com as galinhasMet de kippen opstok gaan/ Vroeg naar bed gaan
Dormir como uma pedraSlapen als een roos, blok
Dormir como um pregoSlapen als een roos, blok
Dormir que nem uma pedraSlapen als een roos, blok
Dormir que nem um pregoSlapen als een roos, blok
Dos fracos não reza a históriaDe zwakken halen de geschiedenisboeken niet/ Je moet sterk zijn
Dose de cavaloEnorme hoeveelheid
Duas palavrinhasEen kruiwagen/ Een gunst vragen
Duas pedras ásperas não fazem farinhaTwee koppige mensen kunnen niet met elkaar opschieten
Duma assentadaIn één keer
Durante o diaOverdag
Duro de ouvidoHardhorend/ Slechthorend
Engolir sapos. Tekening Henrique Schijns
É bem feitoDat zal je leren
É bem-vindo quem vier por bemWie met goede bedoelingen komt is welkom
É canjaDat is een makkie
É como dia e noiteDat is (een verschil) als dag en nacht
É como os de Santarém, pela manhã estão mal e à noite estão bemTreiterig zinnetje tegen iemand die zeurt, klaagt
É como S. Benedito: não come, nem bebe e anda gorditoZegt men spottend tegen iemand die beweert weinig te eten
É costumeDat is een gewoonte
É da insistência que se faz a resistênciaDe aanhouder wint/ Van de nood een deugd maken
É da proibição que nasce a tentaçãoWat verboden is is verleidelijk/ Verboden vruchten zijn het zoetst
É de bom tomBom ton/ Van kwaliteit
É de difícil acessoHet is slecht toegankelijk
É de gritosZegt men over iets van grote klasse, een aantrekkelijke vrouw bij voorbeeld
É de se lhe tirar o chapéu
É do caraças (straattaal)
Om je petje bij af te nemen
Heel goed/ Moeilijk/ Problematisch
É errando que se aprendeVan zijn fouten leer je
É issoDat is zo/ Zo is het maar net
É isso mesmo!Dat is het ‘m!/ Zo is het maar net
É maior e vacinadoHet is je eigen verantwoordelijkheid, je bent immers volwassen
É mais fácil prometer do que esquecerHet is gemakkelijker beloven dan vergeten
É mais fácil prometer que darHet is makkelijker beloven dan doen/ Beloven kost niks
É melhor um sim tardio que um não vazioBeter een late ja dan een nee/ Nee heb je, ja kun je krijgen
É muita areia para a minha camionetaDat gaat boven mijn pet
É muito esperto mas não caça ratos
Met jouw slimheid komen we niet ver/ Goed bedacht maar dat zet geen zoden aan de dijk
É na necessidade que se conhece o amigoIn nood leert men zijn vrienden kennen
É no fim que tudo acabaAan alles komt een eind
É o cabo dos trabalhosZegt men als iets heel moeilijk is/ A hell of a job
É o feitio deleZo is hij (nu eenmaal)/ Typisch hij
É o fim (da macacada)Nou is het afgelopen/ Afgelopen uit
E o mais são históriasVerder is het van geen belang/ De rest is geschiedenis
É o mais são cantigasVerder is het van geen belang
É ou oito ou oitentaHet is hollen of stilstaan
É outra loiçaDat is andere koek
É outra músicaDat is iets anders
É pão com manteigaIs gemakkelijk/ Dat is lekker gemakkelijk
É para ofertaHet is een cadeautje
É pêrasHet is prima/ Het, dit, dat is veel beter
É pior a emenda do que o sonetoVan de wal in de sloot raken
É preciso ver para crerEerst zien, dan geloven
E que tal?En?/ Dus?
É queijoIs makkelijk/ Is een eitje
É só dizerJe hoeft het maar te zeggen
É tal e qual a cara do paiHij lijkt precies op zijn vader
E tumba catacumbaGeluid van iets dat valt nadoen
É um barraEen kanjer
É um mar de rosasAlles gaat van een leien dakje
É uma boa biscaHij is niet te vertrouwen
É uma boa peçaDie deugt niet
É uma faca de dois gumesHet is een tweezijdig zwaard/ Het mes snijdt aan twee kanten
É uma maravilhaHet is schitterend, heerlijk
É verdadeKlopt/ Dat is waar
É a vidaZo is het leven
Eis aquiZie hier
Ela anda com tosseZij hoest de laatste tijd
Ela está boaHet gaat goed met haar
Ela mal disse uma palavraZij heeft nauwelijks iets gezegd
Ela tem jeitoZij is handig
Ela é jeitosaZij is handig
Ela vestia de pretoZij was in het zwart/ Zij was in de rouw
Ele a dar-lhe e a burra a fugirHij probeert op alle manieren onder kritiek uit te komen
Ele diz nem truz nem muzHij zegt boe noch bah/ Hij zegt geen stom woord
Ele é a alegria da casaHij is het zonnetje in huis
Ele é muito metido consigoHij is zeer gesloten
Ele está melhorHij is aan de beterende hand
Ele não deixaHet mag niet van hem
Ele não sai da beira delaHij wijkt niet van haar zijde
Ele não vê um palmo diante do narizHij ziet geen hand voor ogen
Ele se sobressai dos demaisHij steekt met kop en schouders boven de rest uit
Ele tem falta de vistaHij ziet slecht/ Hij ziet geen hand voor ogen
Ele tem o mesmo nome que tuHij heet net zoals jij
Ele tem um sotaque carregadoHij spreekt met een zwaar accent
Ele tinha (um) bom aspetoHij zag er goed uit
Eles lá sabemZij moeten het zelf maar weten
Eles não matam, mas moemJe gaat er niet dood aan, maar het is wel vermoeiend
Eles que esperemLaat ze maar wachten
Em agosto secam os montes, em setembro as fontesHet is erg warm/ Het is om af te pikken
Em alto grauIn hoge mate
Em alto gritosMet veel misbaar
Em baixo de formaNiet in vorm
Em boas condições físicasGezond naar lijf en leden
Em boas mãosIn goede handen
Em boca fechada não entra mosquitoMondje dicht, anders vliegen de muggen naar binnen
Em breves termos In het kort
Em busca deOp zoek naar
Em câmara lentaIn slow motion
Em carne e ossoIn eigen persoon
Em casaThuis
Em casa onde não há pão, todos ralham e ninguém tem razãoWaar geen eten is, is er altijd ruzie
Em cascos de rolhaVer weg
Em caso de emergênciaIn geval van nood
Em cheioVolledig
Em cima da horaOp het laatste nippertje
Em criançaAls kind
Em dia de vitória ninguém fica cansadoVan feesten word je niet moe
Em diretoLive (rechtstreeks)
Em fevereiro chuva, em agosto uvaAlles op zijn tijd
Em forçaIn zijn totaliteit
Em linhaOp een rij
Em maior ou menor grauIn meer of mindere mate
Em maus lençõisIn de problemen
Em massaIn groten getale
Em médiaGemiddeld
Em pé de guerraStrijdbaar
Em pesoIn zijn totaliteit
Em plena ruaMidden op straat
Em ponto grandeOp grote schaal
Em pouco muito se dizMet weinig woorden kun je veel zeggen
Em pratos l imposDuidelijk
Em primeira mãoUit de eerste hand/ Nieuw
Em pulgasOngeduldig/ In afwachting
Em que sentido?In welke zin?
Em Roma sê romanoPas je aan waar je bent
Em sua terra ninguém é profetaNiemand is profeet in eigen land
Em tempo de guerra não se limpam armasNood breekt wet/ In tijden van nood kijkt men niet zo nauw
Em todo o casoIn elk geval
Em trajes menoresIn ondergoed
Em troços geraisGrosso modo/ In ruwe trekken
Em última instânciaPer slot van rekening
Em vista das tuasVergeleken met de jouwe
Em vogaIn de mode
Em (nos) bicos de péOp je tenen (stilletjes)/ Op kousenvoeten
Em rodaOm zich heen
Empertigar-se todoZich in zijn volle lengte oprichten
Empregar (gastar) o latimProberen te overtuigen
Empregar (gastar) o melhor do seu latimProberen te overtuigen
Emprenhar pelos ouvidosGoedgelovig zijn/ Intriges geloven
Encharcar em suorIn zijn zweet baden
Encharcado como um pintoDoornat/ Druipnat/ Doorweekt
Encher a barrigaZich verzadigen/ Zijn buikje rond eten
Encher o papoZich verzadigen
Encher a tripaEten/ Zijn maag vullen
Encolher os ombrosZijn schouders ophalen
Encostar à paredeMet de rug tegen de muur zetten
Encostar a roupa ao pêloIemand in elkaar slaan
Encostar-seStoppen met werken
Encostar-se à bananeiraGoede steun, bescherming verwerven/ Niks doen/ Verwachten dat anderen het doen
Enfiar a carapuçaErgens intrappen/ Bij de neus genomen worden
Enfiar o barreteErgens intrappen/ Bij de neus genomen worden
Enfrentar o touro pelos cornosDe koe bij de horens vatten
Enganar a morteDe dans ontspringen
Engolir em seco
Engolir sapos
Zwijgend ondergaan/ Slikken/ De mond gesnoerd
Een bittere pil slikken
Engraxa-botasVleier / Meeprater/ Slijmerd/ Pluimstrijker
Enquanto há vida, há esperançaZolang er leven is, is er hoop
Enquanto o diabo esfrega um olhoIn een oogwenk
Ensinar o padre nosso ao vigárioRaad geven aan iemand die het zelf beter weet
Então prontoGoed dan/ Vooruit dan
Enterrar a cabeça na areiaZijn kop in het zand steken
Enterrar a unhaDuur verkopen
Entrar às escondidasBinnensluipen
Entrar com o pé direitoMet de rechtervoet binnenkomen brengt geluk
Entrar de carasMeteen ter zake komen
Entrar em luta comSlaags raken met
Entrar mudo e sair caladoDe hele tijd zwijgen
Entrar na dançaErgens aan gaan deelnemen
Entrar na fechaduraIn het slot passen
Entrar na linhaVerbeteren/ Zich beheersen
Entrar no vivo da questãoTot de kern van de zaak doordringen
Entrar nos eixosVerstandig zijn/ Op de juiste weg zijn/ Op het goede pad zijn
Entrar pela porta do cavaloOp een ongewone plek binnenkomen/ Via achterdeurtjes
Entrar por um ouvido e sair por outroHet ene oor in en het andere oor uit
Entrar por uma orelha e sair pela outraHet ene oor in en het andere oor uit
Entre a espada e a paredeIn het nauw gedreven/ Geen ontsnappen meer aan
Entre marido e mulher não se mete a colherKom niet tussen een echtpaar
Entre quatro paredesIn het geheim/ Binnenskamers
Entregar-se de corpo e almaZich met hart en ziel inzetten
Entreter o tempoZijn tijd verdoen
Era dos AlfonsinhosUit het jaar nul
Era o que lhe tinha chamadoZo werd hij/zij genoemd
Erguer a cristaZich arrogant opstellen/ Het hoog in de bol hebben
Erguer a crimpaZich arrogant opstellen/ Het hoog in de bol hebben
Erguer-se uma voz contraZijn stem verheffen tegen
Errar é humano, perdoar é divinoVergissen is menselijk, vergeven is goddelijk
Errar o golpeZijn doel missen
Erva má cresce depressaOnkruid tiert welig
Erva ruim a geada não mataOnkruid vergaat niet
És o meu pecadoIk kan jou niet weerstaan
EscapaHet gaat ermee door
Escapar por entre os dedosDoor de vingers glippen
Escapar por um trizOp het nippertje ontkomen 
Escapar por uma unha negraTernauwernood ontkomen
Escorradio como uma enguiaZo glad als een aal
Escorregar numa casca de bananaErgens intrappen (grap)
Escorregar numa casca de laranjaErgens intrappen (grap)
Escrever algumas linhasEen briefje schrijven/ Een kattenbelletje schrijven
Escrever direito por linhas tortasGods wegen zijn ondoorgrondelijk
Escuro como breuStikdonker
Esfregar as mãos de contenteZich tevreden in de handen wrijven
Espanta-brasasOnruststoker
Espanta pardaisVogelverschrikker
Espere o melhor, prepare-se para o piorWees altijd voorbereid op het ergste
Esperteza de ratoValse sluwheid
Esperteza saloiaDoorzichtig bedrog/ Iemand denkt slim te zijn maar is dom
Espírito pequenoEen bekrompen mens/ Kortzichtig iemand
Essa é forte!Die is goed!/ Die is sterk
Está mais cheioU bent dikker geworden
Está na caraHet ligt er dik bovenop/ Het is overduidelijk
Está na mesma como a lesmaHet, hij schiet niet op
Está tudo certoAlles klopt
Esta vida são dois dias e o Carnaval são trêsHet leven is kort, geniet ervan/ Pluk de dag
Estalar de risoBarsten van het lachen
Estão as bruxas a pentear-seHet regent en de zon schijnt (het is kermis in de hel)
Estar(-se) nas tintasNiet kunnen schelen
Estar (ficar) de cara amarradaEen zuur gezicht hebben (trekken)/ Een lang gezicht hebben
Estar (ficar) de orelha em péZijn oren spitsen
Estar dentro (de)Ergens goed inzitten/ Op de hoogte zijn
Estar (ficar) em brancoVan niets weten
Estar (ficar) em contaGoedkoop zijn
Estar à alturaAan de verwachtingen beantwoorden, voldoen
Estar à boa vidaHet ervan nemen/ Een luizenleventje hebben
Estar a brochaZenuwachtig zijn
Estar a cair aos bocadosUitgeput zijn
Estar a cair de sonoOmvallen van de slaap
Estar a cortar gordurasOp dieet zijn
Estar a darOp tv komen
Estar a dar a botaBijna sterven
Estar a ferverWoest zijn/ Koken van woede
Estar a jeitoVlakbij zijn/ Dichtbij zijn
Estar a lesteErbuiten staan
Estar a minha esperaOp mij wachten
Estar à miraOp de loer liggen
Estar a parOp de hoogte zijn
Estar à rascaDiep in de problemen zitten
Estar a verBegrijpen/ Snappen
Estar a ver a coisa feiaHet somber inzien
Estar à vistaEvident zijn
Estar à vontadeZich op zijn gemak voelen
Estar a zeroErgens niets van weten, begrijpen
Estar aéreoIn de wolken zijn
Estar ao factoOp de hoogte zijn
Estar ao preço da chuvaSpotgoedkoop
Estar armado de cavalo de corridaBelangrijk doen
Estar às cegasEr niets van weten
Estar às moscasLeeg zijn/ Zonder mensen/ Geen publiek
Estar às sopasOp andermans zak teren
Estar às turvasKibbelen
Estar bem arranjadoNetjes gekleed zijn
Estar bem atoalhadoBinnen zijn/ Goed geld verdiend hebben/ Zijn kostje is gekocht/ Zwemmen in het geld
Estar beraZiek/ Boos
Estar cheio de dívidasTot over de oren in de schulden zitten
Estar cheio de fomeErge honger hebben/ Honger als een paard hebben/ Flauw van de honger 
Estar cheio de sedeErge dorst hebben
Estar cheio de traçaHonger hebben als een paard
Estar com a cabeça na luaEr met zijn hoofd niet bij zijn
Estar com a cara de enterroMet een begrafenisgezicht
Estar com a corda ao pescoçoHangen
Estar com a faca e o queijo na mãoKlaar zijn om iets te doen
Estar com a moscaGeïrriteerd/ In een slecht humeur zijn
Estar (andar) com a pedra no sapatoWantrouwend
Estar com a pingaZat, dronken zijn
Estar com a pulga atrás da orelhaWantrouwig zijn
Estar com aperto no coraçãoZijn hart vasthouden
Estar com as mãos na massaAl bezig zijn
Estar com as orelhas quentesVoelen dat er over je wordt gepraat 
Estar com doresPijn hebben
Estar com gregos e troianosHet iedereen naar de zin maken
Estar com o coração nas mãosUiterst bezorgd zijn
Estar com o João PestanaSlaap hebben/ Klaas vaak komt langs
Estar com o olho emEen oogje hebben op
Estar com o pé atrás da portaWantrouwend zijn
Estar com o pé no estriboKlaarstaan voor vertrek
Estar (andar) com os azeitesIn een slechte bui zijn
Estar (andar) com os coposDronken zijn
Estar com os pés assentes na terraMet beide benen op de grond staan
Estar com um cachoStomdronken zijn
Estar como o peixe na águaAls een vis in het water
Estar como pólvoraWoest zijn
Estar de abaladaKlaar om te vertrekken
Estar de berraIn de mode zijn
Estar de cabeça perdidaHet hoofd verliezen bij een moeilijk probleem/ Straalverliefd zijn
Estar de cabeça quenteVreselijk opgewonden zijn/ Een rood hoofd van opwinding
Estar de camaHet bed houden
Estar de conservaErgens blijven plakken
Estar de mãos a abanarNiks hebben
Estar de mãos atadasMet handen en voeten gebonden zijn
Estar de maréGoed gehumeurd/ Klaar om iets te doen
Estar de molhoTe weken staan
Estar de olhos vendadosVerblind zijn
Estar de pernas pró arOp zijn kop staan
Estar de poleiroIn een bevoorrechte positie verkeren
Estar de ponta comRuzie hebben met
Estar de prevençãoOp voet van oorlog zijn
Estar de prevenção contraOp zijn hoede zijn
Estar de sentinelaOp wacht staan
Estar deserto porHeel graag willen
Estar em bons termos comOp goede voet staan met
Estar em brasaOp hete kolen zitten
Estar em causaOp het spel staan
Estar em cuidadosOngerust, bezorgd zijn
Estar em mangas de camisaZonder jas/ Op zijn gemak zijn
Estar em maus lençoisIn een lastig parket zitten
Estar em obrasEr wordt aan gewerkt/ Bouw/ Verbouwing
Estar em pedaçosStuk zijn/ In stukken
Estar em pele e ossoVel over been zijn
Estar em pêloPoedelnaakt
Estar em pelotaPoedelnaakt
Estar em siKalm/ Vol zelfvertrouwen
Estar em via deOp weg zijn
Estar enganadoEr naast zitten
Estar entregue à bicharadaAan de wilde beesten overgeleverd
Estar feito ao bifeIn een lastig parket zitten
Estar feliz da vidaTevreden zijn met zijn huidige leven
Estar fixeTof/ Gaaf/ Super
Estar fora da mãeBuiten zichzelf van woede zijn
Estar fora de siBuiten zichzelf van woede zijn
Estar fuloBuiten zichzelf van woede zijn
Estar gagáSeniel
Estar giroEr mooi uitzien/ Grappig zijn
Estar inclinado paraNeiging voelen tot
Estar-lhe a roer a consciênciaZijn geweten begint op te spelen/ De laatste tijd wroeging hebben
Estar na massa do sangueIn het bloed zitten/ Aangeboren zijn
Estar lisoPlatzak zijn
Estar lixadoIn een rotsituatie zijn
Estar louco paraGek zijn op 
Estar mal-dispostoDe pest in hebben/ De pé in hebben/ De bokkenpruik
ophebben/ Slecht gemutst/ Zich niet lekker voelen
Estar meio mortoHalfdood van vermoeidheid/ Bekaf
Estar morto, mortinho porVeel zin hebben/ Sterk verlangen/ Zijn vingers jeuken 
Estar muito saídoOnbeschaamd zijn
Estar na agoniaOp sterven liggen
Estar na altura deTijd zijn voor/ Tijd om te
Estar na boa vidaHet ervan nemen/ Een luizenleventje
Estar na engordaDik worden/ Aankomen/ Een lui leventje hebben
Estar na ondaIn (de mode) zijn
Estar na ordem do diaAan de orde van de dag zijn
Estar na pele de alguémIn iemands huid kruipen
Estar nas graças de alguémBij iemand in een goed blaadje staan
Estar nas mãos deIn handen zijn van
Estar nas nuvensIn de wolken zijn
Estar nas unhasAfhankelijk zijn van iemand
Estar no fioTot op de draad versleten zijn
E star no melhor da festaHoogtepunt ergens van
Estar no poleiroEen hoge positie hebben/ Een machtspositie hebben
Estar no pontoPrecies goed zijn
Estar no seu elementoIn zijn element zijn
Estar no seu papelIn zijn rol zitten
Estar (andar) numa boaAlles gaat goed
Estar o caldo entornadoDe poppen aan het dansen
Estar o caso muito mal paradoEr slecht voor staan
Estar o diabo atrás da portaPech hebben
Estar para breveIs, komt binnenkort/ Binnenkort plaatsvinden
Estar pelo beiço (beicinho)Verliefd zijn
Estar (andar) pelos cabelosTen einde raad zijn/ Haastig zijn
Estar porOp het punt staan te
Estar por um fioAan een zijden draad hangen
Estar pronto paraBereid zijn om
Estar repassadoKletsnat zijn
Estar-se borrifandoNiet geïnteresseerd zijn
Estar seguro de siZelfverzekerd zijn
Estar-se marimbandoGeen interesse hebben
Estar senhor de siOvertuigd van zichzelf zijn
Estar sobre brasasOp hete kolen zitten
Estar sobre grelhasOp hete kolen zitten
Estar tesoPlatzak zijn
Estar todo giroEr goed uitzien
Estar varrido do juízoNiet goed bij zijn hoofd zijn
Estar verdeEen groentje zijn
Estar virado do avessoBuiten zichzelf zijn/ Woedend zijn
Estás a gostar?Heb je het naar je zin?/ Vind je het leuk, lekker?
Estás a ver?Zie je wel
Estás cá com uma caraJe trekt me toch een gezicht
Este meu casacoDeze jas van mij
Estender a mão à palmatóriaZijn hand in eigen boezem steken
Esticar o pernilSterven
Estimo vê-lo de saúdeHet doet me genoegen u te zien in goede gezondheid
Estou doido paraIk heb ontzettend veel zin
Estou fartoIk heb er genoeg van
Estou farto até aos cabelosHet zit me tot hier
Estrambótico ou estrambóticoIets buitenissigs
Estúpido como uma portaOliedom
Estúpido para burroEen ezel/ Heel stom
Eu cá me entendoIk weet wat ik doe
Eu não disse!Zei ik het niet!/ Zie je wel.
Eu quero, eu posso, eu souEigenwijs/ Veel zelfvertrouwen
Exaltar os ânimosDe gemoederen in beweging brengen
Executar a quatro mãosVierhandig spelen/ Quatre-mains
Faça sol ou faça chuvaBij tij en ontij
Faça, que o seu fazer tem graçaZeg je plagend tegen iemand opdat hij een karwei doet
Faço ideiaIk kan het me voorstellen
Fado choradinhoKlaagzang
Falar pouco e bem, ter-te-ão por alguémMet weinig woorden veel zeggen
Falange, falanginha e falangetaDe drie vingerkootjes
Falar por (entre) os dentesBinnensmonds praten
Falar chinêsOnzin praten/ Niet begrepen worden
Falar com desafogoVrijuit spreken
Falar com o coração na bocaMet zijn hand op zijn hart verzekeren
Falar como um doutorCorrect spreken/ Geaffecteerd praten
Falar como um papagaioVeel praten/ Napraten
Falar é prata, calar é ouroSpreken is zilver, zwijgen is goud
Falar em alhos e responder de (em) bugalhosNiet antwoorden op de vraag/ Doen alsof hij deze niet begrijpt
Falar mal e depressaPraten zonder een blad voor de mond te nemen
Falar não enche barrigaPraatjes vullen geen gaatjes
Falar no diabo e ele aparecerAls je over de duivel spreekt, trap je op zijn staart
Falar para as paredesTegen de muur praten
Falar para o bonecoPraten tegen iemand die niet luistert/ Tegen de muur praten
Falar pelos cotovelosTeveel praten
Falar por siVoor zichzelf spreken, praten
Falar portuguêsDuidelijke taal/ Er is geen woord Spaans bij
Falinhas mansasZoete broodjes bakken
Falso como JudasVerraderlijke taal (Judas)
Falta…Het duurt nog..
Falta de cháGeen manieren hebben
Falta de tactoWeinig tactisch in de omgang
Faltar à palavraZijn woord breken
Faltar a terra debaixo dos pésDe grond zakt onder zijn voeten vandaan/ Geen vaste grond onder zijn voeten hebben
Faltar o parafusoEr zit een steekje los aan iemand
Fartar-se de rirHet uitschateren
Faz agora…Het is …. geleden
Faz calorHet is warm
Faz frioHet is koud
Faz mais quem quer do que quem pedeArmen helpen vaker dan rijken
Faz muito jeitoHet komt goed uit
Faz o bem sem olhares a quemDoe iets goeds voor iedereen, zonder onderscheid des persoons
Faz o que te digo e não o que façoDoe wel naar mijn woorden, maar ziet niet naar mijn daden
Faz pesoHet is zwaar
Faz solDe zon schijnt
Faz ventoHet waait
Faz-se contaDoe alsof
Fazemos que não vemosEen oogje toeknijpen/ Zijn ogen sluiten voor
Fazer(-se) aNet doen alsof/ Zich voordoen als
Fazer a barbaZich scheren
Fazer a boca doceNaar de mond praten/ Stroop om de mond smeren
Fazer a cama a alguémIemands veroordeling, ondergang voorbereiden
Fazer a corteHet hof maken
Fazer a festa e deitar os foguetes (e correr atrás das canas)Zijn eigen feestje vieren (eigen succes vieren)
Fazer a festa e deitar os foguetesLachen om zijn eigen grappen
Fazer a trouxaZijn vertrek voorbereiden/ Zijn koffers pakken
Fazer a viagem do outro mundoSterven
Fazer a vida negraIemand het leven zuur maken
Fazer análisesBloedonderzoek/ Urine onderzoek
Fazer anosJarig zijn
Fazer as malasZijn koffers (in)pakken
Fazer as vezes deVervangen
Fazer asneiraIets fout aanpakken, doen
Fazer asneirasStommiteiten uithalen
Fazer beicinhoPruilen/ Mokken/ Een lip trekken
Fazer bichaIn de file staan
Fazer boa caraZich neerleggen bij een teleurstelling, nederlaag 
Fazer bom juízo deEen goede dunk hebben van
Fazer bom tempoMooi weer zijn
Fazer brigaVechten/ Tegenstand bieden/ Wanorde scheppen
Fazer caixinhaIets geheim houden
Fazer capacho de alguémIemand vernederen/ Iemand de grond inboren/ Met iemand de vloer aanvegen 
Fazer castelos na areiaZandkastelen bouwen
Fazer causa comum comOnder één hoedje spelen
Fazer ceraDe kantjes er vanaf lopen
Fazer cerimóniaErg beleefd zijn/ Met u aanspreken en goed gedragen/ Zich gedragen als een heer, gentleman
Fazer chacotaDe spot drijven
Fazer chorar as pedrasSterk ontroeren
Fazer chuléLawaai maken/ Schreeuwen
Fazer como se fosse, estivesse em sua casaDoen of je thuis bent
Fazer contaErgens op rekenen
Fazer contas de cabeçaHoofdrekenen
Fazer conversaEen praatje maken
Fazer coroHet ermee eens zijn/ Hetzelfde zeggen als de anderen
Fazer correr muita tintaOpzien baren
Fazer da vidaIets maken van zijn leven
Fazer das tripas coraçãoAlles op alles zetten/ Doorbijten 
Fazer deDoen alsof
Fazer de anjinhoZich onschuldig voordoen
Fazer de contaDoen alsof
Fazer de corridaOverhaast te werk gaan
Fazer de olhos fechadosEen fluitje van een cent/ Fluitend
Fazer dieta para manter a linhaAan de lijn doen
Fazer do gato sapatoOnder druk zetten zodat iemand doet wat je wil
Fazer dum mosquito um elefanteVan een mug een olifant maken
Fazer e acontecerZegt men over iemand die opschept over wat hij doet
Fazer escabecheLawaai maken/ Schreeuwen
Fazer faíscaBotsen van karakters
Fazer faísca com alguémNiet kunnen opschieten met iemand
Fazer figura de corpo presenteSchitteren door afwezigheid
Fazer fitasEen scene maken
Fazer frente aHet hoofd bieden aan
Fazer gato-sapato de alguémIemand vernederen/ Iemand niet respecteren
Fazer gazetaSpijbelen/ Niet naar je werk gaan
Fazer horasWachten tot het tijd is voor de afspraak
Fazer ideiaEen idee hebben van / Weten
Fazer jeitoGoed van pas komen
Fazer jardinagemTuinieren
Fazer luxo deTrots, prat zijn op
Fazer marcha-atrásEen stapje terug doen/ In zijn achteruit
Fazer marmeladaFlirten
Fazer nas coxasSlordig werk leveren
Fazer númeroEr voor spek en bonen bij zijn
Fazer o choradinhoVleiend doch dringend vragen
Fazer o fadinhoIemand met omwegen overtuigen te doen w at men wil
Fazer o gosto ao dedoEen behoefte bevredigen/ Een wens vervullen
Fazer obra asseadaMet perfectie werken
Fazer ofício de corpo presenteAlleen lijfelijk aanwezig zijn 
Fazer orelhas moucasOost-indisch doof zijn
Fazer os cabelos brancosIemand grijze haren bezorgen
Fazer ouvidos de mercadorZich doof houden/ Oost-Indisch doof
Fazer panelinhaZich aaneensluiten
Fazer panelinhoDeel uitmaken van een groep/ Samenspannen
Fazer parelhaEen gemeenschappelijke interesse hebben
Fazer parte deDeel uitmaken van
Fazer pela caladaStiekem doen
Fazer pela vidaWerken/ Zich inspannen/ Zijn best doen
Fazer perder a cabeça a um SantoOverdreven lastig vallen
Fazer pontariaRichten/ Mikken 
Fazer ponteEen vakantie maken door tussen vrije dagen een dag vrij te nemen
Fazer ponto finalAfsluiten/ Uitmaken (relatie)/ Ergens een punt achter zetten
Fazer porErvoor gaan/ Zijn best doen om te
Fazer pouco deDe draak steken met
Fazer promessas não custa nadaBeloftes doen kost niks
Fazer queFingeren/ Doen alsof
Fazer questão deErop staan dat
Fazer regimeDieet volgen
Fazer render o peixeEen situatie rekken (om er beter van te worden)
Fazer salaBlijven plakken
Fazer-se ao pisoIets opwerpen/ Zich kandidaat stellen/ Iets proberen te realiseren
Fazer-se de inocenteZich van den domme houden
Fazer-se engraçadoLeuk willen doen
Fazer-se saloioNet doen of je iets niet weet/ Zich van den domme houden
Fazer sentidoLogisch zijn
Fazer tempo bom, mauGoed, slecht weer zijn
Fazer trombaEen somber gezicht trekken
Fazer um (grande) escabecheHevig protesteren
Fazer um filme deEen scene maken 
Fazer um freteMet tegenzin doen
Fazer um acerto de contasEen oude twist bijleggen/ Een oude rekening vereffenen
Fazer um biscatoEen klusje doen
Fazer um figurãoEen goed figuur slaan
Fazer um filme (de)Ophef maken van iets/ Overdrijven
Fazer um inquéritoEen verhoor afnemen/ Een onderzoek doen
Fazer um negócio da ChinaGoede zaken doen
Fazer um triste papelEen slecht figuur slaan
Fazer um vistaço Een geweldige indruk achterlaten
Fazer um vistançoEen geweldige indruk achterlaten
Fazer uma saúdeProosten
Fazer uma viagemEen reis maken
Fazer uso deGebruik maken van
Fazer ventasKwaad kijken
Fazer vida comSamenleven met
Fazer vistaOpgemerkt zijn
Fazer vista grossaDoen of zijn neus bloedt
Fazer votos porToewensen
Fechar(-se) em coposZich in stilzwijgen hullen
Fechar à chaveOp slot doen
Fechar a porta (a)Een mogelijkheid blokkeren/ De deur dichtgooien vóór iemand of iets
Fechar a sete chavesHeel goed bewaren, bewaken/ Achter slot en grendel bewaren
Fechar com chave de ouroPerfect afsluiten
Fechar os olhosSterven/ Net doen of je iets niet ziet
Feio como a morteGruwelijk/ Lelijk als de nacht
Feio como um bodeLelijk als de nacht
Feira da ladraRommelmarkt
Feitas as vindimas, guardam-se os cestosAls het werk klaar is ruim je alles op tot de volgende keer
Feito a marteloSlechte wijn
Ferido na asaGekwetst/ Wrokkig/ Vol wroeging
Ferrar a unhaDuur verkopen/ Stelen
Ferro-velhoOud ijzer
Ferve em pouco lumeBij het minste of geringste
Ferver em pouca águaGauw geïrriteerd zijn/ Een kort lontje hebben
Fiar-se na virgemAlleen in de goddelijke voorzienigheid geloven
Fia-te na virgem e não corrasVertrouw niet blindelings
Fia-te na virgem e não corras (e verás o trambolhão que levas)Zegt men tegen iemand die alles overlaat aan de goddelijke voorzienigheid
Fica longe daquiHet is ver hier vandaan
Fica para a próxima (vez)Volgende keer beter
Ficar a zeroErgens niets van weten, begrijpen
Ficar (ver-se) em maus lençoisIn een slechte situatie belanden
Ficar a matarGeweldig staan (dress to kill)
Ficar a perderHet onderspit delven/ Geen winst boeken  
Ficar a secarErg lang moeten wachten (in de wachtkamer van de dokter bij voorbeeld)
Ficas às aranhasIn het slop raken
Ficar às sopasOp andermans zak teren
Ficar a ver Braga por um canudoNiet lukken/ Zijn deel niet krijgen
Ficar a ver estrelasNiet voor elkaar krijgen wat men wenst/ Slaag krijgen
Ficar a ver naviosNiet voor elkaar krijgen wat men wenst
Ficar a zeroNiets lukt/ Niets begrijpen
Ficar cheio até às pontas dos cabelosVol zitten/ Genoeg hebben van iets/ Er klaar mee zijn/ Tot hier zitten
Ficar chumbadoZakken (voor examen)
Ficar cobraWoedend worden
Ficar com algo ou alguém atravessado na gargantaMet wroeging, wrok zitten
Ficar com o cabelo em péZijn haren rijzen hem te berde
Ficar com penaSpijt krijgen/ Jammer vinden/ Zielig vinden
Ficar com um grande melãoEen flinke tegenslag
Ficar de boca abertaZijn mond valt open (van verbazing)
Ficar de camaBedrust nemen
Ficar de foraBuitengesloten worden
Ficar de mãos a abanarMet lege handen staan/ Niks verdienen (geld)
Ficar de molhoTe weken liggen
Ficar de olhos em bicoDe ogen vallen uit zijn hoofd (van bewondering)
Ficar de orelha muchaVerdrietig/ Teleurgesteld
Ficar de pantanasEen puinhoop zijn
Ficar de rastosVerzwakt zijn na ziekte
Ficar de repousoRust nemen
Ficar debaixoHet onderspit delven
Ficar depenadoGeen cent overhouden/ Platzak zijn
Ficar em águas de bacalhauOp niets uitdraaien/ Niet doorgaan
Ficar em contaEen redelijke prijs/ Niet duur
Ficar fritoAangebrand raken
Ficar na penumbraBijna vergeten/ Onderbelicht blijven
Ficar para tio,  tiaOude vrijster/ Verstokte vrijgezel
Ficar passadoErg boos worden
Ficar perdido deVerloren zijn
Ficar pior que uma barataHeel bo os worden
Ficar reduzido a nadaNiets van over blijven
Ficar reduzido a zeroGeruïneerd
Ficar sem camisa sem falaSprakeloos zijn over iets
Ficar sentidoGekwetst zijn
Ficar transtornadoVan streek zijn
Ficar um brinco ou um brinquinhoOm door een ringetje te halen
Ficar uma feraIn woede ontsteken
Ficar (estar) sem pinga de sangueZijn bewustzijn verliezen/ Zich dood schrikken/ Verstard zijn
Fidalgo de meia tigelaIemand die zich van adel waant
Fiel amigoBacalhau (stokvis)
Fifeti-fifetiFifty fifty
Figas, canhoteAfkloppen (om te bezweren dat het niet gebeurt)
Figura de papelãoIemand die een (slecht) figuur slaat
FilhaDochter/ Meisje (koosnaampje)
Filha, pretendentes à portaAls je een dochter hebt, komen de jongens vanzelf
Filho de peixe sabe nadarDe appel valt niet ver van de boom
Filho és, pai serás, assim como fizeres, assim acharásJe moet het goede voorbeeld geven
Filho criado, trabalho dobradoKleine kinderen, kleine zorgen, grote kinderen, grote zorgen
Filhos criados, trabalhos dobradosKleine kinderen, kleine zorgen, grote kinderen, grote zorgen
Ficar a saberEr achter komen
Ficar (estar) pior que estragadoHeel geïrriteerd raken/ Sterk tegen zijn
Fique a vontadeDoe of u thuis bent
Fiquem bemHet ga jullie goed
Fitar as orelhasDe oren spitsen
Flor de estufaKasplantje
Fogo de vistaEen illusie
Foi um dia de juízoEindelijk gerechtigheid
Foi uma brincadeira minhaHet was maar een grapje
Foice e marteloHamer en sikkel
Fora de brincadeiraZonder gekheid/ Alle gekheid op een stokje
Fora de horasTe laat/ Niet op de normale tijd
Fora de sérieEen bijzonder iemand/ Een uitzonderlijk iemand/
Iemand, iets die eruit springt
Fora de siBuiten zichzelf
Fora de lugarNiet op zijn plaats
Forte e feioEen lomp ding
Fraco é o padeiro que diz mal de seu pãoEen vakman kraakt zijn eigen werk niet af
Fresco como uma alfaceZo fris als een hoentje
Frieira nas mãosWinterhanden
Frieira nos pésWintervoeten
Fruta de abanoRijp fruit (dat van de boom valt)
Fugir a boca para a verdadeZijn mond voorbij praten
Fugir a sete pésEr snel vandoor gaan/ Het hazenpad kiezen
Fugir com o rabo à seringaZich uit de voeten maken/ Zijn snor drukken
Furar a greveStaking breken
Gaivotas em terra, tempestade no marMeeuwen op het land, storm op komst
Galinha da vizinha é sempre melhor que a minhaHet gras van de buren is altijd groener
Galinha de campo não quer capoeiraHet is moeilijk je gewoontes te veranderen
Galinha do mato não quer capoeiraHet is moeilijk je gewoontes te veranderen
Galinha dos ovos de ouroDe kip met de gouden eieren
Ganhar a vidaZijn brood verdienen
Ganhar experiênciaNieuwe ervaringen opdoen
Ganhar para a buchaNet genoeg verdienen om van te eten
Ganhar poucoTe weinig verdienen
Ganhar tempoTijdwinst maken/ Tijd winnen
Ganhar terrenoTerrein winnen
Garotada, Garotagem ou GarotioStelletje kwajongens
Gás pimentaTraangas
Gastar (a) salivaTegen dovemansoren praten
Gata borralheiraVrouw die zwaar huishoudelijk werk doet (Assepoester)
Gato escaldado de água fria tem medoAls je een nare ervaring hebt gehad ben je bang
Gato pingadoBegrafenisfunctionaris
Gato sapatoIemand die met zich laat sollen
Gelar-se o sangue nas veiasBloedstollend
Gente de palmo e meioKleine kinderen
Gente fina é outra coisaZegt men van mensen die zich netjes gedragen/ Beschaafde mensen
Golpe de mestreMeesterzet
Gordo que nem um abadeHeel dik/ Adipeus
Gordura é formosuraDikke mensen zijn mooi
Gostar da pingaEen glaasje lusten
Gostos não se discutemOver smaak valt niet te twisten
Governe-se a boca conforme a bolsaDe tering naar de nering zetten
Grande barracaEen schandaal 
Grande biscaEen enorme fout
Grande cabeçaGroot brein/ Meesterbrein
Grande estadãoPracht en praal
Grande gabador, pequeno fazedorVeel geschreeuw en weinig wol
Grande númeroEen figuur, nummer (grappig persoon)
Grande pontoEen grapjas
Grande trinta umMoeilijk op te lossen probleem/ Hersenkraker
Grandes carvalhos brotam de pequenasVele kleintjes maken een grote
Grão a grão enche a galinha o papoKalm aan dan breekt het lijntje niet
Gritar a plenos pulmõesDe longen uit zijn lijf schreeuwen
Guarda alguma coisa para os dias de chuvaEen appeltje voor de dorst bewaren
Guardar hoje, para ter amanhãWie wat bewaart, heeft wat
Guardar sigiloHet stilzwijgen bewaren
Há algum tempoAl enige tijd/ Sinds een tijdje
Há baile?Vraag je aan iemand die in zijn neus peutert
Há duas noites que não durmoIk heb al twee nachten niet geslapen
Há horas para tudoAlles op zijn tijd
Há males que vêm por bemVan je fouten kun je leren
Há moiro na costaIemand heeft een oogje op je
Há muito tempoLang geleden
Há muito tempo que não a viaIk heb u lang niet gezien
Há quanto tempo?Hoe lang geleden?
Há remédio para tudo menos para a morteJe kunt alles onder controle hebben behalve de dood
Há rumos deHet gerucht gaat
Há séculosEeuwen geleden
Há sempre uma tampa para uma panelaOp ieder potje past een dekseltje
Há trabalho de sobraEr is werk in overvloed
Há uma ovelha ranhosa em todos os rebanhosHet zwarte schaap
Há-de mas pagarIk zal het je betaald zetten
Haja o que houverWat er ook gebeurt
Haver gatoEen fout, bijvoorbeeld in de boekhouding
Herói da festaHet stralende middelpunt
Histórias de carochinhaFabeltjes/ Sprookjes
Homem de bom conceitoEen voorbeeldig man
Homem de palavraEen man van zijn woord
Homem dos sete ofíciosEen duizendpoot/ Iemand die van alle markten thuis is
Homem de sete instrumentosEen duizendpoot/ Iemand die van alle markten thuis is
Homem pequenino, ou velhaco ou bom dançarinoPas op met kleine mannen
Homem prevenido vale por doisEen gewaarschuwd mens telt voor twee
Homem valente e vinho velho duram poucoEen dapper man en oude wijn duren niet lang (volkswijsheid
over vergankelijkheid)
Honrado a carta cabalZo eerlijk als goud
Hora de pontaSpitsuur
Hora extremaDoodsuur
Hora HHet uur U
Horas a fioLange tijd achter elkaar
Horas vagasVrije tijd
Houve um acidenteEr is een ongeluk gebeurd
Ida e voltaHeen en terug/ Een retour
Idade do armárioKinderen tussen 12 en 16/ Pubers
Idas en voltasHeen- en weergeloop
Idem, idem, aspas, aspasHelemaal mee eens
Igual ao litroIs niet van belang/ Het kan me niet schelen/ Het maakt me niet uit
Implicar com alguémGeïrriteerd zijn met iemand
Importa-se?Hebt u er bezwaar tegen?
Impossibilidade de agirGebonden handen
Imprimir os passosVoetsporen nalaten
Inchado como uma rãOpgeblazen kikker
Indo por caminho recto, o longe se faz pertoAls je het juiste pad volgt, bereik je het snelst je doel
Ir(-se) abaixoNiet volhouden/ Het laten afweten
Ir(-se) abaixo das canelasNiet meer kunnen lopen/ Te moe zijn/ Niet meer op zijn benen kunnen
staan
Ir(-se) abaixo nas canelasasNiet meer kunnen lopen/ Te moe zijn
Ir(-se) aos aresIn woede uitbarsten
Ir à praçaGeveild worden/ Naar de markt gaan
Ir a reboqueAnderen achterna gaan
Ir a Roma e não ver o papaErgens heen gaan en het belangrijkste niet zien, vinden
Ir a toque de caixaSnel weggaan
Ir à tosquiaZijn haar laten knippen
Ir a trinta e noveSnel gaan
Ir ao arDe weg kwijt raken/ In lucht opgaan
Ir ao encontro deTegemoet gaan/ Tegemoet komen
Ir ao mar e perder o lugarOpgestaan is plaats vergaan
Ir ao pêlo de alguémIemand in de haren vliegen
Ir ao sabor da correnteZich laten meeslepen
Ir (levar) aos aramesWoedend worden/ Zich opwinden
Ir aos ssDronken waggelen
Ir às cavalitasPaardje rijden/ Op de schouders gedragen
Ir às sortesIn militaire dienst gaan
Ir às vinteZeer snel gaan
Ir chatear o CamõesGa iemand anders lastig vallen
Ir de charolaIn de armen gedragen worden/ Liggend gedragen worden
Ir de encalçoIemand op de hielen zitten
Ir de encontroBotsen tegen
Ir de vento em pompaVan een leien dakje gaan/ Voor de wind gaan/ Voorspoed hebben
Ir em frenteDoorgaan/ Rechtdoor
Ir longeHet ver brengen, schoppen
Ir mais alémVerder gaan
Ir mais longeBetere resultaten nastreven/ Hogere doelen stellen
Ir muito longeHet al te bont maken/ Te ver gaan
Ir na cantigaDoor mooie woorden laten inpalmen
Ir na esteira de alguémIn iemands kielzog varen
Ir na fitaErgens intrappen
Ir na ondaMet de grote massa meegaan
Ir nas calmasRustig aan doen
Ir nas pegadas de alguémIn iemands voetspoor treden
Ir no conto do vigárioIn mooie praatjes trappen
Ir (estar) num brindo (brinquinho)Netjes erbij lopen/ Er piekfijn uitzien
Ir num pé e vir no outroHeel snel gaan
Ir num pulo e vir no outroIn een wip terug zijn
Ir para a cama com as galinhasMet de kippen op stok gaan
Ir para o olho (meio) da ruaOp straat gezet worden/ Ontslagen worden
Ir para o raio que o parteMinachtend weggestuurd worden
Ir para vale de lençoisOnder de wol kruipen/ Onder de dekens kruipen
Ir passar desta para melhorHet tijdelijke met het eeuwige verwisselen
Ir pé ante péGeruisloos lopen/ Voetje voor voetje
Ir pelo seguroOp zeker spelen
Ir pelos aresIn de lucht vliegen/ Ontploffen
Ir pentear macacosIemand minachtend wegsturen
Ir plantar batatasIemand vragen je met rust te laten
Ir por água abaixoVergeefse moeite doen / Mislukken/ Slechte zaken doen
Ir por partesMethodisch te werk gaan
Ir ter com alguémNaar iemand toe gaan (afspraak)
Ir ter com um amigoEen vriend ontmoeten
Ir tudo em bolandasSlechte zaken doen
Isto não estava previsto no contractoZo zijn we niet getrouwd!
Isso é demais!Dat gaat te ver!/ Te gek!
Isso é gargantaDat zeg je nou wel, maar er
komt toch niets van terecht/ Het is maar blabla
Isso é outra músicaDat is een ander verhaal
Isso é que é falarDat is goed gesproken
Isso fica malDat staat niet mooi
Isso não entra no meu entendimentoDat gaat mijn petje te boven
Isso não me cheiraDat bevalt me niet
Isso nem se perguntaDat hoef je niet eens te vragen
Isto beira ao absurdoDit grenst aan het absurde
Isto é o da JoanaDit is een plek zonder orde of regels
Isto é outra loiçaDat is andere koek
Isto faz-me rirHier moet ik om lachen
Isto não estava previsto no contratoDit stond niet in het contract
Isto representa muito trabalhoEr komt heel wat bij kijken/ Dit betekent veel werk
Isto sabe a poucoDit smaakt naar meer
Já a formiga tem catarroSpuit elf geeft ook modder
Já acabouHet is op/ Het is afgelopen/ Het is uit
Já agoraNu het toch zover is
Já cá cantaHet is al voor elkaar
Já deu o que tinha a darHet loopt op zijn einde
Já foi atendito?Wordt u al geholpen?
Já há algum tempoHet is al een tijd geleden
Já nãoNiet meer
Já não dá paraHet is niet meer mogelijk
Já não era sem tempoHet zou eens tijd worden
Já não está cá quem falouIk neem mijn woorden terug/ Ik heb niets gezegd
Já sai pelo narizHet komt mijn neus uit
Já tem barbasDat is oud nieuws
Já temos alguma coisaDaar hebben we iets
Já vou a caminhoIk ben (al) onderweg
Já viste?Zie je wel!
João-pestanaKlaas Vaak
Jogar à pancadaOp een handgemeen uitlopen
Jogar a última cartadaZijn laatste troef uitspelen
Jogar às escondidasVerstoppertje spelen
Jogar foraWeggooien
Jogar o último triunfoZijn laatste troef uitspelen
Jogar pelo seguroOp zeker spelen
Jogo e bebida, casa perdidaGokken en drank maken alles kapot
Jogo francoDe kaarten op tafel
Juntar o útil ao agradávelHet nuttige met het aangename verenigen
Juntar os trapinhos/ traposSamenleven/ Trouwen
Juntar-se a fome com a vontade de comerArm trouwt met arm
Junta-te aos bons, serás como eles, chega-te aos maus, serás pior que elesKijk uit met wie je omgaat/ Je vrienden bepalen wie je bent
Juro por Deus!Zo waarlijk helpe mij God almachtig
Junto da urtiga nasce a rosaNaast het onkruid groeit de roos
Labareca ou lavercaHonger
LabregoBoers/ Lomp
Labutar de sol a solVan de morgen tot de avond werken/ Van zonsopgang tot zonsondergang werken
Ladrão que rouba ladrão tem anos de perdãoSoort Robinhood
Lágrimas de crocodiloKrokodillentranen
Lambe-botasEen vleier/ Een slijmer
Lamber as botasVleien/ Slijmen
Lamento muitoHet spijt me (medeleven)
Lançar à águaTe water laten
Lançar a escadaIets gedaan proberen te krijgen
Lançar em rostoNaar het hoofd slingeren
Lançar luz sobreLicht werpen op
Lar, doce larOost west, thuis best/ Zoals het klokje thuis tikt, tikt het nergens;
Largar de mãoLoslaten/ Versmaden
Lavagem ao cérebroHersenspoeling
Lavar a roupa sujaDe vuile was buiten hangen
Lavar as mãosZijn handen wassen in onschuld
Lavar os dentesTanden poetsen
Ler é saberLezen is leerzaam
Ler nas entrelinhasTussen de regels door lezen
Ler nos olhos deGedachten lezen van
Levado da brecaLastig/ Een deugniet zijn
Levantar a cabeçaEr bovenop komen/ Een moeilijkheid overwinnen
Levantar a lebreTe berde brengen/ Ter sprake brengen
Levantar a mão contraBedreigen
Levantar a mesaDe tafel afruimen
Levantar dinheiroGeld opnemen
Levantar ferroEr vandoor gaan
Levar (a) água ao seu moinhoZijn doel bereiken door de dingen naar zijn hand te zetten
Levar a bom termoTot een goed einde brengen
Levar a caboTot een goed einde brengen
Levar a cruz ao calvárioGeduldig zijn tegenslagen verdragen
Levar a efeitoTot een goed einde brengen
Levar à letraLetterlijk nemen
Levar a malKwalijk nemen
Levar a melhor deHet beste maken van
Levar a peitoZich persoonlijk aantrekken
Levar as coisas a peitoZich persoonlijk aantrekken
Levar a sérioSerieus nemen
Levar a sua avanteZijn wil opleggen
Levar ao coloIn de armen dragen (bijvoorbeeld een baby)
Levar ao pelourinhoAan de kaak stellen
Levar coiro e cabeloHet vel over de oren halen/ Veel geld vragen voor iets
Levar com a porta na caraDe deur voor zijn neus dichtgooien
Levar com a tampaHet deksel op zijn neus krijgen
Levar uma tampaHet deksel op zijn neus krijgen/ Iets wordt geweigerd
Levar com uma perna às costasGemakkelijk afgaan
Levar couro e cabeloDuur laten betalen
Levar em contaEen redelijke prijs vragen
Levar forte e feioEr flink van langs krijgen
Levar para foraUitdragen
Levar tampaHet deksel op zijn neus krijgen
Levar sopaNee krijgen
Levar tempoTijd kosten
Levar uma secaZich rot vervelen
Levar vida de cãoEen hondenleven hebben
Leve como uma penaZo licht als een veertje
Ligar aOpbellen naar/ Verbinden met
Ligar importância aBelang hechten aan
Limar as arestasPerfectioneren/ Corrigeren/ Polijsten
Limpar as mãos à paredeWie zijn gat brandt, moet op de blaren zitten
Limpar o nomeZijn naam zuiveren
Limpar o salãoIn zijn neus peuteren
Limpar a salaIn zijn neus peuteren
Linda de morrerBloedmooi
Lindo serviçoMooi gedaan (cynisch bedoeld)
Língua afiadaIntrigiste/ Een scherpe tong
Língua de sograRoddelaarster/ Een scherpe tong
Língua de traposBrabbelaar
Língua de víbora (viperina)Kwaadspreker/ Een kwaaie tong
Linguiças com boa caraWorsten die er goed, lekker uitzien
Livros fechados não fazem letradosBoeken die je niet leest, maken je niet wijzer
Lobo com pele de cordeiroWolf in schaapskleren
Longa viagem começa por um passoOok een lange reis begint met een eerste stap
Longe da vista, longe do coraçãoUit het oog, uit het hart
Lua-de-melWittebroodsweken
Lufa-lufaDrukke bezigheden
Lusco-lusco, Lusque fusque ou LusquifusqueSchemering/ Invallen van de nacht/ Donker worden
< td>Ordinair/ Van laag allooi
Má línguaRoddel
Má mulherEen slechte vrouw
Má pesteEen slecht iemand
Má raçaEen slecht iemand
Má rêsEen slechterik
Macaco de imitaçãoNaäper
Macacos me mordamNee toch!
Macaquinhos na cabeçaNiet goed wijs/ Niet goed bij zijn hoofd
Macaquinhos no sotãoNiet goed wijs/ Niet goed bij zijn hoofd
Macuta e meiaVan weinig waarde/ Een prul
Madruga e verás trabalha e terásDe morgenstond heeft goud in de mond
Mais alguma coisaAnders nog iets?
Mais azedo que vinagreZuurder dan zuur 
Mais comem os olhos que a bocaZijn ogen zijn groter dan zijn maag
Mais depressa se apanha uma mentiroso que um coxoJe vangt eerder een dief dan een kreupele
Mais mossa, menos mossaEen deuk meer of minder
Mais ou menosOngeveer/ Plusminus
Mais que tudoVooral
Mais tarde ou mais cedoVroeg of laat
Mais umNog een
Mais vale a astúcia que a forçaWie niet sterk is, moet slim zijn
Mais vale amigo que parente ou primoBeter een goede buur dan een verre vriend
Mais vale andar no mar alto que nas bocas do mundoBeter ver weg zijn dan dat er over je gekletst wordt/ Een slechte naam hebben
Mais vale cair em graça do que ser engraçadoZeg je tegen iemand die (vergeefs) probeert leuk te zijn
Mais vale não dizer nada que nada dizerJe kunt beter niets zeggen dan onzin verkopen
Mais vale perder um minuto na vida que a vida num minutoJe kunt beter een minuut van je leven verliezen dan je leven verliezen in een minuut (neem even de tijd/ rustig
aan!
Mais vale pouco do que nadaBeter iets dan niets
Mais vale prevenir que remediarBeter voorkomen dan genezen/ Beter ten halve gekeerd dan ten hele
gedwaald
Mais vale ser rabo de pescada que cabeça de sardinhaWeinig hebben en toch trots zijn
Mais vale tarde do que nuncaBeter laat dan nooit
Mais vale um pássaro na mão que dois a voarBeter een vogel in de hand dan tien in de lucht
Mais vale um tostão certo que um milhão incertoBeter een vogel in de hand dan tien in de lucht
Mais vale uma palavra antes que duas depoisBeter voorkomen dan genezen
Mais valia ter escapoHij had beter kunnen ontsnappen
Mais velho que o azeite e vinagreZo oud als de weg naar Rome
Mal alheio não cura dorDe ellende van een ander lost je eigen ellende niet op
Mal amanhadoSlecht verzorgd (uiterlijk)
Mal empregadoHij heeft het niet verdiend
Mal-encaradoBoos kijken/ Kwaaie zin hebben
Mal por malTussen twee kwaden moeten kiezen
Mal por mal, antes na cadeia do que no hospitalAls je tussen twee kwaden moest kiezen, ben je beter af met de gevangenis dan met het ziekenhuis
Mal-agradecidoOndankbaar
Malhar em ferro frioNiks uithalen
Malha-se no ferro enquanto está quenteJe moet het ijzer smeden als het heet is
Manda chuvaDe grote baas (ook: Weerkundige)
Mandar à favaWegsturen (minachtend)/ Loop naar de hel
Mandar à merdaWegsturen (minachtend)/ loop naar de hel
Mandar à mãeWegsturen (minachtend)/ Loop naar de hel
Mandar àquela parteWegsturen (minachtend)/ Loop naar de hel
Mandar bocasKwinkslagen uiten/ Zomaar kletsen
Mandar desta para melhorIemand naar de andere wereld helpen
Mandar para o diaboNaar de duivel, de maan wensen
Mandar plantar batatasIemand wegjagen
Mandar pregar para outra freguesiaErgens anders heensturen met zijn praatjes
Manga de alpacaAdministratief medewerker, boekhouder die een ouderwetse manier van werken heeft (boekhouders droegen vroeger alpaca, soort mouwen over de gewone kleding om deze te beschermen)
Manha de cavalo só o dono conheceAlleen de baas kent zijn paard goed
Manhã de nevoeiro, tarde de soalheiroNiets zo veranderlijk als het weer
Manhoso como uma raposaSlim als een vos
Mantenha-se a parWees op de hoogte/ Keep informed
Manter a cabeça erguidaZijn rug recht houden
Manter a cadênciaIn de pas lopen 
Mão únicaEenrichtingsverkeer
Mão visível deDuidelijk de hand van
Mão-de-ferroEen ijzeren vuist
Mão-de-obraArbeidskrachten
Mão-leveLosse handjes
Mãos a abanarNiets bij zich hebben
Mãos ao arHanden omhoog
Mão(s) fria(s), coração quenteKoude handen, warm hart (zeg je tegen iemand die koude handen heeft)
Mãos largasEen gul persoon
Mau como as cobrasIn en ingemeen
Marcar consultaEen afspraak maken met de dokter
Marcar o númeroHet nummer noteren
Marcar presençaZich niet onbetuigd laten
Março Março Marçogão, de manhã Inverno e de tarde VerãoMaart roert zijn staart
Maria-rapazJongensachtig meisje/ een halve jongen
Maria-vai-com-as-outrasMeeloper
MaricasSchichtig iemand/ Verwijfd iemand/ Scheldwoord voor homo
MariazinhasSchichtig iemand/ Verwijfd iemand/ Scheldwoord voor homo
Mariquinhas pé de salsaIemand plagen die iets niet durft/ Bangeschijterd
Mas é claro!Absoluut!
Mas prontoKlaar!
Mas que absurdoWat absurd
Mas que coisaWat gek/ Wat vreemd
Mas que grande cacholaWat een uilskuiken
Mas que perguntaWat een vraag
Matar a cabeçaZich het hoofd breken
Matar a sedeZijn dorst lessen
Matar a fomeZijn honger stillen
Matar dois coelhos com uma cajadadaTwee vliegen in een klap
Matar o tempoDe tijd doden
Matar o vícioDe verslaving bevredigen
Matéria cinzentaDe grijze cellen
MauFoei
Mau como as cobrasHeel slecht
Mau como o diaboHeel slecht
Mau como uma pragaHeel slecht
Medir as palavrasOp zijn woorden passen
Medir de alto a baixoVan onder tot boven opnemen (minachtend)
Meia bola e forçaHalf werk/ Slecht werk
Meia desfeitaBacalhau (stokvis) met kikkererwten en aardappels
Meia voltaRechtsomkeert
Meias-medidasHalf werk/ Halve maatregelen
Meias-tintasNiet helemaal zeker
Meia-tigela
Melhor escorregar com o pé que com a línguaJe kunt beter uitglijden met je voet dan met je tong
Melhor que galinhaHeel goed
Melhor um pardal na mão do que um pombo no telhadoBeter een vogel in de hand dan tien in de lucht
Melhor!Des te beter!
Memória de alho chochoEen geheugen als een zeef
Menina quequeIemand die denkt fijntjes en volgens de mode gekleed te zijn/ Een snob
Menino da mamãEen moederskindje
Merenda comida, companhia desfeitaDe buit is binnen/ Zodra het eten op is, vertrekt men
Mês do correnteLopende maand
Mesmo assimDesondanks
Mesmo dizendo pouco, muito mal se pode fazerZelfs met weinig woorden kun je veel kapot maken 
Meta-se na sua vidaBemoei je met je eigen zaken/ Commandeer de hond en blaf zelf
Meter a colher(ada)Tussenbeide komen/ Zich mee bemoeien 
Meter a mão na consciênciaZijn geweten laten spreken
Meter a mão na massaEr tussenkomen/ In discussie gaan
Meter a pata na poçaBrokken maken/ Een stommiteit uithalen
Meter a unhaVeel te duur verkopen
Meter a viola no sacoMet zijn mond vol tanden staan
Meter águaZwakte tonen/ Een dwaasheid, stommiteit begaan
Meter agulhas por alfinetesDoen of zijn neus bloedt
Meter uma cunhaEen kruiwagen vragen voor iemand 
Meter debaixo dos pésVernederen
Meter na boca do loboZich in het hol van de leeuw wagen
Meter na cabeçaIn zijn hoofd stampen
Meter o bedelhoZich ergens mee bemoeien/ Het beter willen weten
Meter o nariz em tudoOveral zijn neus in steken
Meter o nariz onde não é chamadoZich ongevraagd ergens mee bemoeien
Meter o pé na argolaErgens een puinhoop van maken
Meter o rabo entre as pernasMet de staart tussen de benen afdruipen
Meter os pés pelas mãosIn de war raken/ Niet beslissen/ Liegen
Meter pernas a caminhoOp weg gaan
Meter-se comZich inlaten met/ Verleiden
Meter-se em briosZijn beste beentje voorzetten
Meter-se em cavalarias altasBoven zijn macht grijpen/ Boven zijn stand leven  
Meter-se em lençois molhadosMoeilijkheden veroorzaken
Meter-se-lhe na cabeçaZich in het hoofd halen
Meter-se na (sua) torre de marfimIn een ivoren toren zitten
Meter-se nos coposVeel drinken (alcohol)
Meter-se num beco sem saídaOp dood spoor raken
Meter-se numa alhadaZich in de nesten werken 
Meter-se numa boa embrulhadaZich in de nesten werken
Meter-se numa camisa de onze varasIn grote problemen komen
Meter-se numa salgalhadaZich in de nesten werken
Meter-se onde não se é chamadoZijn neus ergens in steken
Meter uma cunhaInvloed aanwenden om iets voor elkaar te krijgen
Meter uma rolha na bocaGeen woord zeggen
Meu dito meu feitoDe daad bij het woord voegen
Mexa-seHaast u/ Schiet op
Mexer na feridaDe vinger op de zere (wonde) plek leggen
Mexer (mover) céu e terraHemel en aarde bewegen
Mexer (puxar) os cordelinhosDoen wat nodig is om iets te verkrijgen
Migalhas também é pãoWie het kleine niet eert is het grote niet weerd/ Alle beetjes helpen
Migalhas também são pãoWie het kleine niet eert is het grote niet weerd/ Alle beetjes helpen
Migalho de genteEen klein mensje/ Een kind
Mil novecentos e troca o passoMet Sint Juttemis
Milhentas vezesOntelbare malen
Minha alma está parvaNiet te geloven!
Minha falaWat ik zeg, zei
Minha nossa!Hemeltje lief
Mirar-seZichzelf bekijken
Moer a paciênciaHet bloed onder de nagels vandaan halen
Moer com pancadasBont en blauw slaan
Molhar a palavraWijn drinken
Montes de dinheiroBakken vol geld
Morde-me o coraçãoHet doet me pijn, verdriet/ Het ligt zwaar op mijn hart
Morder a iscaToehappen
Morder a línguaOp zijn tong bijten
Morder na pele de alguémIemands goede naam bezoedelen
Morrer como um cãoAls een hond sterven
Morrer de péWaardig sterven
Morrer porHeel graag willen
Morrer por alguémSmoorverliefd zijn op iemand
Morto de invejaStik jaloers
Morto e bem mortoZo dood als een pier
Mosca (mosquinha) mortaDooie pier
Moscas apanham-se com melIemand honing rond de
mond smeren
Mostrar boa caraZich van de goede kant laten zien
Mostrar má caraZich van de slechte kant laten zien
Mover céus e terrasHemel en aarde bewegen
Muda o disco e toca o mesmoAlsmaar hetzelfde liedje
Muda o disco!Hou er nou eens over op
Mudar de corBleek worden
Mudar de ideiaVan mening veranderen
Mudar os tarecosInterieur veranderen/ Meubels vervangen
Muita gente junta não se safaSamenwerken met veel mensen gaat niet goed
Muitas vezes o silêncio é a melhor respostaVaak is stilte het beste antwoord
Muita atura, quem precisaJe houdt het lang vol, als je het nodig hebt
Muito dá quem dá o que podeIemand die geeft wat hij kan, geeft veel
Muito espertalhãoBij de pinken
Muito falar é pouco acertarVeel blabla en weinig zinnigs zeggen
Muito riso, pouco sisoZit niet zo dom te lachen
Muito vento, pouca chuvaVeel geblaat en weinig wol
Muitos anos a virar frangosJarenlange ervaring/ Door de wol geverfd
Muitos cozinheiros estragam a sopaGeen twee kapiteins op één schip
Muitos são os conhecidos, poucos os amigosVeel kennissen, weinig vrienden
Mula de cargaWerkezel
Mulher de armasSterke vrouw/ Een moderne Jeanne d’Arc
Na boca do mentiroso, o certo se faz duvidosoJe moet een leugenaar niet geloven, vertrouwen
Na cama que farás, nela te deitarásZoals je je bed opmaakt, zo zul je slapen/ Wat je
zaait zul je oogsten
Na cara deIn het bijzijn van
Na crista da ondaIn de mode/ In de aandacht
Na era dos Afonsinhos (ou Afonsinos)Antieke tijd/ In de middeleeuwen
Na face e nos olhos se vê a letra do coraçãoDe ogen zijn de spiegel van de ziel
Na falta deBij gebrek aan
Na flor da idadeIn de bloei van zijn leven
Na gasosaHeel snel
Na hora HHet uur U
Na mechaHeel snel
Na medida do possívelVoor zover mogelijk
Na necessidade é que se conhecem os verdadeiros amigosIn (tijden van) nood leer je je vrienden kennen
Na primeira quem quer cai, na segunda cai quem querVan je fouten leer je
Na prisão e no hospital vês quem te quer bem e quem te quer malIn (tijden van) nood leer je je vrienden kennen
Na terra onde fores viver faz como vires fazerPas je aan de gewoontes van het land aan/ Integreren
Nada como um dia após o outroAlles op zijn tijd/ Morgen komt er weer een dag
Nada dissoAbsoluut!
Nadar como um peixeZich voelen als een vis in het water
Nadar como um pregoNiet kunnen zwemmen/ Zakken als een baksteen
Não adianta (nada)Dat schiet niet op/ Daar schiet je niets mee op
Não adianta chorarMet huilen bereik je niets
Não adiante chorar sobre o leite derramadoGedane zaken nemen geen keer
Não adianta discutirHet heeft geen zin (hierover) verder te praten
Não aguentar a pedaladaNiet kunnen bijbenen
Não alimentes burros a pão-de-lóDat heeft geen zin
Não alinharNiet meedoen met de rest
Não andar nem descansarGeen stap verder komen 
Não aquecer nem arrefecer>Niets oplossen/ Niets mee opschieten
Não aquecer o lugarNiet lang op dezelfde plaats zijn
Não arredar péGeen voet verzetten
Não atar nem desatarAarzelen/ Niet beslissen
Não bater bem da bolaNiet goed bij zijn hoofd zijn
Não caber em si de contenteBuiten zichzelf van vreugde zijn
Não caber na(s) bainha(s)Verwaand zijn
Não cantes vitória antes do tempoJe moet geen halleluja roepen voor het Pasen is
Não chegar aos calcanharesNiet kunnen tippen aan
Não chegar para as encomendasVeel te doen hebben, veel opdrachten
Não concorda?Bent u het er niet mee eens?
Não conseguir meter a sua colheradaZijn ei niet kwijt kunnen
Não convémHet is niet aan te raden
Não dá quem tem, dá quem quer bemJe geeft niet omdat je het hebt, maar omdat je het wilt
Não dar a bota com a perdigotaNiet zeker spelen/ Nadrukkelijk verschil maken
Não dar conta do recadoEr niet in slagen een taak te volbrengen
Não dar cordaGeen sugar geven/ Geen gesprek willen/ Geen vertrouwen hebben
Não dar em nadaNergens toe leiden
Não dar meia para caixaEr niet uitkomen/ Niet slagen in zijn opzet
Não dar nada porGeen cent uitgeven aan
Não dar o braço a torcerGeen duimbreed toegeven/ Zijn poot stijf houden 
Não dar orelhasGeen oren hebben naar
Não dar para a cova de um denteNiet in een holle kies passen
Não dar para petróleoNiet toekomen aan het allernoodzakelijkste
Não dar parte de fracoGeen angst tonen
Não dar pioEen geheim bewaren
Não dar quartelGeen genade verlenen
Não dar trelaGeen antwoord, noch reactie geven/ Geen sjoege geven
Não dar trocoGeen antwoord, noch reactie geven/ Geen sjoege geven
Não declares que as estrelas estão mortas só porque o céu está nubladoNiet alles wat je ziet is de werkelijkheid/ Achter
de wolken schijnt de zon
Não deites pérolas a porcosDat is parels voor de zwijnen gooien
Não deixar pôr o pé à frenteZich niet laten inhalen
Não deixar pôr o pé em ramo verdeGoed zijn grenzen aangeven
Não deixar para amanhã o que podes fazer hojeStel niet tot morgen uit wat je vandaag kunt doen
Não demoresBlijf niet te lang weg
Não desgostar deNiet zijn neus ophalen voor
Não dizer ai nem uiGeen boe of bah zeggen
Não dizer coisa com coisaOnzin uitkramen
Não é cedo nem tardeHet is het juiste moment (om een beslissing te nemen)
Não é com palha que se apaga o fogoDat is olie op het vuur gooien
Não é com vinagre que se apanham moscasMet azijn vang je geen vliegen
Não é grande rêsDat is iemand met een slecht karakter
Não é lá grande coisaDat is niet veel zaaks
Não é nada consigoDat gaat u niets aan
Não é nada do outro mundoEr is niets bovennatuurlijks aan
Não é para os teus dentesHet is niet voor jou bedoeld/ Het ligt boven je macht
Não enxergar um palmo adiante do narizGeen hand voor ogen zien/ Ziende blind zijn
Não ergas alto um edifício sem fortes alicercesHet fundament van een gebouw is het belangrijkst
Não está mais aqui quem falouIk trek mijn woorden terug (toegeven dat je ongelijk hebt)
Não estar bem de cabeçaNiet goed bij zijn hoofd zijn
Não estar com meias medidasGeen halve maatregelen nemen
Não estar em siZichzelf niet zijn: boos, verward
Não estar nos seus diasZijn dag niet hebben
Não estar para aí viradoNiet geneigd zijn te zwichten
Não faça caso Trek het u niet aan
Não faças aos outros o que não gostas que te façam a tiWat gij niet wilt dat u geschiedt doe dat ook een ander niet
Não faz diferençaHet doet er niet toe/ Het maakt niets uit/ Het is van geen belang
Não faz faltaHet is nergens voor nodig/ We missen het niet
Não faz sentido nenhumHet slaat nergens op/ Het slaat als een tang op een varken/ Het raakt kant noch wal
Não fazer caso deGeen belang hechten aan
Não fazer farinhaNiet kunnen opschieten met iemand
Não fazer fareloNiet kunnen overtuigen
Não fazer ideiaGeen notie hebben van/ Geen idee hebben van
Não fazer mal a uma moscaGeen vlieg kwaad doen
Não fazer nenhumNiets doen
Não foi pelos seus lindos olhosHij heeft dit niet te danken aan zijn mooie blauweogen
Não ganhar para o petróleoWeinig, net genoeg verdienen
Não ganhar para o sustoNog moeten bekomen van de schrik
Não ganhar para o tabacoWeinig verdienen
Não ganhar para o tachoNiet genoeg verdienen om van te kunnen eten
Não há amor como o primeiroGeen liefde als de eerste liefde
Não há ano final que não tenha o seu NatalElk jaar wordt het weer kerstmis
Não há bela sem senãoNiets is volmaakt (Er is altijd iets op de koop te nemen)
Não há bem que sempre dure, nem mal que sempre se atureGoede tijden en slechte tijden zijn niet voor eeuwig
Não há cão nem gatoIedereen
Não há carne sem osso, nem farinha sem caroçoNiet alles is perfect/ Er zijn geen rozen zonder
doornen
Não há com o que se preocuparEr is niets om je zorgen te maken
Não há domingo sem missa, nem segunda sem preguiçaZondag gaat men naar de kerk, maandag is men lui, moe
Não há duas sem trêsVan het een komt het ander
Não há feio sem graça, nem bonito sem seu senãoNiemand is perfect
Não há fogo sem fumoWaar rook is, is vuur
Não há fumo sem fogoWaar rook is, is vuur
Não há galinha gorda por pouco dinheiroVoor niks gaat de zon op
Não há luar como o de janeiro, nem amor como o primeiroDe eerste liefde is belangrijk
Não há maio sem favas nem S.Miguel sem vindimasAlles op zijn tijd
Não há mal que o tempo não cureDe tijd heelt alle wonden
Não há marcas que o tempo não apagueDe tijd heelt alle wonden
Não há meioNiets aan te doen/ Er is geen enkele manier 
Não há nada a fazerEr is niets aan te doen
Não há nada de queEr zit niets anders op dan
Não há pior cego que o que não quer verHij is ziende blind
Não há pior inimigo que um falso amigoMet zo’n vriend heb je geen vijand meer nodig
Não há pior surdo que o que não quer ouvirHij is horende doof
Não há prazer onde não há de comerWaar honger heerst is geen geluk
Não há pressaEr is geen haast bij
Não há problemaHet geeft niet/ Geen probleem
Não há qualquer sombra da dúvidaEr is geen twijfel aan/ Er is niet de geringste twijfel
Não há que fiarDat boezemt geen vertrouwen in
Não há que ser forte, há que ser flexívelMen moet niet sterk zijn maar flexibel
Não há regra sem exceçãoDe uitzondering bevestigt de regel
Não há rosas sem espinhosGeen rozen zonder doornen
Não há sábado sem sol, domingo sem missa, nem segunda sem preguiçaRituelen verander je niet zomaar/ Men kan niet zonder rituelen
Não há tolo que não tenha a sua espertezaElke dwaas heeft zijn eigen wijsheid
Não haver, ter mais a medirNiet aankunnen/ Te druk hebben
Não importa saber onde nasceste, mas o que ésNiet afkomst telt, maar wie je bent
Não interessa nem ao menino JesusDie, dat stelt niks voor/ Dat is totaal niet interessant
Não ir em (na) cantigasEr niet intrappen
Não julgues, para que sejas julgadoOordeel niet, opdat ge niet geoordeeld wordt
Não levantar uma palhaGeen hand uitsteken
Não ligarZich er niet mee bemoeien/ Het zich niet aantrekken
Não me chateiesVal me niet lastig
Não me digaNee maar!
Não me lembrei de JoanaIk heb niet aan Joana gedacht
Não me lixemDoe me geen kwaad
Não me sai da cabeçaIk krijg het niet uit mijn hoofd
Não meter prego nem estopaErgens niet in gekend worden/ Niet meedoen
Não mexer uma palhaGeen hand uitsteken
Não misturar alhos com bugalhosGeen knollen voor citroenen verkopen
Não morrer de amoresNiet fijn vinden/ Antipathie hebben
Não mugir nem tugirGeen kik geven
Não nasci ontemIk ben niet van gisteren
Não notei nadaIk heb niets gemerkt
Não olhar a nadaMet niets rekening houden/ Niet bang zijn
Não pára quietoHij zit geen ogenblik stil
Não passar cartãoGeen aandacht aan besteden 
Não passar de cepa tortaNiet verbeteren/ Zich niet verder ontwikkelen
Não perceber patavinaGeen snars van snappen
Não perder pitadaHelemaal niets missen
Não pesar na consciênciaGeen wroeging hebben
Não pode colher pepinos quem semeia tomatesWat je zaait zul je oogsten
Não poder com uma pessoaIemand niet mogen
Não poder ver uma camisa lavada a alguémIemand het het licht in de ogen niet gunnen
Não ponhas a ovelha a gaurdar o loboDat is de kat op het spek binden
Não pregar olhoGeen oog dicht doen
Não prestaHet deugt niet
Não sabe como governar quem a todos quer contentarJe kunt het niet iedereen naar de zin maken
Não saber a quantas andaDe kluts kwijt zijn/ Niet weten welke dag het is
Não saber da missa (a) metadeDe juiste toedracht van de zaak niet kennen
Não saber niclesGeen fluit, geen snars ergens vanaf weten
Não saber pevaGeen fluit, geen snars ergens vanaf weten
Não saber népiaGeen fluit, geen snars ergens vanaf weten
Não saber píviaGeen fluit, geen snars ergens vanaf weten
Não saber putoGeen fluit, geen snars ergens vanaf weten
Não saber vírgulaGeen fluit, geen snars ergens vanaf weten
Não saber para que lado se virar, voltarNiet weten waar je blijven moet
Não sabiaDat wist ik niet
Não sair de cepa tortaNiets bijleren/ Niet verbeteren
Não são contas do meu rosárioHier heb ik niets mee te maken/ Ik ga hier niet over
Não se abusa da hospitalidade alheiaMen moet geen misbruik maken van gastvrijheid
Não se corta o galho onde se está sentadoDe poten onder zijn stoel uit zagen
Não se cospe no prato em que se comeSpuug niet op het bord waarvan je moet eten
Não se dar por achadoNet doen of men het ergens anders over heeft
Não se descoserNiets loslaten
Não se deve fazer um bicho de sete cabeçasMaak er geen drama van/ Maak van een mug geen olifant
Não se ensina o padre a rezar missaJe moet iemand die ergens verstand van heeft niet vertellen wat te doen
Não se ensina op pai-nosso ao vigárioJe moet iemand die ergens verstand van heeft niet vertellen wat te doen
Não se importa deVind u het niet erg om, als
Não se ouvir nem uma moscaJe kunt een speld horen vallen
Não se pode ter em péHij kan niet op zijn benen staan (dronken)
Não se serve a dois senhores ao mesmo tempoMen kan niet tegelijkertijd twee heren dienen
Não se ter de contenteUitgelaten zijn
Não se troca o certo pelo duvidosoJe moet geen oude schoenen weggooien voor je nieuwe hebt
Não sei explicarIk kan het niet uitleggen
Não sei o que digaIk weet niet wat ik zeggen moet/ Ik sta perplex
Não ser de ferroNiet van staal zijn
Não ser grande coisaNiet veel voorstellen
Não ser muito católicoGeen vertrouwen inboezemen
Não serás amado, se de ti só tens cuidadoAls je alleen aan jezelf denkt zul je nooit geliefd worden
Não serveDat past niet 
Não tarda nadaHet duurt niet lang (meer)
Não te atrevasHeb ‘t lef niet
Não te metas a comprar o que não podes pagarJe moet de tering naar de nering zetten 
Não te metas no que não te diz respeitoBemoei je met je eigen zaken
Não tem importânciaDat is niet belangrijk
Não tem mel nem felHet heeft geur noch kleur
Não têm olhos para verem as coisas?Hebben jullie geen ogen in je hoofd?
Não tem sentidoHet doet er niet toe
Não tenho a certezaIk weet het niet zeker
Não ter condiçõesIn slechte omstandigheden leven/ Geen condities hebben voor
Não ter emendaHij is onverbeterlijk
Não ter espinhasGeen kunst aan zijn/ Een makkie zijn
Não ter maneirasGeen manieren hebben
Não ter mão em siZichzelf niet in de hand hebben
Não ter mãos a medirVeel te doen hebben
Não ter modosGeen manieren hebben
Não ter nada a verEr niets mee te maken hebben
Não ter onde cair mortoExtreem arm/ Straatarm
Não ter ponta por onde se lhe pegueNiks aan zijn (aan iets of iemand)/ Niet de moeite waard zijn 
Não ter preçoIs niet te betalen/ Niet te koop
Não ter tempo para se coçarGeen vrije tijd hebben
Não ter tomatesGeen ballen hebben
Não ter um tostãoGeen cent (te makken) hebben
Não ter uma ponta de esperançaGeen greintje hoop hebben
Não ter unhasNiet weten/ Niet kunnen
Não ter vagarGeen tijd hebben
Não ter voto na matériaNiet kunnen meepraten over iets/ Geen zeggenschap hebben over iets
Não ter papas na línguaGeen blad voor de mond nemen
Não tugir nem mugirZich koest houden
Não vai ser pêra doce Het zal niet makkelijk worden
Não vale nem a penaDat is boter aan de galg gesmeerd/ Het is vergeefse moeite 
Não vale um chavoGeen enkele waarde
Não valer uma pitadaGeen cent waard zijn
Não vendas a pele do urso antes de o matarVerkoop de huid niet voor de beer geschoten is
Não ver um palmo à frente do narizGeen hand voor ogen zien
Não ver vivalmoNiemand zien/ Geen kip te bekennen
Não vou, nem que chovam canivetesIk ga niet, al vergaat de wereld
Nariz ababatadoAardappelneus
Nariz afiladoLange puntneus
Nariz aquilinoHaviksneus
Nariz arrebitadoWipneus/ Een verwaand iemand
Nascer num berço de ouroIn een gouden wiegje geboren worden/ Van rijke ouders zijn
Natureza mortaStilleven
Negar a pés juntosPertinent ontkennen
Nem aquece nem arrefeceHet maakt niets uit
Nem assim nem assadoOp geen enkele manier
Nem contas com parentes nem dívidas com ausentesPas op met wie je zaken doet/ Doe geen zaken met familie
Nem mais um pio!Geen woord meer/ Mondje dicht!
Nem oito, nem oitentaNiet teveel en niet te weinig
Nem peixe nem carneVlees noch vis
Nem pensarGeen denken aan
Nem pense nissoGeen sprake van
Nem pevideHelemaal niets
Nem por sombrasGeen sprake van
Nem que sejaZelfs niet als
Nem se falaEvident/ Commentaar overbodig
Nem sempreNiet altijd
Nem sempre galinha, nem sempre sardinhaAfwisseling van spijs doet eten
Nem só de pão vive o homemEen mens leeft niet van brood alleen
Nem tanto ao mar nem tanto à terraNiet teveel en niet te weinig
Nem todas as verdades se dizemEen leugentje om bestwil is wel toegestaan
Nem todosNiet allemaal
Nem tudoNiet alles
Nem tudo o que luza é ouroHet is niet alles goud dat blinkt
Nem tudo o que vem à rede é peixeNiet alles is te gebruiken
Nem tudo que balança caiNiet alles wat wankelt, valt
Nem tudo que reluz é ouroHet is niet alles goud dat blinkt
Nem uma nem duasHij geeft geen kik
Nemhum pássaro aprende a voar dentro de uma gaiolaAls je te beschermd opgroeit leer je nooit voor jezelf opkomen, verantwoordelijkheid te nemen
Nervoso miudinhoNerveus van binnen/ Innerlijk onrustig
Nessas alturasOp zulke momenten
Neste mesmo estádioPrecies in deze fase
Nem que a vaca tussaGeen denken aan/Geen sprake van/No way!
Nem sequerNiettemin
Ninguém acredita num mentiroso mesmo que esteja falando a verdadeEen leugenaar wordt nooit geloofd, ook als hij de waarheid spreekt
Ninguém está bem com a vida que temNiemand is tevreden met het leven dat hij leidt
Ninguém foge ao seu destinoNiemand ontloopt zijn lot
Ninguém nasce ensinadoMen kan niet alles weten
Ninguém se levanta sem primeiro cairJe kunt niet opstaan zonder eerst te vallen
No aperto e no perigo se conhece o amigoIn nood leer je je vrienden kennen
No decorrer deIn de loop van
No dia de S.Martinho há fogueiras, castanhas e vinhoRijmpje over Sint Maarten
No dia de S.Martinho mata o teu porco e prova o teu vinhoRijmpje over Sint Maarten
No dia tal às tantas horasDie dag, om zo laat
No local do acidenteOp de plaats van het ongeluk
No local do crimeOp de plaats delict
No meio é que está a virtudeDe deugd in het midden
No mês que vemVolgende maand
No meu entenderNaar mijn mening
No pino do verãoIn het hartje van de zomer
No poupar é que está o ganhoOp de kleintjes letten/ Ieder dubbeltje omdraaien
No que diz respeito aVoor wat betreft
No S.João a sardi nha pinga no pãoNu is het tijd om sardientjes te eten
No sentido latoIn de ruimste zin
Noite e diaDag en nacht
Nos pequenos frascos há os grandes perfumesKlein maar fijn
Nos tempos da Maria CachuchaIn lang vervlogen tijden
Nota de rodapéVoetnoot
Notícia boa corre, notícia má voaSlecht nieuws verspreidt zich sneller dan goed nieuws
Novo (novinho) em folhaSplinternieuw
Num abrir e fechar de olhosIn een oogwenk
Num aíIn een wip, oogwenk
Num prontoSnel
Numa palavraIn één woord
Numa roda-vivaIn een heksenketel/ Het is een gekkenhuis
Numa volta de mãoIn een handomdraai
Nunca deixes o amigo velho pelo novoLaat nooit een oude vriend vallen voor een nieuwe
Nunca digas desta água não bebereiZeg nooit nooit
Nunca digas nuncaZeg nooit nooit
Nunca digas o que sabes, se não sabes o que dizesZeg nooit wat je weet als je niet weet wat je zegt
Nunca é tarde para aprenderHet is nooit te laat om te leren
Nunca faças aos autros aquilo que não gostarias que fizessem contigoWat gij niet wilt dat u geschiedt doe dat ook een ander niet
Nunca foi um bom amigo quem por pouco quebrou a amizadeEen goede vriend kan tegen een stootje
Nunca julgues pela aparênciaJe moet niet op het uiterlijk afgaan
Nunca mais é sábadoEr komt maar geen eind aan
Nunca me enfioIk trap er nooit in/ Ik doe er nooit aan mee/ Ik blijf daar verre
van
Nunca o vi mais gordoIk ken hem nergens van
Nunca ouvi falarDaar heb ik nooit van gehoord
Nutrir-se de ilusõesIllusies koesteren
ÓZeg!
O agasalhoWarme kleren
O aí JesusLievelings-
O alfaiate faz o homemKleren maken de man
O amor de mãe é cegoMoederliefde is blind
O amor é cego (e pensa que ninguém o vê)Liefde is blind
O barato sai caroGoedkoop is duurkoop
O bolo já acabouDe koek is op
O bom é bonitoIets goed doen is mooi (Verzuchting bij het verrichten van een goede
daad)
O bom não é ser importante, o importante é ser bomHet is niet goed om belangrijk te zijn, het is belangrijk om goed te zijn
O bom filho à casa se tornaEen goede zoon weet de weg naar huis
O bom ganhar faz o bom gastarWie het breed heeft, laat het breed hangen
O bom gosto não se ensinaGoede smaak valt niet te leren
O burro acredita em tudo o que lhe dizemWie alles gelooft is een ezel
O cabo dos trabalhosGroot probleem/ Een opoffering
O caixão é irmão do berçoDe doodskist is de broer van de wieg
O cão velho quando ladra dá conselhoLuister naar de oudere, hij bezit wijsheid
O caso está pretoHet ziet er niet best uit/ Het is moeilijk, gevaarlijk
O comboio está de saídaDe trein staat op het punt te vertrekken
O comer e o caçar estão (vão) no começarAls je er eenmaal aan begint, komt er geen einde aan
O crime não compensaMisdaad loont niet
O culpado mora no ladoDe schuldige woont om de hoek
Ó da casaHallo, is daar iemand thuis?
Ó da guardaPolitie! (hulproep)
O diabo atrás da portaEen ongeluk ligt op de loer
O diabo não é tão mau como pintamHet kan best meevallen
O diabo seja cego, surdo e mudoBezwering om het kwaad op een afstand te houden
O dinheiro compra pão, mas não compra gratidãoNiet alles is te betalen met geld
O direito aHet recht om
O dom da palavraDe gave van het woord
O feitiço vira-se contra o feiticeiroWie de bal kaatst kan hem terug verwachten
O fim justifica os meiosHet doel heiligt de middelen
O fruto nunca cai longe da árvoreDe appel valt niet ver van de boom
O fruto proibido é o mais saborosoVerboden vruchten zijn het lekkerst
O gato comeu a línguaHij heeft zijn tong verloren
O gato tem sete vidasEen kat heeft zeven levens
O grande trunfo da vítoria é saber esperar por elaDe grootste triomf van de overwinning is erop kunnen wachten
O hábito não faz o mongeDe kleding zegt niks over de persoon
O hoje vale por dois amanhãsVandaag is meer waard dan twee morgens
O homem põe e Deus dispõeDe mens wikt, God beschikt
O hóspede é como o peixe, depois de três dias cheira malGasten en vis blijven drie dagen fris
O inferno está cheio de boas intençõesDe weg naar de hel is geplaveid met goede voornemens
O lobo perde os dentes mas não o costumeDe vos verliest wel zijn haren maar niet zijn streken
O lume está apagadoHet vuur is uit
O mau da fitaAllerberoerdst/ Het slechtste van allemaal/ De slechterik (in de film)
O medo tolhe-se os passosDe schrik zit hem in de benen
O melhor da festa é esperar por elaVoorpret is de grootste pret
O melhor da viagem é quando se chega a casaHet beste van de reis is thuiskomen
Ó páHé zeg/ Hey man
O pão levanta e o vinho derrubaDrank maakt meer kapot dan je lief is
O pão nosso de cada diaOns dagelijks brood
O peixe que se escapa ao anzol é sempre enormeDe grote vissen ontsnappen, de kleine worden gevangen
Ó pernas para que vos queroIk ga er vandoor
O pior surdo é aquele que não quer ouvirDe ergste dove is hij die niet wil horen
O pobre é como o parafuso, vive sempre apertadoAls je arm bent leef je altijd krap
O pouco basta, o muito se gastaAls je weinig hebt is het genoeg, als je veel hebt geef je veel uit
O pouco com Deus é muito, o muito sem Deus é nadaWeinig met God is veel, veel zonder God is niets
O primeiro milho é para os pardaisEerste gewin is kattengespin
O primeiro passo é o mais difícilDe eerste stap is het moeilijkst 
O prometido é devidoBelofte maakt schuld
O que cair na rede é peixeAlles (wat je krijgt) is meegenomen
O que deseja?Kan ik u helpen? (in de winkel en zo)
O que é barato sai caroGoedkoop is duurkoop
O que é bom acaba depressaGezelligheid kent geen tijd
O que é bom para a colmeia é bom para a abelhaWat goed genoeg is voor de een is ook goed voor de ander
O que é bom, dura poucoLekker is maar een vinger lang
O que é de gosto regala a vidaAls je iets doet met plezier geniet je van het leven
O que é doce nunca amargouAlles wat zoet is, is lekker
O que é moda não incomodaWie mooi wil zijn moet pijn lijden
O que é nosso vem parar-nos à mãoWat ons toekomt, komt naar ons toe
O que ele diz não se escreveNiet veel waarde hechten aan wat iemand zegt/Weten wie het zegt
O que foi duro de sofrer é doce de recordarVerlangen naar vroeger/ Zelfs slechte herinneringen zijn zoet
O que foi?Wat is er?
O que há de fazer?Wat kan ik eraan doen?
O que ia dizer?Wat wilde u zeggen?
O que lá vai, lá vaiWat geweest is, is geweest
O que mão direita faz, a esquerda não deve saberDe linkerhand weet niet wat de rechter doet
O que não mata, engordaDaar ga je heus niet dood van/ Vieze varkens worden niet vet
O que os olhos não vêem, o coração não senteUit het oog, uit het hart
O que quer que sejaWat dan ook
O que tem o cu com as calças?Wat heeft dat er nou mee te maken
O que vai, tambem voltaWat heengaat komt ook terug
O que vem à rede é peixeAlles is meegenomen
O resto é músicaDe rest is niet belangrijk/ De rest doet er niet toe
O resto é paisagemDe rest is niet belangrijk/ De rest doet er niet toe
O resto são cantigasDe rest is niet belangrijk/ De rest doet er niet toe
O saber não ocupa lugarKennis is belangrijk (kun je niet teveel hebben, het neemt geen plaats in)
O segredo é a alma do negócioOver zaken moet je niet praten
O segredo melhor guardado é o que ninguém é relevadoEen geheim bewaar je alleen door het niemand te vertellen
O seguro morreu de velhoPas op/ Kijk uit/ Wees op je hoede/ Gevaar zit in een klein hoekje
O seguro morreu de velho e a prudência foi ao funeralDe veiligheid stierf oud en de voorzichtigheid was op zijn begrafenis …
O seu a seu donoWat van jou is, is van jou
O silêncio é de ouroStilte is goud waard
O sol quando nasce é para todosDe zon is van iedereen
O tempo a tudo dá remédioDe tijd heelt alle wonden
O tempo é o melhor amigo do homemKomt tijd, komt raad
O tempo passa a correrDe tijd vliegt
O trabalho enriquece e a preguiça empobreceWerk maakt rijk, luiheid maakt arm
O trabalho não mata ninguémVan werken ga je niet dood
O travesseiro é bom conselheiroSlaap er nog een nachtje over
O último que vier come do que trouxerDe laatste die komt, eet wat de pot schaft
Obra apressada, obra estragadaHaastige spoed is zelden goed
Obras de Santa EngráciaEen eindeloze situatie, het werk komt nooit af
Obrigado euDe dank is aan mij
Oferecer o seu préstimoZijn diensten aanbieden
Ofereceram-meIk heb het gekregen
Oitava maravilhaAchtste wereldwonder
Olha como tu estásWat zie jij eruit (negatief)
Olha quem falaMoet je horen wie het zegt
Olhar com bons olhosErgens positief naar kijken
Olhar de ladoWantrouwen
Olho da ruaBuiten gezet zijn
Olho do amo engorda o cavaloHet oog van de meester maakt het paard vet
Olho por olho, dente por denteOog om oog, tand om tand
Olhos afogados em lágrimasOgen vol tranen
Olhos de carneiro mal mortoFutloos kijken/ Soepogen
Onde canta galo não canta galinhaDe man is de baas
Onde é que eles foram descobrir isto?Hoe zijn zij hier achter gekomen?
Onde é que ela se meteuWat heeft hij gedaan, uitgespookt
Onde é que tens a cabeça?Waar zit je met je gedachten?
Onde há fumaço há fogoWaar rook is, is vuur
Onde há fumo há fogoWaar rook is, is vuur
Onde Judas perdeu as botasAfgelegen plek/ The middle of nowhere/ Met krantenpapier dichtgeplakt
Onde mija um português, mijam logo dois ou trêsAls er een schaap over de dam
is volgen er meer
Onde todos ajudam nada custaVele handen maken licht werk
Ora gaitaUitdrukking van niet mee eens zijn
Ora, bolas!Uitdrukking van verbazing, schrik, ergernis
Ora, já viuZie je wel
Ora, vivaHoi/ Hallo/ Vrolijke groet
Orelhas de burroStraf op school: met ezelsoren op in de hoek staan
Os anjos não têm costasTegen iemand die met zijn rug naar je toe staat
Os bons conselhos são geralmente amargosGoede raad is duur
Os comesHet eten
Os extremos tocam-seUitersten trekken elkaar aan
Os homens conhecem-se pelos palavras, os burros pelos coicesElk vogeltje zingt zoals het gebekt is
Os olhos arrasaram-se de lágrimasDe tranen stonden hem in de ogen
Os olhos fizeram-se para ver e não para dormirKijk uit je doppen? Heb je soep in je ogen?
Os olhos pedem mais do que a barriga aguentaZijn ogen zijn groter dan zijn maag
Os olhos são maiores que o estômagoZijn ogen zijn groter dan zijn maag
Os olhos são os espelhos da almaDe ogen zijn de spiegel van de ziel
Os sábios não dizem o que sabem e os tolos não sabem o que dizemDe wijze zegt niet wat hij weet, de domme weet niet wat hij zegt
Os meus pêsamesGecondoleerd
Os meus sentimentosGecondoleerd
Os últimos serão os primeirosDe eersten zullen de laatsten zijn
Osso difícil de roerGroot probleem/ Moeilijke taak, opdracht
Osso duro de roerGroot probleem/ Moeilijke taak, opdracht
Ossos do ofícioHoort bij je werk/ Onprettige beroepsconsequenties
Ou há moralidade ou comem todosZonder moraal krijgt iedereen problemen
Ou vão ou rachaDoe iets!
Outra bandaDe andere oever (van de rivier)
Outra vez, InêsZegt men tegen iemand die doordramt over iets
Ouvir das boasNaar kritiek luisteren/ Een berisping ondergaan
Ouvir sermão e missa cantadaEen uitbrander krijgen/ Een standje krijgen
Ovelha ranhosaHet zwarte schaap
Ovo de ColomboHet ei van Columbus
Ovos molesEen gebakje, dessert met veel ei erin
OxaláIk hoop het/ Hopelijk
Para mim é chinêsIk begrijp er niets van
Paciência de santoEngelengeduld
Paga o justo pelo pecadorEen zondebok zijn
Pagar as favasVals beschuldigd worden/zijn 
Pagar na mesma moedaMet gelijke munt betalen
Pagar por alguma coisaErgens voor moeten boeten
Pagar uma promessaEen belofte nakomen/ Zijn belofte houden
Paixão assolapadaSmoorverliefd
Paixão, febre e tosse, ninguém escondeVerliefdheid, hoest en koorts kun je niet verbergen
Palavra de honraErewoord
Palavra de rei não volta atrásHet woord van de koning blijft
Palavra fora de boca é palavra fora da mãoEens gezegd blijft gezegd
Palavra por palavra, tim por timWoord voor woord
Palavra puxa palavraHet ene woord lokt het andere uit
Palavras carasMoeilijke woorden (gebruiken)/ Dure woorden
Palavras ocas, orelhas moucasNaar nietszeggende woorden luistert geen mens
Palavras, leva-as o ventoWoorden verwaaien met de wind
Pancadinhas de amorEen stoeipartij
Pano para mangasVeel mogelijkheden/ Een lang verhaal/ Een groot project
Pão, pão, queijo, queijoEenvoudig/ Direct
Pãozinho sem salEen zouteloos iemand
Papa-hóstiasIemand die dagelijks ter communie gaat
Papar moscasLuisteren met open mond
Para a frente é que se andaVooruit! Doorgaan!
Para a fome não há pão duroHonger maakt rauwe bonen zoet
Para baixo todo santo ajuda, para cima toda coisa mudaAfdalen is gemakkelijker dan opklimmen
Para bom entendor meia palavra bastaDe goede verstaander heeft slechts een half woord nodig
Para bom mestre não há má ferramentaGoed gereedschap is het halve werk/ Een vakman levert goed werk
Para cá e para láHeen en weer
Para dizer a verdadeEerlijk gezegd
Para grandes males, grandes remédiosEr is altijd een oplossing, hoe groot het probleem ook is
Para inglês verIets waardeloos dat er van buiten goed uitziet/ Een façade
Para longe vá o agoiroMoge het ongeluk verre van je blijven
Para mentir precisa-se de boa memóriaEen goede leugenaar moet een goed geheugen hebben 
Para morrer basta estar vivoOm dood te gaan hoef je alleen maar te leven
Para muito sono toda a cama é boaAls je niet veel hebt is ieder beetje goed
Para o bonecoVoor niets
Para o que der e vierOp alles voorbereid
Para os devidos efeitosOm hierin te voorzien/ Waar zulks nodig is
Para pão duro, dente agudoJe moet goede tanden hebben om oud brood te kunnen eten
Para pergunta apressada, resposta demoradaHoe sneller de vraag hoe trager het antwoord
Para quem Deus não dá filhos, o diabo dá sobrinhosAls je niet kiest voor eigen kinderen krijg je die van je broers en zussen gratis 
Para quem é, bacalhau bastaHij verdient niet beter/ Hij heeft niet meer nodig
Para sempreVoorgoed
Para trás das costasAchter de rug (willen vergeten)
Para uma casa de famíliaVoor een weeshuis
Parar é morrerStilstaan is doodgaan/ Stilstand is achteruitgang
Parece que viste loboJe ziet eruit of je een geest hebt gezien
Parecer que viu bichoEruit zien als een geest/ Lijkbleek zien
Partir do zeroBeginnen bij nul/ Zonder iets beginnen
Partir o coraçãoIemands hart breken
Passar a batata quenteHet probleem afschuiven
Passar a históriaAchter zich laten/ Vergeten (in de zin van laat maar)
Passar a limpoIn het net schrijven
Passar a noite em brancoNiet kunnen slapen
Passar a noite em claroNiet kunnen slapen
Passar a pente finoUitkammen
Passar a vida aHeel vaak doen
Passar ao ladoAan iemand voorbij gaan
Passar as passas (passinhas) do AlgarveZwaar lijden/ Veel moeite doen/ Een moeilijke tijd doorstaan/ Moeilijkheden doorstaan
Passar da cavalo para burroAfdalen in de hiërarchie/ Degraderen
Passar das marcasTe ver gaan/ De perken te buiten gaan/ Zijn boekje te buiten gaan 
Passar dos limitesMisbruik maken/ De grenzen niet in acht nemen /Over
de schreef gaan
Passar das marcasMisbruik maken/ De grenzen niet in acht nemen
/Over de schreef gaan
Passar gato por lebreKnollen voor citroenen verkopen/ Iemand iets op de mouw spelden/ Iemand iets wijsmaken
Passar os olhos emVluchtig bekijken/ Vluchtig opnemen
Passar pelas armasExecuteren
Passar pelas brasasEen dutje doen/ Een uiltje knappen
Passar(-se) porDoorgaan voor
Passar por altoNiet opmerken/ Vergeten
Passar por duras provasHet hard te verduren hebben
Passar-seBuiten controle raken
Passar todas as medidasDe perken te buiten gaan
Passar um mau bocadoEen rottijd doormaken
Passar (chegar) a vias de factoTot handtastelijkheden overgaan
Passarinhos e pardais, não são todos iguaisHet zijn vogels van verschillend pluimage
Passem bem e gastem poucoGrappige afscheidswoorden onder vrienden
Passo de caracolSlakkengang
Passo-a-passoStap voor stap/ Voetje voor voetje
Passos perdidosVergeefse stappen
Passou bem?Hoe maakt u het?
Patrão fora, dia santo na lojaAls de kat van huis dansen de muizen op tafel
Patrão máximoBaas boven baas
Pau de cabeleiraChaperone
Pau de dois bicosIemand die met alle winden meewaait
Pau de vassouraEen spriet/ Magere lat 
Pau de virar tripasEen mager iemand
Pau mandadoDoet alles wat je hem opdraagt
Pau que nasce torto nunca se endireitaEen slechte start haal je niet meer in 
Pé ante péVoorzichtig/ Voetje voor voetje
Pecado confessado está meio perdoadoEen zonde die bekend wordt is al half vergeven/
Beter ten halve gekeerd dan ten hele gedwaald
Peço desculpaHet spijt me/ Pardon/ Sorry
Pé-de-chumboIemand die langzaam en zwaar loopt? Iemand die niet kan dansen/
Een houten klaas
Pé-de-dançaEen beetje dansen
Pé-de-ventoWanorde/ Ruzie 
Pedir licença a um pé para mexer o outroLui en traag lopen, zijn
Pegar ou largarTake it or leave it/ Aan jou de keus/ Het is aan jou
Peg ar ao serviçoBeginnen te werken (op een dag)
Peixe não puxa carroçaVis eten geeft je niet genoeg energie (wordt gezegd door vleeseters)
Peixinhos da hortaGerecht: gefrituurde snijbonen
Pela boca morre o peixeWaar het hart vol van is loopt de mond van over
Pela certaVast en zeker
Pela ignorância nós erramos, e pelos erros nós aprendemosUit onwetendheid maken we fouten en van onze fouten leren we
Pela palha se conhece a espigaMen kent de inhoud door de buitenkant te zien
Pela parte que me tocaVoor het deel dat mij aangaat
Pela primeira vezVoor het eerst
Pelas suas própias palavrasVolgens eigen zeggen
Pelas trazeirasAchterom
Pele e ossoVel over been
Pelo amor de deusOm godswil
Pelo andar da carruagemDoor de loop der dingen
Pelo canto se conhece a aveElk vogeltje zingt zoals het gebekt is
Pelo contrárioIntegendeel
Pelo preço da chuvaSpotgoedkoop
Pelo preço da uva mijonaSpotgoedkoop
Pelo que me lembroVoor zover ik me kan herinneren
Pelos bonitos olhosDoor zijn mooie ogen
Pelos cabelosAan het eind van zijn latijn
Pelos vistosZo te zien
Pendurar as botasMet pensioen gaan
Pensar altoHardop in zichzelf praten
Pensar duas vezesTwee keer nadenken
Pense nissoDenk eraan
Pense rápido, fale devagarDenk snel maar praat langzaam
Pensem o que pensaremWat ze ook denken
Perante um públicoMet publiek
Pequenos riachos formam grandes riosElke dag een draadje is
een hemdsmouw in het jaar/ Alle beetjes helpen/ Vele
kleintjes maken een grote
Perder a cabeçaZijn verstand
verliezen
Perder a conta aOntelbare
Perder a vidaHet leven verliezen
Perder as estribeirasGeen controle meer hebben
Perder o anoZakken/ Blijven zitten (op school)
Perder o fio à meadaDe draad kwijtraken
Perder o juízoZijn gezonde verstand verliezen
Perder o norteGedesoriënteerd zijn/ Door de bomen het bos niet meer zien
Perder o pio à meadaDe draad kwijtraken
Perder o seu latimAan het eind van zijn latijn zijn
Perder o terrenoTerrein verliezen
Perder o tinoDe kluts kwijtraken
Perder os sentidosBuiten westen raken/ Flauw vallen
Perder péGeen vaste grond meer onder de voet hebben
Perder-seVerdwalen
Perder-se de amoresVerliefd worden
Perder-se por saiasEen rokkenjager (die vrouwen geen goed doet)
Perder tempoTijd verspillen
Perder uma batalha não é perder uma guerraEen slag verliezen is nog geen oorlog verliezen
Perdoai e sereis perdoadosVergeeft en gij zult vergeven worden
Perfazer um anoEen jaar volmaken 
Pergunta e saberásVraagt en gij zult weten
Perguntar não ofendeVragen staat vrij
Pernas para que vos queroVluchten/ De benen nemen/ De plaat poetsen
Pernas de caniveteDunne benen/ Spillebenen
Pernas para andarDoorgaan
Pérola aos porcosParels voor de zwijnen
Pés de lãVoorzichtig zijn/ Zachtjes lopen
Pés no arVoeten omhoog
Pesa-me a sua presençaUw aanwezigheid is mij tot last
Pesar os prós e os contrasVoor- en nadelen berekenen
Peso e medida governam a vidaDoor goede keuzes te maken heb je een evenwichtig leven
Peso mortoDood gewicht
Petisco(Lekker) hapje/ Tapa
Pilha de nervosZenuwpees
Pintar a mantaOndeugende dingen doen/ Lawaai maken/ Kattekwaad
uithalen?
Pintar o seteOndeugende dingen doen/ Lawaai maken/ Kattekwaad uithalen?
Pior cego é aquele que não quer verIemand die ziende blind is
Pisar a tábuaPlankgas geven
Pé na tábuaPlankgas geven
Pisar ovosLangzaam lopen
Pisar os calosIemand beledigen/ Te ver gaan
Pisca-piscaKnipperlicht
Piscar o olhoKnipogen
Pitéu(Lekker) hapje
PitoscaSlechtziend(e)
PitosgaSlechtziend(e)
Plantar uma figueiraVallen (gekscherend bedoeld als iemand valt)
Pobre diaboIemand die geen vlieg kwaad doet
Pobre mortalEen arme sterveling
Pobreza franciscanaExtreme armoede
Poço sem fundoEen bodemloze put
Podes cá vir terKun je naar mij toekomen
Podes contar comigoJe kunt op me rekenen
Podes estar descansadoMaak je geen zorgen
Podes ficar com istoJij mag dit houden
Podia fazer-me um favorZou u iets voor me kunnen doen/ Zou u me een
plezier kunnen doen
Pôdre de ricoSteenrijke
Põe-te a andarKom op, lopen
Pois claro!Natuurlijk!
Pois entãoIn dat geval/ Nou, dan
Pois nãoInderdaad niet
Ponta abaixo, ponta acimaSlecht, slordig gekleed iemand
Pontapé de saídaIets starten
Ponto de partidaOorsprong
Ponto por pontoPunt voor punt
Por agoraVoorlopig
Por água na fervuraVerzoenen/ Paaien/ Tevreden proberen te stellen
Por altoOppervlakkig
Por aquiHier in de buurt
Por assim dizerZogezegd
Por atacadoIn één keer/ In het groot
Por baixo da mesaIn het verborgene/ Zwart geld
Por coisa nenhumaOm geen enkele reden
Por dá cá aquela palhaOm futiele redenen
Por distinçãoDoor verdienste
Por esse andarOp die manier
Por excelênciaBij uitstek
Por falar nissoNu we het er toch over hebben
Por falta de uma pedra não o cai o muroDoor een klein foutje hoeft niets alles te mislukken
Por graçaVoor de grap
Por mão de mestrePerfect/ Door meesterhand
Por mimWat mij betreft
Por minha parteWat mij betreft
Por miúdoIn detail 
Por montes e valesIn alle richtingen
Por motivo de saúdeOm gezondheidsredenen
Por nósAls het aan ons ligt, lag
Por obra e graça deDoor interventie van/ Door actie van
Por onde tem andado?< /td>Waar bent u geweest de laatste tijd?
Por onde vás, assim como vires assim farásPas je aan waar je ook heen gaat
Por outros termosIn andere bewoordingen/ Met andere woorden
Por partesStuk voor stuk
Por portas e travessasVia ondoorgrondelijke wegen
Por poucoOp het nippertje
Por remate emDe laatste hand leggen aan
Por seu turnoOm de beurt
Por sua conta e riscoVoor uw eigen risico
Por toda a parteOveral
Por todos os aspectosVan alle kanten bekeken/ Hoe men het ook bekijkt
Por um nadaOm een kleinigheidje
Por um trizOp het nippertje
Pôr a escrita em diaAdministratie doen/ Een brief schrijven
Pôr a boca no mundoMoord en brand schreeuwen/Zijn longen uit zijn lijf schreeuwen
Pôr a limpoVerhelderen
Pôr a mão em (alguma coisa)Ergens aan (zien te) komen
Pôr a nuOnthullen
Pôr a pata na poçaBrokken maken/ Een stommiteit uithalen
Pôr alguém à provaKijken wat voor vlees je in de kuip hebt
Pôr a salvoRedden
Pôr a um cantoVerwerpen/ Afdanken/ Aan de kant schuiven
Pôr à vistaZichtbaar maken
Pôr ao correnteVerduidelijken/ Informeren
Pôr as cartas na mesaKaarten op tafel
Pôr as mãos no fogoZijn hand in het vuur steken
Pôr casaEen huishouden beginnen
Pôr de bandaAfstand nemen/ Opzij gaan/ Aan de kant schuiven
Pôr em acçãoIn werking stellen
Pôr em dia qualquer coisaIets op orde brengen
Pôr em marchaIn werking stellen
Pôr em pratos limposUitleggen/ Duidelijk maken
Pôr em riscoIn gevaar brengen
Pôr mãos à obraAan de slag gaan
Pôr na canecaInschenken
Pôr no olho da ruaBuiten zetten/ Ontslaan
Pôr o carro adiante dos boisHet paard achter de wagen spannen
Pôr o dedo na chagaDe vinger op de zere (wonde) plek leggen
Pôr o dedo na feridaDe vinger op de wonde (wonde) plek leggen
Por o pé em ramo verdeBuiten de gebaande wegen treden
Por o pé em terraVoet aan wal zetten
Pôr o preto no brancoZwart op wit
Pôr os escritosTe huur zetten
Pôr os pontos nos iiDe puntjes op de i zetten
Pôr pulga atrás da orelhaZich achter de oren krabben
Pôr-se a andarEr vandoor gaan
Pôr-se a cavarVluchten
Pôr-se ao frescoOphoepelen/ Ontsnappen/ Weggaan
Pôr-se ao largoZich afzijdig houden/ Uit de buurt blijven
Pôr-se (estar) a pauOpletten/ Op zijn hoede zijn
Pôr-se em campoZich op de strijd voorbereiden
Pôr-se em diaBijhouden
Pôr-se em pratos limposSchoon schip maken
Pôr-se na alhetaZijn hielen lichten
Pôr tudo preto no brancoZwart op wit zetten
Porta à portaHuis aan huis
Porta do cavaloZijdeurtje
Porta sim, porta nãoOm de andere deur
PortugaScheldwoord van Brazilianen voor Portugezen
Pós de perlimpimpimHocus pocus
Pouca coisa conheçoIk weet niet veel
Pouco se aprende com a vitória, mas muito com a derrotaVan een overwinning leer je weinig, van een nederlaag leer je veel
Poupa o teu vintém e um dia serás alguémSpaar en op een dag zul je rijk zijn
Prata da casaEigen aan het huis
Prática o bem sem olhar a quemDoe goed aan onverschillig wie
Prato de diaDagschotel
Pregar no desertoTegen de muur praten/ Tegen dovemansoren zeggen
Pregar uma partidaEen poets bakken
Pregar uma peçaEen poets bakken
Pregar uma petaVoor de gek houden
Preto como o diaboPikzwart
Preto da casa africanaZwaar beladen iemand (met pakjes)/ Bepakt en
bezakt/ Gepakt en gezakt
Primeiro a obrigação, depois a devoçãoEerst werken, dan ontspannen
Prisão de ventreConstipatie
Procura e ofertaVraag en aanbod
Promessa é dívidaBelofte maakt schuld
Prometer (dizer) mundos e fundosGouden bergen beloven
Pronto-a-vestirKledingwinkel
Prova eliminatóriaVoorronde
PsiuPsst
Pular de contenteHuppelen van vreugde/ Zo blij zijn als een kind 
PumbaBoem (als iets valt)
Puro sanguePur sang
Puxar a brasa para a sua sardinhaAlles naar zich toe halen
Puxar a brasa para a sua sardinhaPreken voor eigen parochie
Puxar as orelhasEen draai om de oren geven/ De oren wassen
Puxar as rédeasTot de orde roepen
Puxar conversaIets los zien te peuteren (gesprek)
Puxar os cordões à bolsaMoeten betalen
Puxar pela cabeçaZich het hoofd breken
Puxar pela línguaUithoren
Puxar pelo cabedalZich inspannen op het werk
Puxe (a) cadeira e sente-se no chãoZoek maar een plekje om te zitten (grapje)
Quem come ferro, com ferro será ferido. Tekening Henrique Schijns
Qual carapuça!Ongelooflijk!/ Niet te geloven!
Qual é o número?Welke maat?/ Welk nummer?
Qualquer construção começa no chãoElk gebouw begint op de grond
Qualquer diaOp een dag
Quando a barriga está cheia, toda a fruta tem bichoMet een volle maag heb je nergens meer trek in
Quando a cabeça não ajuda, o corpo é que pagaAls je domme dingen doet, krijg je later spijt
Quando abre a boca, ou sai asneira ou entra moscaAls u uw mond opendoet kraamt u alleen onzin uit
Quando as comadres ze zangam, dizem-se as verdadesKinderen en gekken (dronkelui) zeggen de waarheid
Quando as galinhas tiverem dentesMet sint Juttemis/ Als kerstmis en pasen op één dag vallen
Quando dois brigam, um terceiro tira proveitoTwee honden vechten om een been, de derde loopt er ras mee heen
Quando há fome não há mau pãoHonger maakt rauwe bonen zoet
Quando mais depressa mais devagarHardlopers zijn doodlopers/ Haastige spoed is zelden goed
Quando mais se tem, mais se querHoe meer je hebt, hoe meer je wilt
Quando menos esperaWanneer je het het minst verwacht
Quando não sabemos aonde vamos, são todos os caminhos bonsAls we geen doel hebben maakt het niet uit welke weg we bewandelen
Quando o dançarino não sabe dançar, diz que a sala é tortaDe schuld bij een ander zoeken, leggen
Quando o dinheiro fala, tudo calaGeld is macht
Quando o gato sai, os ratos fazem a festaAls de kat van huis is, dansen de muizen op tafel
Quando o rei faz anosHeel zelden
Quando um burro fala, zurra, o outro baixa as orelhasAls iemand praat, moet de ander zijn mond houden
Quando um diz mata, o outro diz esfolaIk weet niet wie van de twee het ergste is
Quando uma porta se fecha, outra se abreAls een deur dicht gaat, openen zich andere
Quantas cabeças, tantas sentençasZoveel hoofden, zoveel zinnen
Quanto antesZo spoedig mogelijk
Quanto ao que seiVoor zover ik weet
Quanto falta?Over hoelang/ Hoe ver nog?
Quanto maior é o passo, maior é o tomboHoe hoger je springt hoe dieper je kunt vallen
Quanto mais depressa mais devagarHaastige spoed is zelden goed
Quanto mais melhorHoe meer, hoe liever
Quanto mais juras, mais mentirasHoe meer beloftes, hoe meer leugens
Quanto mais se vive, mais se aprendeHoe langer je leeft, hoe meer je leert
Quanto mais te agachas, mais te põem o pé em cimaHoe onderdaniger je bent, hoe meer misbruik er van je wordt gemaakt
Quanto mais depressa possívelZo spoedig mogelijk
Quanto mede?Hoe lang bent u, is hij?
Quanto tempoHoe lang
Quantos são hoje?De hoeveelste is het vandaag?
Quatro olhos vêem mais que doisVier ogen zien meer dan twee
Que a mão direita não saiba da esmola que a esquerda deuDe rechterhand weet niet wat de linker doet
Que bicho lhe mordeuWat is er met hem aan de hand?/ Wat heeft hij?
Que coisa incrível!Ongelooflijk!
Que coisa mais ridícula!Wat belachelijk
Que coisaHet is me wat
Que data é hoje?De hoeveelste is het vandaag?
Que dia é hoje?Wat is het vandaag?
Que disparateWat een onzin
Que é feito deWat is er geworden van
Que horas são?Hoe laat is het?
Que lata!Jij durft!
Que lhes faça bom proveito à barriga e ao peitoGrappig rijmpje om tegen kinderen ‘smakelijk eten’ te zeggen
Que lindo par de jarras!Wat een komisch duo
Que mais havia de ser?Wat wil je nog meer?/ Anders nog iets?
Que mal é que tem?Dat kan toch geen kwaad?
Que nem canjaFluitje van een cent
Que nem ginjasJa zeker
Que disparateWat een onzin
Que tal se…Wat als…
Quebra cabeçasHoofdbrekens
Quebrar as regrasDe regels breken
Quebrar o geloHet ijs breken
Queda paraEen zwak voor
Queima das fitasAfsluiting van het academisch jaar (van studenten)
Queimar o sangueZijn bloed kookt
Queimar os últimos cartuchosZijn kruit verschieten
Quem a raposa quer enganar, muito tem que madrugarWie de vos wil bedriegen moet vroeg opstaan
Quem a si próprio elogia, não merece créditoWie met zichzelf te koop loopt, krijgt geen respect
Quem acha, guardaHet is voor de eerlijke vinder
Quem ama a rosa, suporta os espinhosWie van de roos houdt, verdraagt de doornen
Quem ama o feio, bonito lhe pareceLiefde maakt blind
Quem anda à chuva molha-seAls je onnodige risico’s neemt moet je ervoor boeten, bloeden
Quem avisa, amigo éEen gewaarschuwd mens telt voor twee
Quem bem começa bem acabaEen goed begin is het halve werk
Quem bem nada, não se afogaWie goed kan zwemmen verdrinkt niet
Quem boa cama faz nela se deitaJe bent verantwoordelijk voor je daden
Quem brinca com fogo, queima-seWie met vuur speelt, brandt zich
Quem cabritos não vende e cabras não tem, de algum lado lhe vemZegt men van iemand die onverklaarbaar plotseling veel geld te besteden heeft
Quem caça achaWie zoekt zal vinden
Quem cala consenteWie zwijgt stemt toe
Quem canta (seu mal(es) espantaAls je zingt, vergeet je je verdriet
Quem casa quer casaAls je wilt trouwen moet je een huis hebben
Quem castiga um, avisa cemEen gewaarschuwd mens telt voor twee
Quem colhe rosas deve suportar os espinhosGeen rozen zonder doornen
Quem come a correr, do estômago vem a sofrer
Quem come ferro, com ferro será ferido
Niet teveel, te snel eten anders krijg je last van je maag

Wie met pek omgaat wordt ermee besmet
Quem conta com o ovo na galinha, morre de fomeAls je rekent op iets wat je niet hebt, krijg je vaak niets
Quem corre por gosto não cansaEigen schuld, dikke bult
Quem dá aos pobres, empresta a DeusWat je aan de armen geeft, leen je aan God
Quem dá bom exemplo, dá bom conselhoEen goed voorbeeld doet goed volgen
Quem dá e torna a tirar, ao inferno vai pararEens gegeven blijft gegeven
Quem dá o pão, dá a educaçãoWie voedt, voedt op
Quem é amigo de todos não o é de ninguémHij is een allemansvriend
Quem é do mar, não enjoaEen zeeman wordt niet zeeziek
Quem é que está a seguir?Volgende patiënt
Quem espera sempre alcançaGeduld is een schone zaak
Quem espera, desesperaJe wordt wanhopig als je te lang moet wachten
Quem está no convento é que sabe o que lhe vai dentroAlleen jij weet wat er aan de hand is
Quem fala a verdade, não merece castigoWie de waarheid vertelt, verdient geen straf
Quem fala assim não é gagoJe kunt het mooi zeggen
Quem fala o que quer, ouve o que não querWie teveel praat, krijgt dit op zijn brood
Quem faz o mal, espere outro talWie kwaad doet, kwaad ontmoet
Quem faz o que pode e dá o que tem, a mais não é obrigadoWie doet wat hij kan en geeft wat hij heeft, hoeft niet meer te doen
Quem faz um cesto faz um centoEen gemaakt, honderd gemaakt
Quem faz uma vez, faz duas, faz trêsWordt gezegd van iemand die vreemd gaat of niet eerlijk zaken doet
Quem foi ao mar, perdeu o lugarOpgestaan is plaats vergaan
Quem gasta mais do que tem, a pedir vemWie alles opmaakt, raakt aan de bedelstaf
Quem mais jura mais menteIemand die van alles belooft, is niet te vertrouwen
Quem mais perto está do fogo, mais se aqueceHoe dichter bij het vuur, hoe warmer je het hebt
Quem mais sabe mais aprendeHoe meer je weet, hoe minder je weet
Quem mais tem mais querHoe meer men heeft, hoe meer men wil
Quem mal faz, por mal espereAls je slechte dingen doet, zal het slecht met je aflopen
Quem me avisa meu amigo éEen gewaarschuwd mens telt voor twee
Quem me deraKon ik maar/ Was het me maar vergund
Quem muito abarca, pouco abraçaWie veel wil, krijgt weinig
Quem muito ama, muito sofreHoe meer je van iemand houdt, hoe meer je lijdt
Quem muito bebe, tarde ou nunca paga o que deveWie veel drinkt betaalt zelden of nooit zijn schulden/ vertrouw nooit een dronkaard
Quem muito corre, depressa cansaHaastige spoed is zelden goed
Quem muito dorme, pouco aprendeAls je teveel slaapt, leer je weinig
Quem muito escolhe pouco acertaAls je te kieskeurig bent, bereik je niet je doel of tref je niet de juiste persoon
Quem muito espera desesperaWie lang moet wachten wordt ongeduldig
Quem muito fala pior ouveWie teveel praat luistert slecht
Quem muito fala pouco acertaPraatjes vullen geen gaatjes
Quem muito promete, pouco cumpreWie veel belooft maakt weinig waar
Quem muito quer, tudo perdeWie teveel wil, verliest alles
Quem não arrisca, não petiscaWie niet waagt die niet wint
Quem não conta, não erraWaar gewerkt wordt worden fouten gemaakt
Quem não é visto não é lembradoUit het oog, uit het hart
Quem não entra na água, não se afogaAls je geen risico’s neemt, bereik je niets
Quem não gosta, não comeJe moet eten wat de pot schaft
Quem não pede não ouve DeusWie niet waagt, die niet wint/ Vragen staat vrij
Quem não sabe fazer, não sabe mandarWie iets niet kan maken kan ook geen uitleg, opdracht geven
Quem não se aventurou, não perdeu nem ganhouWie niet waagt die niet wint
Quem não tem cão caça com gatoRoeien met de riemen die je hebt
Quem não semeia, não colheWie niet zaait zal niet oogsten
Quem não tem dinheiro não tem víciosGeen geld, geen gebrek
Quem não tem panos não arma tendasZonder doek kun je geen tent bouwen
Quem não tem que fazer, faz colheresIemand die niets te doen heeft, verbeuzelt zijn tijd
Quem tem unhas toca guitarraAls je iets kunt, lukt het ook
Quem não tem vergonha, todo o mundo seuDe brutalen hebben de halve wereld
Quem não trabalha não comeWie niet werkt, zal niet eten
Quem não trabuca não manducaWie niet werkt, zal niet eten
Quem nasceu para burro nunca chega a cavaloWie voor een dubbeltje geboren is wordt nooit een kwartje
Quem o viu e quem o vêIk herkende je
niet!
Quem paga adiantado é mal servidoJe kunt beter niet vooruit betalen
Quem paga é o OliveiroIk moet betalen
Quem parte velho paga novoWie iets kapot maakt moet betalen
Quem passa o tempo a falar não terá tempo para pensarWie de hele tijd praat heeft geen tijd om na te denken
Quem pergunta quer saberWie vraagt wil weten
Quem planta colheWie zaait zal oogsten
Quem pode manda e quem não pode fazWie iets kan geeft orders wie het niet kan voert de orders uit
Quem pouco sabe, pouco temeWat niet weet dat niet deert
Quem primeiro vai à fonte, primeiro enche o cântaro Wie het eerst komt, het eerst maalt
Quem procura sempre acha, se não um prego, uma tachaZoekt en gij zult vinden
Quem procura, sempre encontraZoekt en gij zult vinden
Quem promete, deveBelofte maakt schuld
Quem queimou a língua nunca mais se esqueceWie een keer zijn mond verbrandt zal voortaal eerst blazen
Quem quer a bolota, trepaJe moet er moeite voor doen
Quem quer os fins, quer os meiosHet doel heiligt de middelen
Quem quiser pescar, terá que se molharDat is het risico van het vak
Quem quiser um bom conselho, que consulte o travesseiroSlaap er eens een nachtje over
Quem ri por último, ri melhorWie het laatst lacht, lacht het best
Quem sabe cria, quem não sabe copiaWie het kan creëert iets, wie het niet kan kopieert
Quem sabe e podeDie het weten kan
Quem sabe faz, quem não sabe ensinaJe hebt doeners en denkers
Quem sabe sorrir, sabe viverMet een glimlach krijg je veel gedaan
Quem sabe, sabe!Bewondering voor wat iemand weet
Quem sabe, sabe, quem não sabe aprendeWat je niet weet/kunt, kun je leren
Quem se faz de cordeiro será comido pelo loboDe sterken eten de zwakken op
Quem se faz temer, não se faz amarWie zich gevreesd maakt, zal niet geliefd worden
Quem semeia vento, colhe tempestadeWie wind zaait zal storm oogsten
Quem tarde vier, come do que trouxerWie te laat komt eet wat de pot schaft
Quem te deu issoVan wie heb je dat (gekregen)?
Quem tem a informação, tem o poder na mãoKennis is macht
Quem tem amigos não morre na cadeiaHet is goed om vrienden te hebben
Quem tem amores não dormeWie verliefd is komt slaap tekort
Quem tem boca vai a RomaWie slim is komt er wel
Quem tem cem filhos tem cadilhosKinderen zijn hinderen
Quem tem cu tem medoIedereen kent angsten
Quem tem dinheiro não lhe falta companheiroWie geld heeft vindt altijd een partner
Quem tem fome, não olha ao que comeHonger maakt rauw e bonen zoet
Quem tem fome, tudo comeHonger maakt rauwe bonen zoet
Quem tem medo compra um cãoWie bang is moet een hond kopen/ Je hoeft niet bang te zijn 
Quem tem pressa come cruVoor koken moet je de tijd nemen
Quem quer que seja, fosseWie dan ook
Quem tem pressa, vai andandoWie haast heeft gaat alvast
Quem tem três e gasta quatro, depressa esvazia o sacoMen moet de tering naar de nering zetten
Quem tem unhas (é que) toca guitarraAls je ergens de capaciteiten voor hebt moet je het ook tot een goed einde brengen
Quem toca o carrilhão não vai na procissãoIeder zijn plek
Quem trabalha no mar, avia-se em terraZijn zaken goed geregeld hebben
Quem tudo quer, tudo perdeAls je alles hebt kun je veel verliezen
Quem usa a cabeça não cansa os pésWie niet sterk is moet slim zijn
Quem vai ao ar, perde o lugarOpgestaan is plaats vergaan
Quem vai ao mar avia-se em terraVan tevoren zorgen dat je alles geregeld hebt, bijvoorbeeld boodschappen doen als je voorlopig geen winkel in de buurt hebt
Quem vai ao vento, perde assentoOpgestaan is plaats vergaan
Quem vê caras não vê coraçõesJe kunt niet op iemands uiterlijk afgaan
Quem vier atrás que feche a portaNeem de consequenties/ De laatste doet de deur dicht
Quem vive em paz, dorme em descansoWie in vrede leeft, slaapt rustig
Quem vive na taberna, morre no hospitalWie leeft in de kroeg, sterft in het ziekenhuis
Quer chova,quer neve, quem tem sede bebeDrinken doe je in alle omstandigheden
Quer queiras quer nãoOf je wilt of niet
Querer cordaEen gesprek willen (maar iemand negeert je) en
Querer dizer e não lhe chegar a línguaErgens niet op kunnen komen/ Op het puntje van zijn tong liggen
Querer é poderWaar een wil is, is een weg
Querer sopas e descansoNiet willen werken of zich inspannen voor de kost
Queria um caféEen koffie graag
Quero lá saberKan mij het schelen
Radiante de orgulhoZo trots als een pauw
Ralham as comadres, descobrem-se as verdadesKinderen en gekken zeggen de waarheid
Rastejar diante de alguémVoor iemand kruipen
Rato de bibliotecaBoekenwurm
Rebate na consciênciaGewetensonderzoek
Rebentar a escalaBeter dan best bereiken/ De allerhoogste cijfers krijgen/
Door het plafond schieten, bijvoorbeeld kijkcijfers)
Rebentar as águasDe vliezen breken
Rebentar de febreHoge koorts krijgen
Rebentar pelos costurasUit zijn voegen barsten
Receber à semanaPer week betaald krijgen
Receber de braços abertosMet open armen ontvangen
Rei morto rei postoDe koning is dood, leve de koning
Relógio de repetiçãoIemand die steeds dezelfde riedel afdraait/ Als
een gebroken grammofoonplaat
Remar contra a maréTegen de stroom oproeien
Remédio santoEen heilzaam geneesmiddel
Resmas de dinheiroBakken geld
Responder à letraAdequaat antwoord geven
Responder tortoOnbeschoft antwoord geven
Resumindo e concluindoOm een lang verhaal kort te maken
Résvés Campo de OuriquePast precies
Reunir de toqueOptrommelen
Revogar em dúvidaIn twijfel trekken
Rezar-lhe o padre nossoEen preek geven/ Waarschuwen/ Tot de orde roepen
Rico avarento não tem amigo nem parenteEen gierige rijkaard is alleen
Rir(-se) deLachen om
Rir a bandeiras despregadasZich slap lachen/ Goedlachs/ Veel lachen
Rir à custa deIemand uitlachen
Rir amareloLachen als een boer die kiespijn heeft
Rir às gargalhadasLuidkeels lachen
Rir para dentroEen binnenpretje hebben/ In zijn vuistje lachen
Riscar do mapaVan de kaart vegen
Ri-se o roto do esfarrapado e o sujo do mal lavadoMen lacht elkaar uit/ De een is geen steek beter dan de andere
Roer na consciênciaGewetenswroeging/ Een knagend geweten
Roer na peleAan den lijve ondervinden
Roma e Pavia não se fizeram num diaKeulen en Aken zijn niet op een dag gebouwd
Romance de cordelEen stuiverroman
Romper caminhoDe weg openen
Romper com alguémBreken met iemand
Romper em lágrimasIn tranen uitbarsten
Roupa suja lava-se em casaMen moet de vuile was niet buiten hangen
Rua!Weg!/ Eruit!
Rumo de vidaLevenspad/ Levensweg/ Koers
Saber a boca a ferro-velhoEen vieze smaak in de mond hebben (na dronkenschap)
Saber a boca a papéis de músicaEen vieze smaak in de mond hebben (na dronkenschap)
Saber a poucoNaar meer smaken
Saber as linhas com que se coseZijn leven naar eigen richtlijnen inrichten
Saber de corVan buiten kennen
Saber levar a água ao seu moinhoIn goede banen leiden/ Naar zijn hand zetten
Saber lidar comKunnen omgaan met
Saber na ponta da línguaParaat hebben
Saber o que a casa gastaZijn pappenheimers kennen
Saber o terreno que pisaOp de hoogte zijn van wat voorvalt
Saber onde está o gatoBedrog of fout doorhebben
Saber os cantos à casaGoed de weg weten/ Alle hoeken en gaten kennen  
Sacudir a água do capoteZijn naam zuiveren
Sacudir as moscasEen tikje geven
Sai à mãeDat heeft hij van zijn moeder
Sair aos seusLijken in gedrag op je familie
Sair a perderBakzeil halen/ Het onderspit delven
Sair bemGoed aflopen
Sair caroVeel kosten/ Duur uitvallen
Sair com o rabo entre as pernasMet de staart tussen de benen weglopen/ Afdruipen
Sair com os pés para a frenteMet de voeten naar voren het huis uitgedragen worden/
Horizontaal het huis verlaten
Sair da cascaUit zijn schulp kruipen
Sair da linhaAfwijken/ Van het rechte pad afdwalen
Sair de uma situação sem um arranhãoErgens zonder kleerscheuren vanaf komen
Sair do armárioUit de kast komen
Sair do buracoHet huis uit gaan
Sair em frenteVerder gaan
Sair fora de siUit zijn vel springen
Sair ileso de uma situaçãoErgens zonder kleerscheuren vanaf komen
Sair malSlecht aflopen
Sair-se da cascaCapaciteiten (positief en negatief) zichtbaar maken/ Uit zijn schulp kruipen
Salgado como uma pilhaErg zout
Saltar ao eixoHaasje over springen
Saltar de um assunto para outroVan de hak op de tak springen
Salvar a peleZijn huid redden
Salva-se quem puderMaak dat je wegkomt/ Wegwezen (bij gevaar)
Salvo sejaGod beware
Sangue-frioKoelbloedig
Santinho de pau carunchosoHeilig boontje
São coisas sem importânciaHet zijn dingen die er niet toe doen
São como um peroZo gezond als een vis
São e salvoGezond en wel
São muitos os…Er zijn veel…
São os olhos do dono que engordam o porcoHet oog van de meester maakt het paard vet
Sardinha de S.João, pinga no pãoRond S.João zijn de sardientjes het lekkerst
Sarilho de saiasEen vrouwengeschil
Se a esmola é grande o santo desconfiaAls men teveel geeft heeft men waarschijnlijk iets op zijn geweten
Se bebes de mais, tropeças e caisAls je teveel drinkt weet je niet meer wat je doet
Se calharMisschien
Sê lento na promessa e rápido no desempenhoBeloof niet te snel, maar los een belofte snel in
Se muito come o tolo, mais tolo é quem lho dáAls je iemand die teveel eet te veel voedsel geeft, ben je nog dommer bezig dan de eter zelf
Se não arrancas a silveira, sofre a viedeiraAls je de braamstruiken niet weghaalt, kan de druivenstok niet groeien
Se não é boi é vacaHet is het een of het ander
Se não fazes o que queres, ao menos, faz o que puderesAls je niet doet wat je wilt, doe dan in elk geval wat je kunt
Se não gostas, pões na beirinha do pratoWat je niet lust, moet je laten liggen
Se não gostou, coma menosIs het niet bevallen, niet doen dan (heeft ook met eten te maken)
Se não tens o que gostas, gosta do que tensAls je niet hebt waar je van houdt, houd dan van wat je hebt
Se o moço soubesse, e o velho pudesse, nada haveria que não se fizesseAls de jongeren zouden weten en de ouderen kunnen, zou alles in orde zijn
Se queres bom conselho, pede-o ao homem velhoOuderen bezitten wijsheid
Se queres manter limpa a tua rua, varre diante da tua casaVerbeter de wereld, begin bij jezelf
Se queres o menino correcto, vigia-o de pertoWil je dat je kind een goed persoon wordt, houd het in de gaten, begeleid het
Se queres paz, evita a guerraAls je vrede wilt, voer dan geen oorlog
Se queres ser um bom juiz, ouve o que cada um dizEen goede rechter luistert naar ieders verhaal
Se um diz mata, o outro diz esfolaDe een is geen haar beter dan de andere
Se vê burra de saias vai logo atrásHij is een vrouwengek
Segredo de abelhaStrikt geheim
Segredo muito encoberto, é sempre descobertoHoe geheim ook, elk geheim lekt uit
Segundo me constaBij mijn weten
Segundo se dizNaar men zegt
Seguro morreu de velhoVoor de zekerheid
Sei láWeet ik veel/ Dat weet ik niet
Seja como forHoe dan ook/ Wat dan ook
Sem abrigoDakloos (dakloze)
Sem atar nem desatarGeen steek verder komen
Sem cerimóniaZonder plichtplegingen
Sem conta, peso e medidaZoals het uitkomt
Sem dar cavacoNiets terugzeggen/ Stiekem weggaan
Sem dinheiro, nada feitoZonder geld bereik je niets
Sem dizer água vaiZonder waarschuwing vooraf
Sem eira nem beiraKip noch kraai
Sem mais nem menosZonder meer/ Zomaar
Sem mais tardarMeteen/ Ogenblikkelijk
(Um) sem númeroOntelbare
Sem olhar a quemZonder rekening te houden met
Sem pés nem cabeçaKop noch staart
Sem ponta por onde se lhe pegueNiks aan/ Oninteressant
Sem problemas de maiorZonder slag of stoot
Sem quererPer ongeluk
Sem recursoOnherroepelijk
Sem se partirem ovos não se fazem omeletasZonder eieren te breken maak je geen omelet
Sem sequerNiettemin
Sem ter noção deZonder ergernis
Sem termosZonder einde
Sem tirar nem pôrPrecies zo/ Niet meer en niet minder/ Letterlijk
Semeia e cria, terás alegriaZaait en gij zult oogsten
Semeia e cria, viverás com alegriaZaait en gij zult oogsten
Sem-parEnig in zijn soort
Sempre a aviarZonder ophouden
Sempre às ordensAltijd tot uw dienst
Senhor do seu narizKoppig, eigenwijs iemand/ Met zichzelf ingenomen/ Het met zichzelf g etroffen hebben
Sentir(-se) nas nuvensIn de wolken zijn
Sentir na peleAan den lijve ondervinden
Sentir um nó na gargantaEen brok in de keel hebben
Separar o trigo do joioHet kaf van het koren scheiden
Ser a cara chapadaSprekend op iemand lijken
Ser cabeça duraKoppig zijn
Ser capaz de tudoTot alles in staat zijn
Ser como cão e gatoAls kat en hond zijn
Ser como peixe fora de águaNiet op zijn plaats zijn, voelen
Ser da sua laiaGelijk zijn
Ser de carregar pela bocaNiets voorstellen/ Niets van waar zijn
Ser de olhãoScherpzinnig zijn/ Snedig zijn
Ser do contraIn de contramine zijn
Ser do domínio públicoAlgemeen bekend zijn
Ser dono do seu narizZijn neus in de lucht steken/ Arrogant zijn/ Een hoge borst opzetten
Ser fora do normalBuitengewoon zijn
Ser paraDienen voor
Ser pau para toda a obraEen manusje van alles zijn
Ser pau para toda a colherEen manusje van alles zijn
Ser penaJammer zijn
Ser porErgens vóór zijn
Ser, estar posto na prateleiraAfgedankt zijn, worden
Ser posto a um cantoAan de kant gezet, geschoven
Ser tempo deTijd worden dat
Ser terra-a-terraOpen, direct zijn
Ser um (grande) pontoVrolijk zijn/ Geestig zijn
Ser um abortoEen misbaksel zijn
Ser um achadoEen lotje uit de loterij zijn
Ser um alhoEen slimmerik zijn/ Een uitblinker zijn
Ser um ásEen slimmerik zijn/ Een uitblinker zijn
Ser um chato de galochaEen vervelende klier zijn
Ser um fala-baratoEen kletsmajoor zijn
Ser um mãos rotasEen gat in zijn hand hebben
Ser um naboOnbekwaam zijn/ Ongeschikt zijn
Ser um númeroEen joviaal iemand zijn/ Een nummer zijn
Ser um palitoMager als een lat zijn
Ser um pau mandadoIemand die alles doet op commando
Ser um pratoGrappig, komisch zijn
Ser um sapateiroIncompetent zijn/ Slecht werk leveren
Ser um topa-a-tudoAl te goed is buurmans gek
Ser um troca-tintasEen draaikont zijn/ Geen eigen mening hebben
Ser um velho do resteloZwaar op de hand zijn
Ser um ver se te aviasVluchtig iets
Ser um zero à esquerdaNiks waard zijn/ Niks kunnen/ Een nietsnut zijn
Ser uma estampaEen plaatje zijn
Ser uma pinturaEen plaatje zijn/ Beeldschoon zijn
Será que…Zal (hij/het/zij)
Serrar as pernas à própria cadeiraZijn eigen glazen ingooien
Servir a carapuçaWie de schoen past, trekke hem aan
Servir deDienst doen als
Servir de capachoTe onderdanig zijn
Servir de pau de cabeleiraChaperone zijn
Sete cães a um ossoVeel gegadigden
Sete ofícios, catorze desgraças12 ambachten, 13 ongelukken
Sim com todas as letrasEen volmondig ja
Sim ou sopasJa of nee
Sinto muitoHet spijt me zeer/ Gecondoleerd
Só nos lembramos de Santa Bárbara quando trovejaMen denkt er pas aan te bidden als te laat is
Só perde quem temAls je niks hebt kun je ook niks verliezen
Só vistoEerst zien, dan geloven
Soa bem!Dat klinkt goed!
Sob pena deOp straffe van
Sob todos os pontos de vistaIn alle opzichten
Sofrer de pancadaNiet goed bij zijn hoofd zijn
Sol de pouca duraVan voorbijgaande aard
Sopa de pedrasGrappig verhaal over ‘gebakken lucht’ en maaltijdsoep, getrokken uit een steen/ Oplichterij
Sopas de cavalo cansadoBrood met wijn en suiker
Sopas e descansoEten en slapen
Sou assinanteIk heb een abonnement
Sou todo ouvidosIk ben een en al oor
Soube bem?Was het lekker?
Subir a mostarda ao narizGeïrriteerd raken
Subir ao tronoDe troon bestijgen
Subir pelas paredesTegen de muren oplopen
Sujeito a disponibilidadeZolang de voorraad strekt
Surdo que nem uma portaZo doof als een kwartel
Surdo-mudoDoofstom
Surgir de nadaUit het niets opduiken
Taco de piaKlein opdondertje
Tal (a) mãe, tal (a) filhaDe appel valt niet ver van de boom/ Zo moeder, zo dochter
Tal e qualPrecies zo
Tal (o) pai, tal (o) filhoDe appel valt niet ver van de boom/ Zo vader zo zoon
Tantas vezesZo vaak
Tantas vezes vai o cântaro ao poço, que lá fica o pescoçoDe kruik gaat net zo lang te water tot hij barst
Tanto fazHet maakt niet uit
Tanto melhorZoveel te beter/ Des te beter
Tanto quantoEvenveel als
Tanto se me dá como se me deuHet maakt me niets uit/ Het is lood om oud ijzer
Tão balalão cabeça de cão orelhas de gato não tem coraçãoHop hop paardje…
Tão certo como dois e dois serem quatroZo zeker als 1 en 1 is 2
Tão ladrão é o que vai à horta como o que fica à portaEen dief is niet alleen degene die iets steelt maar ook de andere die meeloopt (op de uitkijk blijft)
Tão ligeiro como o ventoAls een wervelwind
Tapado como uma portaEen stomkop
Tapar a bocaIemand de mond snoeren 
Tapar os ouvidosNiet luisteren
Tarefa que agrada bem depressa é acabadaAls je een klus leuk vindt, is hij zo geklaard
Tau-tauKindertaal voor slaan, klappen
Taxa arreganhadaLachebek/ Iemand die lacht van oor tot oor
Tecer um laço a alguémIn de val lokken/ Een hinderlaag leggen
Teimoso que nem um burroZo koppig als een ezel
Tem mais medo que vergonhaZegt men over iemand die blijft ontkennen dat hij iets verkeerd heeft gedaan
Tem medo que se pelaHij doet het in zijn broek van angst
Tem os dias contadosZijn dagen zijn geteld
Tem pilhas de salHet eten is veel te zout
Tem tudo a verHet (dat) heeft er alles mee te maken
Tem, tens horas?Weet u, je hoe laat het is?
Tempestade em copo de águaEen storm in een glas water
Tempo das vacas gordas(De zeven) vette jaren
Tempo das vacas magras(De zeven) magere jaren
Tenha cuidado com o que dizPas op je woorden
Tenha o nome que tiverHoe hij/het ook moge heten/ Als het beestje maar
een naam heeft
Tenho andado muito cansadoIk ben de laatste tijd heel moe
Tenho saudades tuasIk mis je
Tenho trinta anosIk ben 30 jaar
Tens (um) bom aspecto!Je ziet er goed uit!
Tens um parafuso a menos?Ben je niet goed wijs?/ Ben je nou helemaal!
Tentar a paciênciaHet geduld op de proef stellen
Tentar fortunaZijn geluk beproeven
Tentar a sorteZijn kans wagen
Ter a barriga a dar horasHonger hebben
Ter a cabeça arrumadaAlles op een rijtje hebben
Ter a cabeça em águaZijn hoofd is leeg (van vermoeidheid)
Ter a cabeça em (no) lugarEr goed over nadenken
Ter a certezaZeker weten
Ter a escola todaVeel levenservaring hebben/ Alles weten
Ter a escrituração em diaDe boekhouding op orde hebben, bijhouden
Ter a faca e o queijo na mão (e cortar por onde quer)De situatie onder controle hebben
Ter a fazerIets te doen hebben
Ter a lataHet lef hebben om
Ter à mãoBij de hand hebben
Ter a mão pesadaBruut zijn/ Alles met teveel kracht doen
Ter a patinha feitaVan andermans werk profiteren /Met andermans veren
pronken
Ter a ver comTe maken hebben met
Ter aceitaçãoIn de smaak vallen
Ter alguém porIemand houden voor
Ter alma de poetaEen dromer zijn
Ter as cartas na mãoAlle kaarten in handen hebben
Ter as costas largasEen brede rug hebben
Ter as costas quentesEr warmpjes bij zitten
Ter as horas, os dias contadosZijn dagen zijn geteld
Ter as mãos rotasEen gat in de hand hebben/ Vrijgevig, gul zijn
Ter as orelhas a escaldarVoelen dat over je gepraat wordt
Ter autoridade sobreInvloed hebben op
Ter barbasEen baard hebben/ Ouwe koek zijn/ Dat zijn oude verhalen
Ter bicho carpinteiroGeen moment stil kunnen zitten/ De kriebel in zijn benen hebben
Ter boa caraEr gezond, goed uitzien
Ter boa embocaduraTeveel drinken
Ter boa mesaGoed te eten hebben
Ter boa (má) bocaAlles (niets) lusten
Ter boas mãosHandig zijn
Ter bom corpoSterk zijn
Ter bom estômagoVeel kunnen incasseren
Ter bom génioEen goed karakter hebben
Ter bom parecerEr goed uitzien
Ter bons dentesAlles (op)eten
Ter cabeçaWijs, intelligent zijn/ Koppie koppie
Ter cacoWijs, intelligent zijn
Ter cabidelaGoed uitkomen
Ter caloErvaren zijn
Ter cara para issoStoutmoedig zijn/ Durven
Ter carradas de razãoAlle gelijk van de wereld hebben
Ter categoriaKlasse hebben
Ter coragemDurven/ De moed hebben
Ter costela deVan hetzelfde ras
Ter culpas no cartórioSchuldig zijn/ Ergens in verwikkeld zijn
Ter de seuGeld hebben/ Gefortuneerd zijn
Ter debaixo de mãoBij de hand hebben
Ter diasZo zijn dagen hebben
Ter dois palmos de testaIemand met weinig intelligentie/ Het verstand van
een garnaal hebben
Ter dois pesos e duas medidasMet twee maten meten
Ter duas caras (como o feijão frade)Een draaikont zijn/ Onbetrouwbaar zijn/ Twee gezichten hebben
Ter em contaIn acht nemen
Ter em mãosOnder handen hebben
Ter em miraAspireren/ Het oog hebben laten vallen op
Ter em olhoAspireren/ Het oog hebben laten vallen op
Ter em vistaIn gedachten hebben/ In aanmerking nemen/ Voor ogen
hebben
Ter boa embocaduraVeel drinken
Ter entre mãosOnder handen hebben
Ter espirito santo de orelhaVoorkennis hebben/ Geheime info hebben
Ter expedienteVoortvarend zijn/ Assertief zijn
Ter falta deHard nodig hebben/ Gebrek hebben aan
Ter falta de cacoGeen greintje gezond verstand hebben
Ter faro (de cão)Bovennatuurlijke gaven bezitten
Ter fraca figuraEen onopvallende figuur zijn
Ter galoPech hebben
Ter jeito paraIn de vingers hebben
Ter lume no olhoScherp zinnig zijn/ Bij de pinken zijn/ Van wanten weten
Ter lataHet lef hebben/ Schaamteloos zijn
Ter má bocaNiets lusten
Ter macacos (ou macaquinhos) no sótãoRare ideeën hebben
Ter mais buracos que um crivoZo lek als een mandje
Ter mais olhos que barrigaZijn ogen zijn groter dan zijn maag
Ter mão leveLosse handjes hebben
Ter mau parecerEr slecht uitzien
Ter maus figadosSlechte impulsen hebben/ Slecht zijn
Ter medo que se pelaZo bang zijn als een wezel
Ter minhocas na cabeçaMuizenissen in zijn hoofd hebben
Ter mioloVerstandig zijn
Ter miolos de galinhaNiet erg slim zijn
Ter muita saídaGoed verkocht worden
Ter o dom da palavraEen begenadigd spreker zijn/ De gave van het woord hebben
Ter o nariz empinadoMet zijn neus in de lucht lopen/ Zijn neus ophalen voor/ Snon zijn
Ter o pavio curtoEen kort lontje hebben
Ter o rei na barrigaZich een hele piet voelen/ Arrogant zijn
Ter o sono pesadoVast slapen
Ter os dias contadosZijn dagen zijn geteld
Ter os pés assentes no chãoGoed zijn voorgelicht, voorbereid/ Behoedzaam zijn
Ter palpiteEen voorgevoel hebben
Ter pancadaNiet goed bij zijn hoofd zijn
Ter pano para mangasEen slepende zaak of verhaal zijn
Ter para dar e venderSteenrijk zijn
Ter para os seus alfinetesGenoeg geld hebben om van te leven/ Zijn schaapjes op het droge hebben
Ter para siGenoeg hebben om van te leven/ Zijn schaapjes op het droge hebben
Ter péVaste grond onder de voeten hebben
Ter pêlo na ventaStuurs zijn/ Een slecht karakter hebben
Ter penaIets jammer vinden
Ter peneirasKapsones hebben
Ter que chegueGenoeg hebben
Ter raiva de alguémIemand een kwaad hart toedragen
Ter teias de aranha na cabeçaSpinsels hebben
Ter tretaVeel praten/ Bla bla
Ter um bom petiscoErgens een flinke kluif aan hebben
Ter um bom tachoEen goede baan hebben/ Een goede boterham verdienen
Ter um filhoEen kind krijgen
Ter um grande patriotismoEen grote boezem hebben
Ter um palminho de caraEen knap gezicht hebben
Ter um parafuso frouxoNiet goed wijs zijn/ Niet goed snik zijn
Ter um póHaten/ Verfoeien/ Een hekel hebben aan/ De pest
hebben aan/ Het land hebben aan/ Niet kunnen uitstaan
Ter uma (grande) escolaVeel weten/ Veel kunnen
Ter uma zanga comRuzie hebben met/ Heel boos zijn op
Ter vergonha na caraHet schaamrood op de kaken hebben/ Zich dood schamen
Ter vontade deZin hebben om
Ter voto na matériaVerstand hebben van
Ter voz activaEen belangrijke stem hebben
Teres e haveresBezittingen
Teso como um carapauPlatzak/ Geen stuiver op zak hebben
Timtim por timtimStukje bij beetje
Tintim por tintimHaarfijn/ Tot in de kleinste bijzonderheden
Tira daí as manápulasBlijf met je poten van me af
Tira o cavalinho da chuvaMaak je geen illusies
Tirar a barriga de misériasZich vol vreten/ Zijn buikje vol vreten
Tirar a camisa a alguémIemand in zijn hemd zetten
Tirar a limpoDe waarheid boven tafel
(water) krijgen
Tirar a(s) palavra(s) da bocaIemand de woorden uit de mond halen
Tirar a peleIemand het vel over de oren halen
Tirar a prova dos noveHet zekere voor het onzekere nemen
Tirar a saca-rolhasIemand de woorden uit de mond (moeten) trekken
Tirar a vezVoor zijn beurt gaan/ Voorkruipen
Tirar água do joelhoPlassen
Tirar nabos da púcaraOmzichtig ergens achter zien te komen
Tirar o cavalo da chuvaNiet meer zoveel illusies hebben
Tirar o pêlo a alguémIemand het hemd van het lijf vragen
Tirar o ventre de misériasZich vol vreten/ Zijn buikje vol vreten
Tirar partido deProfiteren van
Tirar proveitoProfiteren
Tirar um peso (de cima)Een last van zich afwerpen/ Een pak van zijn hart
Tirar uma fotografiaEen foto nemen
Tocar a rebateAlarm slaan
Tocar castanholasHet heel erg koud hebben/ Klappertanden
Tocar na corda sensívelDe tere snaar treffen
Toda a moeda tem duas facesElke medaille heeft zijn keerzijde
Toda a brincadeira tem sempre um pouco de verdadeIn elke grap zit een kern van waarheid
Todas as flores do futuro estão nas sementes de hojeWie heden zaait, zal morgen oogsten/ Wat je zaait,
zul je oogsten
Todo o homem tem o seu preçoIedereen heeft zijn prijs
Todo o santo diaDe godganse dag
Todos elesZij allemaal
Todos nósWij allemaal
Todos os caminhos vão a RomaAlle wegen leiden naar Rome
Todos os diabos têm sorteDe brutalen hebben de halve wereld
Todos têm a sua cruzElk huisje heeft zijn kruisje
Toma e embrulhaDit kun je in je zak steken
Tomar a liberdade deZo vrij zijn te
Tomar a peitoTer harte nemen
Tomar em consideraçãoIn overweging nemen
Tomar em contaIn overweging nemen
Tomar embocaduraInitiatief nemen/ Ergens voor gaan
Tomar gostoEnthousiasmeren
Tomar gosto aBehagen scheppen in
Tomar partidoPartij kiezen voor
Tomar porAanzien voor/ Verwarren met
Tomar outro rumoVeranderen van koers
Torcer o narizZijn neus ophalen
Torcer-se com doresKronkelen van de pijn
Tornar a coisa mais negraHet erger maken dan het is
Tornar-se mais difícilMoeilijker worden
Torvar-se comZich ergeren aan (over)
Trabalhar no duroKeihard werken
Trabalhar para aquecerWerken voor noppes
Trabalhar para esquecerWerken om te vergeten
Trabalhar para o bonecoWerken om te vergeten
Trabalho de casaHuiswerk
Trabalhos de casaHuiswerk
Traduzir à letraLetterlijk vertalen
Trás trásBoem boem (iets valt)
Tratar por tuMet jij aanspreken/ Tutoyeren
Travar conhecimentoKennis maken met elkaar
Trazer consigoBij zich hebben/ Op zak hebben
Trazer o coração aos pulosErgens mee zitten/ Het hart in zijn keel voelen kloppen
Trazer pelo beiçoInpalmen (op gebied van liefde)
Trazer, levar água no bicoVerborgen intenties hebben/ Een verborgen agenda
hebben
Três por semanaDrie per week
Trinca-espinhasMagere lat
Trinta cães e um ossoVeel gegadigden
(Um) trinta e umEen lastig probleem
Trinta por uma linhaVeel dingen op een hoop/ Dwaasheden/ Onrustig zijn
TripeiroIemand uit Porto
Triste como um cipresteDiep bedroefd
Tristezas não pagam dívidasVoor verdriet koop je niets/ Kop op
Trocar as voltasBedriegen/ Een blokje om gaan om iemand niet te hoeven tegenkomen
Trocar ideiasVan gedachten wisselen
Trocar os pés pelas mãosAlles door elkaar halen (in een verhaal)
Trocar, misturar alhos com bugalhosHet niet zo nauw nemen met de waarheid
Trocas e baldrocasFraude, trucs en bedrog
Tu cá tu láHet is jij en jou wat de klok slaat/ Amicaal met
elkaar omgaan
Tu és que sabesJij mag het weten/ Zeg jij het maar
Tudo está bem quando acaba em bemEind goed, al goed
Tudo falta a quem tudo querWie alles wil, komt altijd tekort
Tudo o que é bom, dura poucoAls iets fijn is, vliegt het voorbij
Tudo o que é pequeno tem graçaAlles wat klein is, is leuk, grappig, schattig
Tudo o que é violento não dura muito tempoGeweld duurt niet lang
Tudo o que entra saiAlles wat binnenkomt, gaat er ook weer uit
Tudo o que está à mãoAlles wat bij de hand is
Tudo o que vier é ganhoAlles is meegenomen
Tudo que não mata engordaAls je er niet ziek van wordt, kun je het eten
Tudo se lava, menos a má-línguaAlles is te wassen behalve roddels
Tudo tem explicaçãoVoor alles bestaat een verklaring
Tudo tem o seu preçoAlles heeft zijn prijs
Tuta e meiaVan weinig waarde/ Een prul
Última palavraHet laatste woord
Um abismo chama outroDe ene pech roept de andere op/ Een ongeluk komt
zelden alleen
Um amigo fiel é o melhor remédio que se encontra na vidaEen trouwe vriend is het beste wat je kan overkomen
Um bom livro é o melhor dos amigosEen goed boek is je beste vriend
Um burro carregado de livros não é um doutorEen ezel vol boeken is nog geen geleerde
Um burro com fome até cardos comeHonger maakt rauwe bonen zoet
Um coca-bichinhosEen pietje precies
Um com o outroMet elkaar
Um dente de alhoEen teentje knoflook
Um dia do sábio vale mais que a vida do ignoranteEen dag van wijsheid is meer waard dan een heel leven van onwetendheid
Um dia em cheioEen goede dag
Um dia não são diasVoor deze ene keer
Um em cada sete milEen op de 7000
Um gesto diz mais que muitas palavrasEen gebaar zegt meer dan duizend woorden
Um grama de exemplos vale mais que uma tonelada de conselhosEen gram voorbeelden is meer waard dan een ton adviezen
Um homem não está onde mora, mas onde amaEen mens is niet waar hij woont maar waar hij liefheeft
Um mal nunca anda sóEen ongeluk komt nooit (of zelden) alleen
Um mãos-rotasEen verkwistend iemand/ Iemand met een gat in de hand/ Een vrijgevig iemand
Um para cincoEen op de vijf
Um passo em falsoEen misstap
Um sancho pançaEen flierefluiter
Um segredo é pouco para um, suficiente para dois e de mais para trêsEen geheim betekent weinig voor een, is genoeg voor twee en teveel voor drie
Um sem númeroEen oneindig aantal
Um vaso cheio de venenoEen kreng/ Een vat vol venijn
Uma agulha em palheiroEen naald in een hooiberg
Uma andorinha não faz a PrimaveraEén zwaluw maakt nog geen lente, zomer
Uma data de tempoHeel veel tijd
Uma desgraça nunca vem sóEen ongeluk komt nooit alleen
Uma gota de água no oceanoEen druppel op een gloeiende plaat 
Uma imagem vale por mil palavrasEen beeld zegt meer dan duizend woorden
Uma imperialGetapt biertje/ Een pilsje
Uma Madalena arrependidaEen vrouw met spijt
Uma mão atrás, outra à frenteZegt men van iemand die niets heeft
Uma mão lava a outra (e juntas lavam a cara)Zij werken samen/ Zij zijn twee handen op een buik
Uma mulher de armasEen kei van een vrouw
Uma nóticia daquelasEen dergelijk nieuwtje
Uma ova!Niets ervan!/ Daar komt niets van in!
Uma pouca vergonhaEen onbeschaamde actie
Uma tempestade num copo de águaEen storm in een glas water
Uma única árvore não faz uma florestaEén boom is nog geen bos
Uma vez sem exemploExceptioneel/ Ongeëvenaard
Uma vista de olhosEen snelle blik
Unha com carneTwee handen op een buik
Unhas de fomeGierig/Op zijn centen zitten 
Uns cem eurosOngeveer honderd euro
UpaHop
Usa e serás mestreOefening baart kunst
Toe maar/ Ga maar
Vaí à favaLoop heen/ Ga weg
Vai chamar pai a outro!Ga maar naar iemand anders!
Vai dar banho aos cãesDoe niet zo vervelend/Ga toch heen
Vai falar com o CamõesGa toch fietsen
Vai falar com o D. PedroGa toch fietsen
Vai haver fitaDaar komt ruzie van
Vai meter-lhe logo no raboDie hangt het meteen aan de grote klok
Met tegenzin iets doen
Vai num pé e volta no outroHij gaat snel heen en weer
Vai para aquele lado?Gaat u die kant op?
Vai para o raio que te parta!Loop naar de duivel!/ De duivel hale hem!
Vai passar-se dos carretosHij zal erg boos, geïrriteerd worden
Vai passearHoepel op/ Loop naar de pomp, maan
Vai pastar caracóisLoop naar de duivel
Vai pentear macacosDoe niet zo vervelend
Vai-te lixarLoop naar de maan
Valer a alguémIemand te hulp komen
Valer a penaDe moeite waard zijn
Valer de muitoVeel waard zijn
Valer de poucoDe moeite niet waard zijn
Valer ouroGoud waard zijn
Valer por dezVoor tien gelden
Valer tudo (menos tirar olhos)Alles is toegestaan om je te verdedigen
Valhe-me deusZo waarlijk helpe mij god
Vamos então?Gaan we dan?/ Zullen we gaan?
Vamos lá ver!We zullen zien
Vaso ruim não quebraOnkruid vergaat niet
Vassoura nova é que varre bemNieuwe bezems vegen schoon
Vê láZie maar
Velhos são os traposMen is nooit te …
Vem mesmo a calharKomt op het juiste moment
Vender a sua honraZijn eer te grabbel gooien
Vender banha da cobraMet misleidende praat iets verkopen
Vender caro a vidaZijn huid duur verkopen
Vender o seu peixeZijn zaak aanprijzen
Vender-se como pão quenteAls warme broodjes over de toonbank gaan
Ver(-se) a braços comZich belast weten, zien met
Ver(-se) livre deZich bevrijden van
Ver a luz ao fundo do túnelLicht zien aan het eind van de tunnel
Ver a vida a andar para trásHet wordt er niet beter op/ Het gaat bergaf/ Alles zit tegen
Ver com olhos de verGoed bekijken en nog eens kijken
Ver e crer como S.ToméEen ongelovige Thomas zijn
Ver em que param as modasDe dingen aanzien/ Behoedzaam zijn
Ver o caso mal paradoIets gaat niet goed/ Iets zien vastlopen
Ver para crerEerst zien dan geloven
Ver passar os comboiosZijn tijd verbeuzelen
Ver por altoOppervlakkig bekijken
Verbo de encherStopwoord/ Stoplap/ Nutteloos woord of persoon
Verdade nua e cruaDe naakte waarheid
Vermelho que nem um tomateZo rood als een biet
Ver-se à rascaBang zijn/ Het benauwd hebben In de knoei zitten
Ver-se em apurosZich in een hachelijke situatie bevinden
ver-se em apertos/apuros/alhadaIn het nauw gebracht
Ver-se em maus lençoisIn een slechte situatie belanden
Ver-se gregoIn moeilijkheden zijn
Vida airadaLosbandig leven/ Een zwerversleven
Vida, vida, é mais curta que compridaHet leven is kort
Vinho a marteloSlechte wijn/ Hoofdpijnwijn
Vir à cabeçaIn je opkomen
Vir a dar na mesmaDat is precies hetzelfde
Vir à luzGeboren worden
Vir a serWorden
Vir à tonaAan het licht komen/ Voor de dag komen
Vir ao de cimaBoven water komen
Vir ao mundoTer wereld komen
Vir às mãosIn de schoot geworpen krijgen/
In handen krijgen
Vir da parvóniaUit een achterlijk dorp komen
Vira o disco (e toca o mesmo)Het is steeds hetzelfde liedje
Vira-casacasEen draaikont
Vira-latasEen straathond
Virar a caraZich afwenden
Virar a casacaVan mening veranderen
Virar as costasWeigeren/ Negeren/ Iemand de rug toekeren
Virar contraZich keren tegen
Virar do avessoAlles overhoop halen/ Alles binnenste buiten keren
Virar o mioloGek worden
Vir ao de cimaBoven water komen
Visita de médicoEen bliksembezoekje
Vistas curtasKortzichtigheid
VivaHoera/ Hallo/ Hoi
Viver às sopasOp andermans zak teren
Viver à grandeOp grote voet leven
Viver ao deus daráBij de dag leven
Viver da algibeira dos outrosOp andermans zak teren
Viver nas nuvensVerstrooid zijn
Você ja comeu comigo no mesmo prato?Zeg je tegen iemand die je te na komt, die je op afstand wilt houden
Volta dos tristes(Afgezaagd) tochtje rond Lisboa/ Een rondje om de kerk
Volta e meiaOm de haverklap
Voltar a siWeer tot bewustzijn komen/ Bijkomen
Voltar atrás é melhor que perder-se no caminhoBeter ten halve gekeerd dan ten hele gedwaald
Voltar com a palavra atrásZijn belofte intrekken/ Zijn woord herroepen
Voltar contraZich keren tot
Volte sempreU bent altijd welkom
Vomitar as tripasDe darmen uit zijn lijf spugen
Vou para o mesmo sítio que tuIk ga naar dezelfde plek als jij
Vou sair jáIk ga zo weg
Voz de garrafãoSchorre stem (van een roker, dronkenlap)
Xarope de marmeleiroSlaag
Zé-ninguémOnbelangrijk persoon
Zé-povinhoJan met de pet
Zé povinhoJan met de pet
Zero à esquerdaWaardeloos

Bronnen

We hebben indertijd vele bronnen geraadpleegd. Als uitgangspunt hebben we een aantal standaardwerken genomen. Deze waren allemaal meer dan 25 jaar geleden uitgegeven, recentere hebben we uiteraard gezocht maar niet gevonden.

Voor het Portugees idioom zijn dit:

  • Dicionário Expressões Populares Portuguesas – auteur: Guilherme Augusto Simões- 1985 – Uitgever: perspectivas & realidades
  • Frases feitas – auteur: Orlando Neves – uitgeverij: Lello & irmão – 1991
  • Novos Dicionários de expressões idiomáticas – auteur António Nogeira Santos
    Edições João Sá da Costa 2000 (derde druk)

Voor het Nederlands:

  • F.A. Stoett, Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden – W.J. Thieme & Cie, Zutphen 1923-1925 (vierde druk).

Mijn creatieve Portugalvriendin Brenda Aben heeft heel wat uurtjes gestoken in het speuren naar Nederlandse equivalenten, waarvoor ik haar zeer dankbaar ben.

Verder hebben we op allerlei manieren het internet afgestruind. Daar hebben we antwoorden gevonden op vragen, en ook nieuwe ideeën opgedaan. Niet altijd was de herkomst duidelijk en misschien hebben we ook niet altijd nauwkeurig gekeken naar de bron, vanuit het idee: de taal is van iedereen…

Het belangrijkste instrument waarmee we hebben gewerkt is onze eigen woordenschat en taalervaring. Ook als het ging om de keuze een bepaalde uitdrukking wel of niet in ons overzicht op te nemen. Hierbij hanteerden we het subjectieve criterium van ‘vaak voorkomend’ of anderszins interessant.

Omdat we beseffen dat ons overzicht niet perfect, noch compleet is, staan we wagenwijd open voor opmerkingen, correcties en aanvullingen.

Lees ook: Tavira, wereldhoofdstad van de spreekwoorden.

16 Replies to “Portugees idioom”

  1. Dit is dus wat men wel het werk van een monnik noemt. Toen ik begon met lezen dacht ik nog: dit ga ik printen. Nu denk ik: hoeveel jaar heb ik nodig als ik er eentje per dag in mijn geheugen opsla. Okay, twee per dag dan. Groot respect voor het doorzettingsvermogen van beide redacteuren.

    1. Hallo Cees
      Ik zoek contact met je en hoop dat langs deze weg te bereiken.
      Ik wil graag met je van gedachten wisselen over de vraag: ‘hoe gaat het met Portugal onder Costa’. Ik ben hierover aan het schrijven voor Portugal Portal.
      Laat je me even weten of je wilt meedoen?
      Hartelijk groet
      Ellen

  2. Wat een toeval! Ik volg Portugese les, in de volgende les, aanstaande woensdag hebben we het over … spreekwoorden, gezegden, uitdrukkingen! Deze lijst komt precies op tijd. Ik denk dat ik de lerares gewoon ga omverblazen. Hoje sou eu o professor 🙂 Dank je wel Ellen!!! Schitterend werk!

  3. Ellen chapeau! Petje af! Of wacht… ik had eigenlijk een Portugese uitdrukking moeten gebruiken uit je uitzonderlijk lange en uitgebreide idioomlijst… Keus te over! Wat hebben jullie hier serieus werk van gemaakt zeg! Geweldig! Het moet, wat Ton Haak al zei, monnikenwerk geweest zijn! Misschien heb ik nog één aanvulling… betekent hetzelfde als “vai pentear macacos” deze: “vai dar banho aos cães”. Letterlijk: Ga je honden in bad doen!”… “Doe niet zo vervelend!” “Ga toch heen!”
    (Ik weet niet of ik het juist schreef!)
    Dank je wel Ellen! Heel leerzaam! Goed om weer eens op te halen! Alhoewel er in onze Portugese les zeker niet zó veel voorbij kwamen! En of ik ze ooit allemaal kan onthouden???? Ik vrees dat ik er hetzelfde over denk als Ton …

    1. Hallo Els ‘Petje af’ noch ‘chapeau’ levert in de zoekmachine een Portugese uitdrukking op. Jammer.
      Wat zou een Portugees zeggen in dit verband: que lista, impecável! Geen uitdrukking, ik weet het… 😉

  4. Had je deze al ? ” Nem que a vaca tussa”. Ik doe het echt niet, zelfs niet als de koe hoest. En ook, ” Não vai ser pêra doce”. Het zal niet makkelijk worden. ” Quem não tem cão , caça com gato”. Als het op de ene manier niet lukt, dan maar op een andere proberen.

    1. Hallo Jean-Marie
      Succes woensdag!
      En dank voor je suggesties. Twee van de drie zijn ‘nieuw’… en zullen we binnenkort toevoegen.

  5. Fantastisch dit! Wat een werk. We zijn net ook bezig met uitdrukkingen en gezegdes. Nu met dieren erin. Kan wel wat aanvullen als jullie dat leuk vinden.

  6. Excelente trabalho, muitos parabéns e muito obrigada pela divulgação.
    Muito educativo para quem conhece ambas as línguas e para quem se quer aprofundar sobre os dizeres portugueses.
    Sou professora de português e sei o quanto é difícil explicar as expressões. Se se der uma tradução fica mais fácil.
    Eu sou uma colecionadora efervescente de expressões e provérbios e escrevi um livro sobre ditados populares juntamente com o meu filho que os ilustrou todos.
    Cumprimentos

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *